Operation Manual

OPMERKING: De gasdruk in deze steunen daalt
echter bij koud weer en dan moet u mogelijk ook zelf
iets ondersteunen bij het openen van de achterklep.
WAARSCHUWING!
Wanneer u met een geopende achter-
kle
p rijdt, kunnen gif tige uitlaatgassen
in de auto belanden. Deze dampen kunnen scha-
delijk zijn voor u en uw passagiers. Rijd alleen
met gesloten achterklep.
Wanneer u toch met open achterklep moet
rijden, zorg dan dat alle ramen gesloten zijn en
dat de aanjager van de airco op de hoogste stand
staat. Schakel de recirculatiestand niet in.
LAADRUIMTE
OPLAADBARE ZAKLAMP (voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
De oplaadbare LED-zaklamp wordt in de oplader links
achter in het bekledingspaneel opgeborgen. Druk kort
op de inkeping aan de zijkant van de zaklamp om deze
uit de oplader te nemen.
(afb. 103)
Om de zaklamp te gebruiken, moet u de schakelaar één
keer indrukken voor veel licht, twee keer voor minder
licht en drie keer om deze uit te schakelen.
(afb. 104)
OPMERKING: Zorg dat u de zaklamp terugzet in de
oplader als deze niet in gebruik is om te zorgen dat hij
altijd paraat is wanneer u deze nodig heeft.
(afb. 103)
Oplaadbare zaklamp
136
UW AUTO
VEILIGHEID
ST
ARTEN
EN RIJDEN
WAARSCHU-
WINGS-
LAMPJES EN
MELDINGEN
NOODGE-
VALLEN
SERVICE EN
ONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD