Operation Manual
173
Het gebruik van andere componenten of materialen zou kunnen
leiden tot storingen en verminderde veiligheid; neem dus in
geval van problemen altijd contact op met het Fiat
Servicenetwerk.
• Het systeem werkt bij temperaturen tussen -20 °C en 100 °C.
• Volg, om beschadiging van onderdelen van het LPG-systeem
tijdens het slepen of opheffen van de auto te voorkomen, de
aanwijzingen beschreven in de paragraaf “Slepen van de auto”
van het Instructieboek.
• Bij gebruik van een lakoven moet de LPG-tank uit de auto
verwijderd worden en later weer gemonteerd worden door het
Fiat Servicenetwerk.
• Alhoewel het LPG-systeem talrijke veiligheidsvoorzieningen
heeft, wordt geadviseerd als volgt te werk te gaan als het
voertuig lange tijd niet gebruikt wordt of als het voertuig
verplaatst wordt in een noodgeval na pech of een ongeval:
schroef de bevestigingselementen A los en verwijder afdekking
B. Sluit de LPG-kraan door de gekartelde ring C rechtsom te
draaien.
• Het is strikt verboden om additieven in LPG te gebruiken.
• Het wordt geadviseerd zo nu en dan (minstens eens per zes
maanden) de LPG in de tank volledig te gebruiken en bij de
volgende tankbeurt te controleren of de maximuminhoud van
30,5 liter (inclusief reserve) niet overschreden wordt. Als het
niveau de 30,5 liter (inclusief reserve) overschrijdt, neem dan
onmiddellijk contact op met het Fiat Servicenetwerk.
(VERVOLG)
VEILIGHEID VAN DE AUTO
Onder speciale gebruiksomstandigheden:
• starten en werken bij lage omgevingstemperature
• toevoer van LPG met laag propaangehalte: het systeem kan
tijdelijk overschakelen naar werking op benzine, zonder dat er op
het instrumentenpaneel een indicatie van het omschakelen
verschijnt.
In geval van:
• laag LPG-niveau in de tan
• bij vraag naar hoge prestaties (bijv. inhalen, volledig beladen
auto, steile hellingen), kan het systeem automatisch
overschakelen naar werking op benzine om de vereiste
motorprestaties te garanderen; in dit geval wordt de
overschakeling aangegeven door het aangaan van de oranje
(benzine) led en het uitgaan van de groene (LPG) led op de
schakelaar. Als bovengenoemde omstandigheden zich niet meer
voordoen, keert het systeem automatisch terug naar werking op
LPG; de oranje led (benzine) gaat uit en de groene led (LPG) gaat
branden op de schakelaar.
• Om de bovenbeschreven automatische overschakeling te
verkrijgen, moet u zich ervan verzekeren dat er altijd voldoende
brandstof in de benzinetank zit.
• Daarom moet er altijd voldoende benzine in de tank zitten om de
benzinepomp te beschermen en tijdelijke overschakeling van LPG
naar benzine te garanderen.