Operation Manual
41
NL BE
Controleer de drfschakelaar ( 6):
- H moet zodanig gepositioneerd
zn, dat h vr op en neer kan
gaan. De schakelpunthoogte
„Aan“ en de schakelpunthoogte
„Uit“ moeten gemakkelk bereikt
kunnen worden.
U kan dit kontroleren door de
pomp in een met water gevuld
vat te zetten en de drfschake-
laar (6) met de hand voorzichtig
op te tillen en vervolgens weer
te laten zakken. Zo kan u zien of
de pomp aan- resp. uitschakelt.
- Zorg er ook voor dat de afstand
tussen de kop en de hoogtever-
stelling (7) van de drfschakelaar
(6) niet te klein is. B een te
kleine afstand is optimaal funktio-
neren niet gegarandeerd.
- Let erop dat b het instellen van
de drfschakelaar (6) deze niet
de bodem raakt b het uitschake-
len van de pomp.
Er bestaat een gevaar voor drooglo-
pen, wanneer de drfschakelaarka-
bel (
8) te lang wordt gekozen,
met name wanneer de hoogtever-
stelling van de drfschakelaar (
7) niet is gemonteerd (zie „Inbe-
drfstelling“).
Handmatige werking /
vlakke afzuiging
In de handmatige modus schakelt de pomp
niet automatisch uit omdat de drfschake-
laar (
6) overbrugd is.
Positioneer de drfschakelaar (6)
loodrecht naar boven in de hoog-
teverstelling (7) van de drfschake-
laar.
Observeer de pomp in de handma-
tige modus voortdurend. Schakel
de pomp onmiddellk uit (netstekker
uittrekken) wanneer er geen water
meer gepompt wordt. Het gevaar
voor beschadigingen bestaat als de
pomp droogloopt.
Onderhoud en Reiniging
Voor een lange levensduur adviseren w u
regelmatige kontroles en onderhoudsbeur-
ten door te voeren.
Laat werkzaamheden, die
niet in deze handleiding
beschrevenzn,doorons
servicecenter doorvoeren.
Maak uitsluitend gebruik van
originele onderdelen. Gevaar
voor verwondingen!
Voor begin van de onderhouds-
werkzaamheden de stekker uittrek-
ken. Door beweegbare onderdelen
bestaat er gevaar voor een elektri-
sche schok of voor verwondingen.
Algemene reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden
• Indien de pomp veel getransporteerd
wordt, moet de pomp na elk gebruik met
schoon, helder water worden gereinigd.
• B stationaire installatie moet de wer-
king van de drfschakelaar (
6) re-
gelmatig (minstens elke drie maanden)
gekontroleerd worden.
• Pluisjes en vezelachtige deeltjes die
zich eventueel in de pompbehuizing
(
3) hebben vastgezet met een water-
straal verwderen.
• Afzettingen op de drfschakelaar (