Datasheet

I-2023, www.findernet.com
6
E
SERIE 72
Bewakingsrelais
SERIE
72
Algemene gegevens
Isolate-eigenschappen 72.01/72.11 72.42
Spanningsbestendigheid Wisselspanning Impuls (1.2/50µs)
tussen voedingsspanning en contacten 4000VAC 6kV 6kV
tussen voedingsspanning en stuuringangen
(geldt alleen voor de 110…240 V uitvoeringen) 2500VAC 4kV
tussen voedingsspanning en elektroden* 4000VAC 6kV
tussen contacten en elektroden 4000VAC 6kV
tussen geopende contacten** 1000VAC 1.5kV 1.5kV
EMC - Immuniteit
Soort test Norm 72.01/72.11 72.42
ESD - ontlading via de aansluitingen EN61000-4-2 4kV 4kV
via de lucht EN61000-4-2 8kV 8kV
Uitgestraald elektromagnetisch veld (80…1000)MHz EN61000-4-3 10V/m 10V/m
(1…2.8)GHz EN61000-4-3 5 V/m
Snelle transiënten op de voedingsklemmen EN61000-4-4 4kV 4kV
(burst 5/50 ns, 5 en 100 kHz) op de stuuringangen EN 61000-4-4 4kV
Spanningspulsen op de common mode EN61000-4-5 4kV 4kV
voedingsklemmen (surge1.2/50μs) differential mode EN61000-4-5 4kV 4kV
Radiofrequentie common op de voedingsklemmen EN61000-4-6 10V 10V (0.15…230)MHz
mode voltage (0.15…280)MHz op de stuuringangen EN61000-4-6 10V
Spanningsdips 70%U
N
EN61000-4-11 25 perioden
Korte onderbrekingen EN61000-4-11 1 periode
Radiofrequentie geleide emissies (0.15…30)MHz CISPR 11 klasse B klasse B
Uitgestraalde emissies (30…1000)MHz CISPR 11 klasse B klasse B
Aansluitklemmen
Vastzetkoppel Nm 0.8
Draadstriplengte mm 9
Max. aansluitdiameter harde kern soepele kern
mm
2
1x6 / 2x4 1x4 / 2x2.5
AWG 1x10 / 2x12 1x12 / 2x14
Overige gegevens
Stroomverbruik aan Z1 en Z2 (type 72.11) mA <1
Stroomverbruik aan de stuuringangen (B1-B3 en B2-B3) - (Type 72.42) 5mA, 5V
Warmte verlies aan de omgeving 72.01/72.11 72.42
zonder contactstroom W 1.5 0.9 (1 relais AAN)
bij nominale stroom W 3.2 3.0 (2 relais AAN)
Max. leidinglengte tussen elektrode en bewakingsrelais (type 72.01/72.11) m 200 (leidingcapaciteit 100 nF/km)
* Bij de uitvoeringen voor 24 V DC, type 72.01.9.024.0000 en 72.11.9.024.0000 is de voedingsspanning (A1-A2) en de elektrodenspanning
(B1-B2-B3) niet galvanisch gescheiden.
Bij een DC-SELV toepassing (niet geaarde laagspanningsvoeding) is een SELV-voedingsspanning noodzakelijk.
Bij een DC-PELV toepassing (geaarde laagspanningsvoeding) mag de elektrode niet geaard zijn, om er zeker van te zijn dat, zoals bij een
DC-SELV toepassing, geen lekstromen vloeien, die het bewakingsrelais kunnen storen. Om deze problematiek te omzeilen kunt u wellicht beter
voor een 24 V AC wisselspanninguitvoering kiezen waarbij via de interne transformator dezelfde versterkte isolatie als bij de typen voor
125 V AC en 240 V AC geldt.
** Er wordt voldaan aan de eis betreffende microschakeling in een 230/400 V net.