Operation Manual

GROEP 2
Kinderen met een gewicht tussen 15 en
25 kg mogen rechtstreeks de
veiligheidsgordels van het voertuig
gebruiken fig. 132. Het kinderzitje is in
dit geval nodig om het kind correct
ten opzichte van de gordels te
plaatsen, zodat het diagonale
gordelgedeelte schuin over de borst en
nooit langs de nek ligt; het onderste
gordelgedeelte moet over het bekken
en niet over de buik liggen.
70)
GROEP 3
Voor kinderen met een gewicht tussen
22 en 36 kg bestaan er geschikte
verhogingen om de veiligheidsgordel
correct te kunnen omleggen.
In de fig. 133 afbeelding is de juiste
plaatsing van het kinderzitje op de
achterstoel weergegeven. Kinderen
langer dan 1,50 m kunnen de
veiligheidsgordels net zoals
volwassenen dragen.
132
F0V0111
133
F0V0112
127