Operation Manual

73
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
Open het dak niet bij sneeuw
of ijs: het kan dan bescha-
digd worden.
Als er een imperiaal gemon-
teerd is, is het raadzaam het
opendak alleen in “kantel-
stand” te gebruiken.
Verwijder altijd de contact-
sleutel uit het contactslot
als u de auto verlaat, om te voorko-
men dat het opendak per ongeluk in
beweging wordt gebracht en zo
gevaar kan opleveren voor de ach-
tergebleven inzittenden: onzorgvul-
dig gebruik van het opendak kan
gevaarlijk zijn. Controleer voor en tij-
dens de bediening van het opendak
altijd of de passagiers niet verwond
kunnen worden door de beweging
van het opendak zelf of door in
beweging gebrachte voorwerpen.
ATTENTIE
ANTI-LETSELFUNCTIE
Het opendak is voorzien van een anti-
letselfunctie. Sensoren in de ruitrubbers
kunnen een eventueel obstakel waarne-
men als de ruit sluit. In dat geval onder-
breekt het systeem de ruitbeweging en
wordt de ruit onmiddellijk geopend.