FORD B-MAX Korte beschrijving
Over deze snelreferentiegids Deze gids is opgesteld om u te helpen bepaalde functies van de auto snel te leren kennen. De gids bevat alleen basisinstructies (korte beschrijvingen) en is geen vervanging voor de Handleiding. U dient de volledige instructies in de Handleiding en alle waarschuwingen te lezen. Hoe meer u van uw auto afweet, des te beter kunt u ermee omgaan en dat komt de veiligheid en het rijplezier ten goede. Hartelijk dank voor het kiezen van een Ford.
IN ÉÉN OOGOPSLAG 1 B-MAX (CB2) Vehicles Built From: 25-06-2012, Vehicles Built Up To: 31-12-2013
A Luchtroosters. B Richtingaanwijzers. Grootlicht. C Instrumentengroep. D Startknop. E Ruitenwisserschakelaar. F Informatie- en entertainmentdisplay. G Audioeenheid. H Knop centrale portiervergrendeling. I Schakelaar waarschuwingsknipperlichten. J Bedieningselementen klimaatregeling. Schakelaar achterruitverwarming. Schakelaar voorruitverwarming. K Schakelaar parkeerhulp. L Start/stop-schakelaar. M Kaarthouder of waarschuwingslamp passagiersairbag. N Contactslot.
N.B.: Schakel het contact in om het systeem te gebruiken. De volgende instellingen kunnen geconfigureerd worden met behulp van een admin-sleutel: • Er kunnen diverse snelheidslimieten worden ingesteld. Er worden waarschuwingen in het display weergegeven, gevolgd door een akoestisch signaal, wanneer uw auto de ingestelde snelheid bereikt. Een override van de ingestelde snelheid door het gaspedaal volledig in te drukken, is niet mogelijk. • Er kunnen diverse snelheidsherinneringen worden ingesteld.
STORINGSDIAGNOSE MYKEY Alle auto's Storing Mogelijke oorzaken Ik kan geen MyKey maken. De sleutel die werd gebruikt om de auto te starten is geen admin-sleutel. De sleutel die werd gebruikt om de auto te starten is de enige sleutel. Er moet op zijn minst één admin-sleutel zijn. Ik kan de configureerbare instellingen niet programmeren. De sleutel die werd gebruikt om de auto te starten is geen admin-sleutel. Er zijn geen MyKeys voor uw auto geprogrammeerd. Ik kan de MyKeys niet wissen.
VERGRENDELEN EN ONTGRENDELEN A Ontgrendelen B Vergrendelen C Achterklep SCHUIFDEUR Stap wanneer de achterportieren volledig geopend zijn niet op de kabel of het mechanisme aan de onderzijde van de portieropening. Met afstandsbediening dubbel vergrendelen Druk toets B tweemaal binnen drie seconden in. SLEUTELLOZE TOEGANG Achterklep Auto vergrendelen Druk toets C tweemaal binnen drie seconden in.
STUURWIEL AFSTELLEN AUTOMATISCH IN- EN UITSCHAKELENDE RUITENWISSERS 1. Ontgrendel de stuurkolom. 2. Zet het stuurwiel in de gewenste stand. A Maximale automatische wisfunctie B Aan C Minimale automatische wisfunctie De ruitenwissers worden ingeschakeld zodra water op de voorruit wordt ontdekt. De regensensor meet voortdurend de hoeveelheid water op de voorruit en stelt de wissnelheid van de ruitenwissers automatisch af.
3. Trek de schakelaar opnieuw langer dan een seconde omhoog. 4. Druk de schakelaar in en houd deze ingedrukt tot de ruit volledig is geopend. 5. Laat de schakelaar los. 6. Trek de schakelaar omhoog en houd hem in deze stand tot de ruit volledig is gesloten. 7. Open de ruit en probeer deze vervolgens automatisch te sluiten. 8. Reset de procedure en herhaal deze indien de ruit niet automatisch sluit.
Kilometerteller De boordcomputer beschikt over de volgende informatiedisplays: Registreert de totale afstand die met uw voertuig gereden is. Dagteller Registreert de gereden afstand van de afzonderlijke ritten. TIPS VOOR DE KLIMAATREGELING IN HET INTERIEUR Resterende afstand tot tank leeg is Geeft bij benadering de afstand aan die nog met uw auto kan worden afgelegd tot de tank leeg is. De waarde kan variëren naarmate de rijomstandigheden veranderen.
