Operation Manual

16 van 28
Koelen / Verwarmen
Op het moment dat de airconditioner is aangesloten
op het lichtnet zal led (G) branden en is de de unit
klaar voor gebruik.
De verwarm mode (uitsluitend voor modellen
met warmtepomp “HP”) of de koelmode “ “ wordt
gekozen door op toets (4) te drukken van de
afstandbediening.
Om de koeltemperatuur te verlagen of de
verwarmingstemperatuur te verlagen (uitsluitend voor
modellen met een warmtepomp “HP”) druk op toets
(3) van de afstandbediening. Om de temperatuur te
verhogen druk op toets (2) van de afstandbediening.
ATTENTIE: De ON/OFF toets (1) start de compressor
na ongeveer 3 minuten vanaf de laatste
uitschakeling. Deze stand wordt weergegeven door
de koelindicatie led (B) of de verwarmindicatie led
(D).
Notie: Indien de “AUTO” mode is geselecteerd (door
toets (5) in te drukken op de afstandbediening),
kiest de unit automatisch de snelheid van de ventilator.
Er zijn drie standen beschikbaar om de meest aan-
gename temperatuur te bereiken.
Druk op toets (5) om de “AUTO” mode uit te
schakelen en de ventilator snelheid te verhogen of te
verlagen.
Ventilatie
Op het moment dat de airconditioner is aangesloten
op het lichtnet zal led (G) branden en is de de unit
klaar voor gebruik.
Tijdens de stand ventilatie” mode, kunnen de drie
verschillende ventilator snelheden geselecteerd
worden. Minimum, medium, maximum.
Activeren en uitschakelen van de “AUTO” mode:
- Druk op toets (5) van de afstandbediening. De
ventilator start op de maximum snelheid en ventilator
led (C) gaat branden..
- Om de gewenste ventilator snelheid te selecteren
druk op toets (5) van de afstandbediening om een
van de drie snelheden te kiezen.
- Druk op toets (1) van de afstandbediening om de
ventilator uit te schakelen.
Fig. 27