Operation Manual

97
GEBRUIK VAN DE
DUALOGIC
VERSNELLINGSBAK
(voor bepaalde versies/markten)
14)
WERKING
De versnellingsbak kan op twee
manieren werken:
HANDMATIG de bestuurder beslist
zelf wanneer hij zal schakelen;
AUTO het systeem beslist wanneer
er geschakeld wordt.
HANDMATIGE
BEDIENING
Houd het rempedaal ingetrapt en
start de motor.
Duw de hendel A - fig. 79 naar (+) om
de eerste versnelling in te schakelen
(vanuit N of R kan de pook in de
middelste stand worden geplaatst) of
naar R om de achteruit in te schakelen.
Laat het rempedaal los en druk het
gaspedaal in.
Duw tijdens het rijden de hendel A
van de versnellingsbak naar (+) om
de volgende hogere versnelling of
naar (–) om de volgende lagere
versnelling in te schakelen.
AUTOMATISCHE
BEDIENING
Houd het rempedaal ingetrapt en
start de motor.
Duw de keuzehendel naar A/M om
de automatische werking in te
schakelen of naar R om de achteruit
in te schakelen.
Laat het rempedaal los en druk het
gaspedaal in.
79
DVDF0S0192c
ECO-functie
De ECO-functie, die de werking van de
versnellingsbak optimaliseert, kan
alleen worden ingeschakeld bij de
automatische werking.
Deze functie wordt ingeschakeld door
het indrukken van de knop E - fig. 79
naast de versnellingspook
(1.2 8V versies), of het indrukken van
de knop ECO fig. 80 op het dashboard
(0.9 TwinAir 85 pk versies).
Bij actieve ECO-functie, toont het
display de huidige versnelling en de
woorden AUTO en ECO; het systeem
zal de schakelmomenten op basis van
de snelheid van de auto, het
motortoerental en de bedieningswijze
van het gaspedaal kiezen, met als doel
om het brandstofverbruik te beperken.
80
DVDF0S0193c