Operation Manual
4
Woningen voor meerdere gezinnen
of diverse bewoners (flatgebouwen,
studentenwoningen)
De First Alert rookmelder is ook geschikt
voor appartementen of studentenkamers
volgens hetzelfde principe als geldt
voor eengezinswoningen. Voor
gemeenschappelijke ruimtes zoals
lobby’s en gangen moet er al een centraal
brandmeldsysteem aanwezig zijn dat
voldoet aan de wettelijke eisen.
Instellingen en hotels
Hieronder rekenen we motels,
ziekenhuizen, kinderopvang- en
gezondheidsinstellingen, instellingen voor
langdurige zorg, pensions en slaapzalen. U
kunt de rookmelder ook gebruiken in slaap-
of woonkamers volgens hetzelfde principe
dat geldt voor eengezinswoningen.
Voor gemeenschappelijke ruimtes
zoals lobby’s en gangen moet er al een
centraal brandmeldsysteem aanwezig
zijn dat voldoet aan de wettelijke eisen.
Deze rookmelder is niet altijd geschikt
voor gemeenschappelijke ruimtes,
bijvoorbeeld wanneer het alarmsignaal
niet door alle bewoners kan worden
gehoord of niet voldoet aan de wettelijke
eisen. Deze rookmelder is bedoeld als een
batterijgevoede rookmelder.
WAARSCHUWING: Deze First Alert
rookmelder kan niet communiceren
met andere rookmelders of
brandmeldsystemen. Hij is niet bedoeld
als vervanging van een compleet
brandmeldsysteem.
Campers en caravans
Deze rookmelder is geschikt voor campers
en caravans.
Bedrijfs- en industriële ruimtes
Deze rookmelder is niet bestemd voor
bedrijven of fabrieken, noch voor enig
ander doel dan hierboven omschreven.
PLAATSING
Thermoptek rookmelders kunt u in de
buurt van een keuken plaatsen, omdat
ze niet vaak een ongewenst alarm
geven door kookdampen. Toch kunnen
deze rookmelders, net als andere
rookmeldertypes, een ongewenst alarm
geven door waterdampen. Daarom zijn ze
minder geschikt in de buurt van badkamers
of douches.
We raden aan om de First Alert rookmelder
NIET op de volgende plaatsen te monteren:
• In badkamers, douches en andere zeer
vochtige ruimtes. De damp in de lucht
kan leiden tot een ongewenst alarm.
• In keukens. Keukens moeten worden
beveiligd door middel van een autonome
hittemelder, omdat kookdampen
bij rookmelders ongewenste
alarmmeldingen veroorzaken en de
sensor van de rookmelder vervuilen.
• In stoffige en vuile ruimtes. Stof en vuil
vervuilen de sensorkamer, waardoor de
sensor overgevoelig of juist ongevoelig
wordt voor rook.
• In ruimtes waar de temperatuur niet
wordt geregeld en kan dalen onder
4 °C (40 °F) of kan stijgen boven 38 °C
(100 °F), bijvoorbeeld in onverwarmde
gebouwen en open zolders.
• In zeer vuile, stoffige of vettige ruimtes.
• Op zeer tochtige plaatsen, zoals dichtbij
plafondventilatoren of luchtkokers. Tocht
kan de rook weggeblazen, waardoor de
rook de rookmelder niet kan bereiken.
• In ruimtes met veel insecten. Insecten
kunnen de openingen naar de sensor
verstoppen. Hierdoor kan rook de sensor
niet bereiken en zal het alarmsignaal
niet of juist onbedoeld afgaan.
• Binnen 30 cm (12”) van een TL-
armatuur, want elektrische ‘ruis’ van
de TL-armatuur kan de werking van de
rookmelder verstoren.
• Op een plaats op de muur meer dan
30 cm (12”) onder het plafond (zie ‘De
Rookmelder Installeren’).
• In ruimtes met stilstaande lucht (zie
volgend schema).
• Binnen 30 cm (12”) van lampen of
andere obstakels op het plafond.
WAARSCHUWING: Langdurige
blootstelling aan temperaturen anders
dan hierboven vermeld vermindert de
levensduur van het apparaat.