Automatische klimaatregeling Aanbevolen instellingen voor koelen N.B.: Stel de temperatuur in op 22 °C. Aanbevolen instellingen voor verwarmen 1. Druk op knop A om de hoofdsteun achterwaarts te verplaatsen. 2. Om de hoofdsteun voorwaarts te verplaatsen trekt u aan de hoofdsteun. De hoofdsteun verwijderen N.B.: Stel de temperatuur in op 22 °C. Voorruit ontdooien en ontwasemen 1. Druk de vergrendelknop in en houd deze ingedrukt. 2. Maak de bevestigingsklem m.b.v. een geschikt werktuig los.
Hoofdsteun buitenzijde achterbank HANDMATIG VERSTELBARE STOELEN De stoel naar achteren en naar voren bewegen 1. Druk de vergrendelknop in en houd deze ingedrukt. 2. Maak de bevestigingsklem m.b.v. een geschikt werktuig los. Hoofdsteun midden achterbank Lendensteun afstellen Druk de borgknoppen in en verwijder de hoofdsteun.
Kantelhoek afstellen N.B.: Auto's met drukknop om te starten: druk kort op de knop. 3. Start de motor. Auto's met dieselmotor N.B.: De startmotor kan pas worden ingeschakeld wanneer de controlelamp gloeibougies is gedoofd. Onder extreem koude omstandigheden kan dit enkele seconden duren. De motor stopzetten terwijl de auto in beweging is - Auto's met drukknop om te starten MOTOR STARTEN EN STOPPEN - 1,0 L ECOBOOST™ 1.
• • • • • • • • Om het interieurklimaat te behouden. Lage accuspanning. De buitentemperatuur is te laag of te hoog. Het bestuurdersportier is geopend. Lage bedrijfstemperatuur motor. Weinig vacuüm in remsysteem. Als een snelheid van 5 km/u niet is overschreden. De veiligheidsgordel van de bestuurdersstoel is niet vastgemaakt. Motor starten N.B.: De keuzehendel moet in de neutraalstand staan. Druk het koppelingspedaal in. 2. Breng het vulpistool tot en met de eerste nok op het vulpistool A in.
REGELING VOOR BERGOP RIJDEN GEBRUIK MAKEN VAN SNELHEIDSREGELING Het systeem maakt het eenvoudiger op te trekken wanneer uw auto op een helling staat zonder dat het noodzakelijk is gebruik te maken van de parkeerrem. Cruise control inschakelen Wanneer het systeem actief is, blijft de auto nadat u het rempedaal hebt losgelaten twee tot drie seconden op de helling stilstaan. Hierdoor heeft u tijd om uw voet van het rempedaal naar het gaspedaal te verplaatsen.
Ingestelde snelheid veranderen ACTIVE CITY STOP Algemene informatie Er is een sensor gemonteerd achter de binnenspiegel. De sensor controleert voortdurend de omstandigheden om te bepalen wanneer er ingegrepen moet worden. A Accelereren (versnellen) B Decelereren (vertragen) Het systeem is ontworpen om u te helpen bij het reduceren van aanrijdingen met voorgangers bij lage snelheden. Het helpt u ook bij het reduceren van aanrijdingsschade of het volledig voorkomen van de aanrijding.
OPBERGRUIMTE ONDER VLOER ACHTERIN ONDERHOUD Afstelbare laadvloer Zorg dat uw handen en kledingstukken niet met de koelventilateur in aanraking kunnen komen. WAARSCHUWING N.B.: Onder bepaalde omstandigheden kan de koelventilateur na het afzetten van de motor nog enkele minuten blijven doordraaien. DE MOTORKAP OPENEN EN SLUITEN Bij auto's met een reservewiel van de standaard afmeting kan de laadvloer worden afgesteld in twee standen.
Koplampen reinigen Reinig de veiligheidsgordels met behulp van interieurreiniger of water en een zachte spons. Laat de veiligheidsgordels aan de lucht drogen en uit de buurt van kunstmatige warmtebronnen. WAARSCHUWINGEN Gebruik geen scherpe voorwerpen, schurende reinigingsmiddelen of oplossingen op alcoholische of chemische basis om de koplampglazen te reinigen. Instrumentenpaneelschermen, LCD-schermen en radioschermen Veeg de koplampglazen niet schoon wanneer ze droog zijn.
CG3574nl