Operation Manual

143
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENINGSE-
LEMENTEN
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
NOODGEVALLEN
ACHTERLICHTUNITS
fig. 13
In de achterlichtunits zijn de gloeilampen
voor de achterlichten, de remlichten, de
richtingaanwijzers, de achteruitrijlichten
en de mistachterlichten opgenomen.
fig. 13
F0P0184m
Om de achterlichtunits los te maken en
een gloeilamp te vervangen, moeten de
twee achterdeuren 180° worden geopend
(raadpleeg de paragraaf “Dubbele achter-
deur” in het hoofdstuk “Dashboard en be-
diening”).
fig. 14
F0P0185m
Gloeilamp vervangen:
controleer welke lamp moet worden
vervangen;
draai de 2 bevestigingsmoeren A en B
los;
trek het lampenglas vanaf de buitenzij-
de los;
houd de unit vast en maak de stekker
los;
buig de lippen naar buiten en trek de
lamphouder los;
verwijder de te vervangen lamp (met
bajonetfitting) door hem iets in te druk-
ken en linksom te draaien en vervang
de lamp;