Operation Manual

STUURWIEL
De hoogte en axiale stand van het
stuurwiel kunnen bij alle versies versteld
worden.
Ga als volgt te werk om te verstellen:
druk hendel A fig. 52 naar voren
(stand 1) om het stuurwiel te
ontgrendelen;
zet het stuurwiel in de gewenste
stand;
trek hendel A fig. 52 naar het
stuurwiel (stand 2) om hem te
vergrendelen.
24) 25)
BELANGRIJK
24) Alle instellingen mogen
uitsluitend worden uitgevoerd bij
stilstaand voertuig en afgezette
motor.
25) Onder geen enkele
omstandigheid mogen after-
market-werkzaamheden,
waarvoor wijzigingen in de
stuurinrichting of stuurkolom
vereist zijn (bijv.: installatie van
een diefstalbeveiliging) uitgevoerd
worden. Deze kunnen de
prestaties en veiligheid van het
voertuig in gevaar brengen.
Hierdoor komt tevens de garantie
te vervallen en voldoet het
voertuig niet meer aan de
vereisten voor de
typegoedkeuring.
ACHTERUITKIJKSPIEGELS
BINNENSPIEGEL
(voor bepaalde versies/markten)
Deze spiegel is voorzien van een
beveiligingsmechanisme dat ervoor
zorgt dat de spiegel losschiet bij een
heftige botsing met de passagier.
Met hendeltje A fig. 53 kan de spiegel in
twee standen gezet worden: normaal
of anti-verblindingsstand.
Sommige versies kunnen uitgerust zijn
met een binnenspiegel B fig. 54om
kinderen in de gaten te kunnen houden.
52
F0V0014
53
F0V0125
33