Operation Manual

169
VEILIGHEID
LAMPJES
EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
VAN DE AUTO
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENINGS-
KNOPPEN
STARTEN
EN RIJDEN
MONTAGESCHEMA
De trekhaak moet op de punten aangegeven met
Ø
bevestigd worden met in totaal 4 M8-bouten, 2 M10-
bouten en 2 M12-bouten.
Bij de bevestigingspunten van het achterpaneel aan de
buitenzijde moeten de bevestigingsplaten van het
stootblok vervangen worden door de platen rechts
A en links B (onderdeelnummer 50901257 en
50901258). Deze moeten aan de buitenzijde van het
achterpaneel worden gemonteerd, zoals afgebeeld.
De trekhaak moet op de carrosserie gemonteerd
worden zonder gaten in of vervormingen van de ach-
terbumper die zichtbaar zijn bij gedemonteerde trek-
haak.
BELANGRIJK Het is verplicht om op dezelfde hoogte
als de trekkogel een (goed zichtbaar) plaatje van vol-
doende afmetingen en kwaliteit aan te brengen met de
volgende tekst:
MAX. GEWICHT OP KOPPELING 60 kg
725
280
12
155 9070
155 9070
481 481
440 440
376 376
30
112
30
112
385 35
+
-
Achteras
Bestaande gaten
Auto
volbeladen
Hart trekkogel
n. 2 M8
n. 2 M8
M10
M10
Bestaande gaten
>65
n. 2 M12
Bestaande gaten
A
B
A
B
F0I0037m
ATTENTIE
boutgaten worden afgedicht om te voorkomen
dat uitlaatgassen in het interieur kunnen dringen.
Na de montage van de
trekhaak moeten de