Operation Manual

GEBRUIK VAN DE
VERSNELLINGSBAK
Om de versnellingen in te schakelen,
het koppelingspedaal volledig intrappen
en de versnellingspook A-fig. 127 in
de gewenste stand zetten (het schema
is aangegeven op de pookknop fig.
143).
BELANGRIJK De achteruitversnelling
kan uitsluitend bij stilstaand voertuig
worden ingeschakeld. Wacht bij
draaiende motor minstens 2 seconden
met het koppelingspedaal helemaal
ingetrapt alvorens de achteruit in te
schakelen om beschadiging aan de
tandwielen te voorkomen.
Om de achteruitversnelling R in te
schakelen vanuit de vrijstand, ring B
onder te knop omhoog brengen en
tegelijkertijd de versnellingspook naar
rechts en vervolgens naar achteren
zetten (zoals aangegeven op het
schema).
80)
21)
BELANGRIJK
80) Trap het koppelingspedaal
helemaal in om op juiste wijze te
schakelen. Om die reden mag
er niets op de vloer onder het
pedaalsamenstel liggen. Zorg dat
de vloerbekleding steeds vlak is
en dat hij de slag van de pedalen
niet hindert.
BELANGRIJK
21) Rijd niet met de hand op de
pookknop omdat de uitgeoefende
druk, hoe licht ook, na verloop
van tijd slijtage aan de interne
onderdelen van de
versnellingsbak kan veroorzaken.
Het koppelingspedaal mag
uitsluitend voor het schakelen
gebruikt worden. Laat tijdens het
rijden de voet nooit, zelfs niet
licht, op het koppelingspedaal
rusten. Bij bepaalde versies/
markten kan de regelelektronica
van het koppelingspedaal een
onjuiste rijstijl als een storing
interpreteren.
143
F0V0069
145