Operation Manual
Afstelling rugleuning
Draai aan knop Bfig. 25
Afstelling in hoogte
bestuurdersstoel
(voor bepaalde versies/markten)
Gebruik hendel C fig. 25 om het
achterste deel van het zitkussen
omhoog of omlaag te verstellen voor de
meest comfortabele rijstand.
BELANGRIJK Afstellen mag alleen
wanneer u op de betreffende stoel zit.
Afstelling lendensteun
bestuurdersstoel
(voor bepaalde versies/markten)
Draai aan knop D fig. 25 om de
lendensteun af te stellen.
Stoelverwarming
(voor bepaalde versies/markten)
Druk, met de sleutel naar stand MAR
gedraaid, op knop A fig. 26 om de
functie in of uit te schakelen.
Als de functie ingeschakeld is, brandt
de led op de knop.
OPKLAPBARE
PASSAGIERSSTOEL
(voor bepaalde versies/markten)
Bij sommige Cargo-versies kan de
passagiersstoel worden opgeklapt.
17)
Schuif de stoel volledig naar achteren
om hem in te klappen om interferentie
met het dashboard te voorkomen.
Stoel opklappen
Ga als volgt te werk om de stoel op te
klappen:
❒ open het portier aan passagierszijde;
❒ trek aan de hendels A en klap de
rugleuning naar voren in de met
de pijl aangegeven richting;
❒ duw vervolgens de rugleuning B fig.
28omlaag: de stoel is nu volledig
ingeklapt in "tafel"-stand;
❒ trek aan lipje C fig. 29 en duw de
rugleuning nog verder omlaag: de
stoel is nu volledig opgeklapt.
26
F0V0208
27
F0V0142
28
F0V0143
25










