Operation Manual
Inleiding
3
VOOR UW VEILIGHEID EN TER
BESCHERMING VAN HET MILIEU
Waarschuwingssymbolen
in deze handleiding
Hoe kunt u uzelf en uw passagiers be-
schermen? Hoe voorkomt u schade aan
uw auto? Aanwijzingen hiervoor zijn in
deze handleiding gemarkeerd met een
gevarendriehoek.
Let op!
Belangrijke informatie wordt ook gege-
ven wordt ook gegevens in de alinea’s
die beginnen met de vetgedrukte woor-
den Let op!
Waarschuwingssymbolen
op uw auto
Wanneer u dit symbool ziet,
dient u de speciale instruc-
ties in het betreffende deel
van deze handleiding te
raadplegen alvorens iets aan te raken of
af te stellen.
INRIJDEN
Vermijd te bruusk rijden tijdens de eer-
ste 1 500 km. Wissel regelmatig van
snelheid en schakel tijdig naar een ho-
gere versnelling. Rijd niet met lage snel-
heid in een te hoge versnelling. Dit is
noodzakelijk om het inloopproces van
de onderdelen te bevorderen.
Nieuwe banden hebben een afstand van
ongeveer 500 km nodig om in te lopen.
Tijdens deze periode kan de auto een
wat afwijkende rijkarakteristiek verto-
nen. Rijd daarom gedurende de eerste
500 km niet te bruusk.
Vermijd - indien mogelijk - krachtig
remmen gedurende de eerste 150 km in
stadsverkeer en de eerste 1 500 km op
snelwegen.
Na de eerste 1 500 km kunt u de snel-
heid van uw auto geleidelijk opvoeren
tot de toegestane waarden voor kruis-
en topsnelheid.
Wij wensen u vele plezierige en schade-
vrije kilometers toe met uw nieuwe
Ford.