Operation Manual

WERKING
WAARSCHUWING
Het systeem is niet bedoeld om de
bestuurder te ontheffen van zijn
plicht om tijdens het rijden
voorzichtig en oplettend te zijn.
Met cruise control (automatische
snelheidsregeling) kunt u met behulp van
de schakelaars op het stuurwiel de
rijsnelheid instellen. U kunt cruise control
gebruiken bij snelheden hoger dan
ongeveer 30 km/u.
GEBRUIK MAKEN VAN
SNELHEIDSREGELING
(CRUISE CONTROL)
WAARSCHUWING
Schakel onder drukke
verkeersomstandigheden, op
trajecten met veel bochten en op
gladde wegen cruise control niet in.
Cruise control inschakelen
E130072
N.B.:
Het systeem is gereed op de
snelheid in te stellen.
Snelheid instellen
Druk op de SET+ of de SET- schakelaar
om de snelheid in het geheugen op te
slaan en met de actuele snelheid te blijven
rijden. De controlelamp van de cruise
control gaat branden. Zie
Waarschuwings- en
indicatielampen (bladzijde 84).
Ingestelde snelheid
veranderen
WAARSCHUWING
Wanneer u een heuvel afrijdt, kan
de snelheid hoger worden dan de
ingestelde snelheid. Het systeem
stelt niet de remmen in werking. Schakel
terug en druk op de SET- schakelaar om
het systeem te helpen de ingestelde
snelheid te handhaven.
N.B.:
Wanneer u het gaspedaal indrukt,
verandert de ingestelde snelheid niet.
Wanneer u het gaspedaal loslaat, gaat de
auto weer met de eerder ingestelde
snelheid rijden.
E130073
A
B
Accelereren (versnellen)A
Decelereren (vertragen)B
169
Snelheidsregeling (cruise control)