Operation Manual

9
WERKING
Normale werking
Als de rode led aan de voorzijde om de
veertig seconden knippert, dan weet u dat
de rookmelder correct functioneert.
Niet-vervangbare batterij bijna leeg
BELANGRIJK: De rookmelder heeft een
niet-vervangbare batterij (3v DC, CR17345)
nodig met voldoende stroom om goed te
kunnen functioneren.
Als de niet-vervangbare batterij van de
First Alert rookmelder bijna leeg is, dan
geeft de melder om de veertig seconden
tjirpend waarschuwingssignaal. Wanneer
dit gebeurt, moet u de melder onmiddellijk
vervangen. De First Alert rookmelder
geeft deze waarschuwing ten minste
zeven dagen. Als u de rookmelder dan
nog niet heeft vervangen, dan kunt u niet
meer worden gewaarschuwd in geval van
brand. Wanneer u de rookmelder van de
montageplaat verwijdert, dan wordt de
niet-vervangbare batterij automatisch
uitgeschakeld en stopt het tjirpende
waarschuwingssignaal, zodat u de melder
volgens de lokale voorschriften kunt
weggooien. Voor instructies over het
weggooien.
ALARMTEST
De melder moet correct bevestigd zijn
op de montageplaat voordat u hem kunt
testen.
a Druk op de test- en pauzeknop in het
midden en laat deze weer los.
b De melder geeft een hoorbaar
alarmsignaal dat bestaat uit twee fases
van drie luide pieptonen. Dan stopt het
Zodra u de rookmelder correct op de
montageplaat heeft bevestigd, wordt
de ingebouwde, niet-vervangbare
batterij ingeschakeld. De rode led aan
de voorzijde moet nu om de veertig
seconden knipperen om aan te geven
dat de rookmelder correct functioneert.
*Wanneer u de melder op een ouder
model montageplaat van First Alert
bevestigt, dan kunt u de melder slechts
in één richting monteren. Als u advies
nodig heeft, neem dan contact op met
de technische klantenservice van First
Alert.
4 First Alert rookmelder testen
Nadat u de melder op de montageplaat
heeft bevestigd, moet u vijf seconden
wachten voordat u de melder gaat
testen. ‘Zie Alarmtest’.