Data Sheet

VI-2017, www.findernet.com
SERIE 18
SERIE
18
8
Bewegings- en aanwezigheidsmelders 10 A
Algemene gegevens
Isolatie-eigenschappen
Spanningsbestendigheid tussen geopende contacten
VAC 1000
Tussen de voeding en de uitgangscontacten VAC
1500 (bij type 18.21…0300, 18.31…0300, 18.41, 1851, 18.61)
EMC - immuniteit
Soort test Norm
ESD - ontlading - via de aansluitingen EN61000-4-2 4kV
- via de lucht EN61000-4-2 8kV
Elektromagnetisch HF-Feld (80…2000) MHz EN61000-4-3 3V/m
Burst (5/50 ns, 5 und 100 kHz) aan de spoelaansluitingen EN61000-4-4 1kV
Surge (1.2/50 μs) aan
de aansluitingen
- (common mode) EN61000-4-5 4kV
- (differential mode) EN61000-4-5 4kV (2.5 kV voor 18.01/11)
Leidinggevoerde storingen
(0,15…230) MHz
aan de
spoelaansluitingen EN61000-4-6 3V
Spanningsdips 70%U
N
, 40%U
N
EN61000-4-11 10 perioden
Korte onderbrekingen EN61000-4-11 10 perioden
Radiofrequentie geleide emissies (0,15…30)MHz EN55014 Klasse B
Uitgestraalde emissies (30…1000)MHz EN55014 Klasse B
Aansluitingen 18.01, 18.11, 18.21, 18.31
18.41, 18.51, 18.51…B300,
18.61, 18.A1
Type
schroefaansluiting
Push-in aansluiting (blz.15)
Vastzetkoppel Nm 0,5
Max. Anschlussquerschnitt harde kern soepele kern harde kern soepele kern
mm
2
1x6 / 2x4 1x4 / 2x2.5 2.5 2.5
AWG 1x10 / 2x12 1x12 / 2x14 14 14
Abisolierlänge mm 9 9 8 8
Overige gegevens
Warmteafgifte aan de omgeving
- zonder contactstroom W 0.3
- bij max. continustroom W 1.4
Na iedere inbedrijfname en spanningsonderbreking volgt een hardware-software-initialisiering van ongeveer 30 seconden.
Het gedrag van de uitgang gedurende deze 30 seconden hangt echter af van bepaalde omstandigheden:
- Als de bewegingsmelder zich voor de spanningsonderbreking in de AAN-stand bevindt en het actuele lichtniveau onder de ingestelde
helderheidsdrempel ligt, sluit het uitgangscontact zich direct als de voedingsspanning weer aangeboden wordt, voor de ingestelde
afschakelvertragingstijd onafhankelijk van bewegingsdetectie.
- Als de bewegingsmelder zich voor de spanningsonderbreking in de UIT-stand bevindt of als het actuele lichtniveau boven de ingestelde
helderheidsdrempel ligt, schakelt de bewegingsmelder pas aan het einde van de initialisering aan bij bewegingsdetectie.