Operation Manual

Tijdens volledig automatische werking (AUTO), kan
het wijzigen van de luchtstroom en/of luchtverdeling
(die niet worden weergegeven) leiden tot het uitgaan
van de led van de functie AUTO en gaat het
systeem in de HANDMATIGE modus werken
(waarbij zowel de gevraagde luchtstroom als
-verdeling wordt weergegeven).
Wanneer de compressor wordt uitgeschakeld, blijft
de AUTO-werking alleen actief als het systeem
het comfort in de auto kan garanderen. Als dat niet
het geval is, schakelt het systeem over op de
HANDMATIGE modus (de ingestelde temperaturen
gaan knipperen op het display). De ventilatorsnelheid
is gelijk voor alle zones in de passagiersruimte.
REGELING LUCHTTEMPERATUUR
Draai de knop A of L rechtsom of linksom om de
luchttemperatuur linksvoor (knop A) of rechtsvoor
(knop L) in het interieur in te stellen.
De ingestelde temperaturen worden op de displays
weergegeven.
Druk op de knop MONO om de temperatuur tussen
de twee zones uit te lijnen.
Draai aan de knop L om terug te keren naar
gescheiden beheer van luchttemperaturen in de twee
zones.
Door de knoppen helemaal in de ene of de andere
richting te draaien worden respectievelijk de functies
"HI" (maximale verwarming) of "LO" (maximale
koeling) ingeschakeld.
Draai de temperatuursknop op de gewenste
temperatuur om deze functies uit te schakelen.
SELECTIE LUCHTVERDELING
Door op de knoppen H (
/ / ) te drukken, kan
handmatig een van de 7 instellingen voor de
luchtverdeling worden gekozen:
Luchtstroom naar de uitstroomopeningen van de
voorruit en de voorste zijruiten om deze te
ontwasemen of te ontdooien.
Luchtstroom naar de uitstroomopeningen in het
midden en aan de zijkant van het dashboard
om de borst en het gezicht tijdens het warme
seizoen te verkoelen.
Luchtstroom naar de uitstroomopeningen voor
de beenruimten voor en achter. Deze
luchtverdeling zorgt voor een snelle verwarming
van het interieur, waardoor onmiddellijk een
behaaglijk gevoel wordt verkregen.
Luchtstroomverdeling tussen
uitstroomopeningen beenruimten (hetere
lucht) en roosters midden/zijkanten
dashboard (koelere lucht). Deze
luchtdistributie is bijzonder nuttig in het
voor- en het najaar en op zonnige dagen.
Luchtstroom verdeeld over
uitstroomopeningen beenruimten en
uitstroomopeningen voor ontwasemen/
ontdooien voorruit/voorste zijruiten. Deze
luchtverdeling zorgt voor een snelle
verwarming van het interieur en voorkomt
dat de ruiten beslaan.
57
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER