Operation Manual

INSCHAKELING VAN DE
INTERNE
LUCHTRECIRCULATIE
Druk op knop E: als de functie
ingeschakeld is, gaat de led op de
knop branden.
Geadviseerd wordt de interne
luchtrecirculatie in te schakelen in de file
of in tunnels, om te voorkomen dat
vervuilde lucht in het interieur komt.
Gebruik de functie niet langdurig, vooral
als er meerdere passagiers aan boord
zijn, om beslagen ruiten te voorkomen.
BELANGRIJK Met de
luchtrecirculatiefunctie kan de gewenste
toestand (verwarming of koeling,
afhankelijk van de keuze) sneller bereikt
worden. Het wordt echter afgeraden
de luchtrecirculatie in te schakelen op
regenachtige of koude dagen om
beslagen ruiten te voorkomen, vooral
als de klimaatregeling niet is
ingeschakeld.
KLIMAATREGELING
(koelen)
Ga als volgt te werk:
draai knop A naar het blauwe gebied;
draai knop B naar de gewenste
snelheid;
draai de knop C naar
;
druk op de knoppen
en E (leds op
knoppen branden).
Koelregeling
Ga als volgt te werk:
om interne luchtrecirculatie uit te
schakelen, op knop E drukken (led
op knop E uit);
draai de knop A naar rechts om de
temperatuur te verhogen;
draai knop B naar links om de
ventilatorsnelheid te verlagen.
EXTRA VERWARMING
(voor bepaalde versies/markten)
Deze voorziening verwarmt het interieur
sneller wanneer het erg koud is en bij
lage koelvloeistoftemperatuur.
De extra verwarming wordt
automatisch ingeschakeld wanneer de
motor gestart wordt, als knop A op
de laatste rode sector gedraaid is en de
ventilator (knop B) op minstens de
eerste snelheid staat.
De extra verwarming wordt
automatisch uitgeschakeld nadat de
gewenste comfortsituatie is bereikt.
BELANGRIJK De extra verwarming
wordt niet ingeschakeld als de
accuspanning te laag is.
ONDERHOUD VAN HET
SYSTEEM
Schakel in de winter de airconditioning
minstens eens per maand ongeveer
10 minuten in. Laat vóór het begin van
het zomerseizoen het systeem
controleren door het Fiat
Servicenetwerk.
50
WEGWIJS IN UW AUTO