Operation Manual

121
4321
5 109876
x 1000 km 100 200180160140120
DIESELVERSIES
De controles vermeld in het Geprogrammeerd Onderhoudsschema moeten, na het bereiken van 120.000 km/6 jaar, cyclisch
herhaald worden te beginnen vanaf het eerste interval, daarna dezelfde intervallen aanhouden als daarvoor.
80604020
Jaren
Conditie/slijtage banden controleren en bandenspanning,
indien nodig, herstellen; vervaldatum lading/toestand snelle
bandenreparatiekit kit controleren (voor bepaalde versies/markten)
Werking verlichtingssysteem (koplampen, richtingaanwijzers,
alarmknipperlichten, bagageruimte, interieur, dashboardkastje,
lampjes instrumentenpaneel, enz.) controleren
De vloeistofniveaus controleren en eventueel bijvullen in de
motorruimte (1)
Uitlaatgasemissie/roetuitstoot controleren
Gebruik de diagnosestekker om de werking van het brandstoftoevoer-/
motormanagementsysteem en de emissie te controleren; en voor
bepaalde versies/markten, de verslechtering van de motorolie
Visueel de toestand controleren van: buitenzijde van carrosserie,
bodemplaatbescherming, slangen en leidingen
(uitlaat, brandstofsysteem, remmen) rubber elementen
(hoezen, balgen, bussen, enz.)
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers
voor/achter controleren (voor bepaalde versies/markten)
Werking van het ruitenwisser/-sproeiersysteem controleren en zo
nodig de sproeiers afstellen
Slot van motorkap en achterklep op aanwezigheid van
vuil controleren, schoonmaken en mechanismen smeren
1) Het bijvullen moet uitgevoerd worden met de in dit Instructieboek aangegeven vloeistoffen en alleen nadat gecontroleerd is d
at het
systeem onbeschadigd is.








