Operation Manual

Gerecirculeerde lucht
Druk op de recirculatietoets om de lucht
te laten recirculeren.
N.B.:
In de auto modus wordt bij hoge
binnen- en buitentemperaturen voor een
maximale koeling van het interieur
automatisch de recirculatiestand
ingeschakeld. Wanneer de ingestelde
temperatuur eenmaal is bereikt, selecteert
het systeem automatisch toevoer van
buitenlucht.
Automatische airconditioning
uitschakelen
E91394
Druk op de OFF toets.
Het verwarmings-, ventilatie- en
airconditioningsysteem wordt
uitgeschakeld en de recirculatiestand
ingeschakeld.
VERWARMDE RUITEN EN
SPIEGELS
Verwarmbare ruiten
Schakel de ruitverwarming in om de voor-
of achterruit te ontdooien of ontwasemen.
N.B.:
De ruitverwarming werkt alleen bij
een draaiende motor.
Verwarmde voorruit
E72506
Verwarmde achterruit
E72507
Auto's zonder extra verwarming
Als de omgevingstemperatuur lager is dan
5 °C en de temperatuur van de
motorkoelvloeistof lager is dan 65 °C, dan
worden de verwarmde voorruit en
achterruit automatisch ingeschakeld. Het
systeem wordt automatisch
uitgeschakeld.
Verwarmbare buitenspiegels
In de elektrisch bedienbare buitenspiegels
is een verwarmingselement gemonteerd
dat het spiegelglas ontdooit of
ontwasemt. Wanneer u de
achterruitverwarming inschakelt, worden
deze elementen automatisch
ingeschakeld.
EXTRA VERWARMING
Parkeerverwarming
WAARSCHUWINGEN
Schakel de parkeerverwarming uit
tijdens het tanken, wanneer u zich
in een omgeving bevindt met
brandbare dampen of stoffen en in
gesloten ruimten.
De parkeerverwarming moet het
gehele jaar minimaal eenmaal per
maand ongeveer tien minuten
worden ingeschakeld. Hierdoor wordt
voorkomen dat de vloeistofpomp en de
aanjagermotor gaan vastzitten.
113
Klimaatregeling