Data Sheet
II-2016, www.findernet.com
SERIE
99
SERIE 99
Indicatie- en EMC-ontstoringsmodulen
1
99.02
Schakelschema Bestelnummer Functiebeschrijving
99.02.9.024.99
99.02.9.060.99
99.02.9.220.99
LED-indicatie + vrijloopdiode, standaardpolariteit
De modulen met vrijloopdiode zijn alleen bij DC-spanning te gebruiken.
De negatieve afschakel-piekspanning over de relaisspoel wordt door de vrij-
loopdiode kortgesloten. De afvaltijd van het relais wordt ongeveer een factor 3
langer. Als deze afvaltijd niet gewenst is, dient men gebruik te maken van een varis-
tor- of RC-moduul. 99.02.9.xxx.99 met ompoolbeveiligingsdiode.
99.02.0.024.98
99.02.0.060.98
99.02.0.230.98
LED-indicatie + varistor
De modulen met LED en varistor zijn zowel bij AC- als DC-spanning te gebruiken.
De afschakel-piekspanning over de relaisspoel wordt door de varistor op ongeveer
2,5 maal de werkspanning van het moduul begrenst. Bij het gebruik van DC-span-
ning dient de + (plus) van de gelijkspanning met A1 verbonden te worden.
De afvaltijd van het relais wordt nagenoeg niet langer.
99.02.0.024.59
99.02.0.060.59
99.02.0.230.59
LED-indicatie zonder EMC-bescherming
De modulen met LED zijn zowel bij AC- als DC-spanning te gebruiken.
(Bij DC polariteit bekijken.)
De afvaltijd van het relais veranderd niet. Er is geen EMC- bescherming.
99.02.3.000.00
Vrijloopdiode, standaardpolariteit
Het moduul met vrijloopdiode kan alleen bij DC-spanning gebruikt worden.
De negatieve afschakel-piekspanning van de relaisspoel wordt door de vrij-
loopdiode kortgesloten. De afvaltijd van het relais wordt ongeveer een factor 3
langer. Als deze verlenging van de afvaltijd niet gewenst is, dient men gebruik te
maken van een
varistor- of een RC-moduul.
99.02.9.xxx.99 met ompoolbeveiligingsdiode.
99.02.0.024.09
99.02.0.060.09
99.02.0.230.09
RC-moduul
De modulen met RC-netwerk zijn zowel bij AC- als DC-spanning te gebruiken.
De afschakel-piekspanning over de relaisspoel wordt door het RC-netwerk op
ongeveer 2,5 maal de werkspanning van het moduul begrenst. De afvaltijd van
het relais wordt nagenoeg niet langer.
99.02.8.230.07
Belastingsweerstand
De modulen met ingebouwde weerstand zijn prima te gebruiken als 110V-
of 230V-AC-relais niet afvallen. De oorzaken hiervoor zijn veelal lekstromen
van AC-benaderingsschakelaars of instralingen bij parallel liggende lange
AC-stuurleidingen.
Stroom- spanningsverloop bij het schakelen
van een ohmse belastging afb.1
U
R
+
–
I
t
I
U
U
R
+
–
I
t
L
ON OFF
I
U
ON OFF
AAN UIT
Stroom- spanningsverloop bij het schakelen
van een relaisspoel afb.2
U
R
+
–
I
t
I
U
U
R
+
–
I
t
L
ON OFF
I
U
ON OFF
AAN UIT
Schakelen van relaisspoelen
Bij het schakelen van een weerstand volgt de st-
room direct de spanning (Afb.1).
Bij het schakelen van relaisspoelen verschijnt een
typisch stroom- spanningsverloop, dat afwijkt
van het verloop bij het schakelen van een ohmse
weerstand (Afb. 2).
Bij een relaisspoel (in afb.2 als inductiviteit L en
weerstand R weergegeven) moet het magnetische
veld eerst opgebouwd worden. De stroom volgt,
daarbij gehinderd door de tegen-EMK, slechts
vertraagt de spanning. Bij het afschakelen van de
spanning wordt de stroom onderbroken en het
magneetveld stort in. Daarbij wordt een span-
ning geïnduceerd, die de aangelegde spanning
tegenwerkt. De hoogte van deze spanningspiek
kan ongeveer de 15-voudige waarde
van de aangelegde spanning bedragen en
ofwel direct ofwel over de leidingskoppeling
elektronica storen of vernielen. Om dit effect
tegen te gaan worden afhankelijk van de
voedingsspanning aan de relaisspoel een
diode, een varistor of een RC-moduul parallel
geschakeld.
De werking van de desbetreffende schakeling kan
uit de functiebeschrijving gehaald worden.
(De afbeeldingen links en de tekst hierboven gel-
den voor gelijkspanning, maar in principe gelden
deze ook voor wisselspanning. Bij het ins-
chakelen van een AC-relais wordt zelfs af-
hankelijk van de grootte van het relais
een inschakelstroom gemeten, die het 1,3
tot 1,7 voudige van de nominale stroom
bedraagt.)