Operation Manual
Onderhoud en verzorging
145
CONTROLES
• Controleer regelmatig de vloeistofpei-
len en vul zo nodig vloeistof bij.
• Controleer de bandenspanning.
• Controleer de werking van de rem-
lichten en de verlichting.
• Controleer de werking van de contro-
lelampen.
Het elektronisch ontstekings-
systeem werkt met hoogspan-
ning. Raak deze onderdelen nooit bij
draaiende motor of ingeschakeld con-
tact aan.
Voordat werkzaamheden in het
motorcompartiment worden
uitgevoerd moet het contact worden
afgezet. Onder bepaalde omstandig-
heden kan de koelventilateur na het
afzetten van het contact enkele minu-
ten blijven draaien. Dit is volkomen
normaal.
Zorg ervoor dat geen vingers of kle-
dingstukken zoals stropdassen en
sjaals met de ventilateur in aanraking
kunnen komen.
Onderhoudstabel
Dagelijkse controles:
• Werking van alle gloeilampen. Zorg
ervoor dat alle lampenglazen
schoon zijn.
Controles bij het tanken:
• Motoroliepeil
• Remvloeistofpeil
• Peil ruitensproeiervloeistof
• Bandenspanning en staat van de
banden (in koude toestand)
Maandelijkse controles:
• Koelvloeistofpeil (bij koude motor)
• Componenten, slangen, leidingen
en reservoirs op lekkage
• Vloeistofpeil stuurbekrachtiging
• Werking van de airconditioning
• Werking van de handrem
• Werking van de claxon
Let op! De airconditioning moet
minimaal 30 minuten per maand
worden ingeschakeld.