Operation Manual
Bedieningsorganen en uitrusting
48
Indien de stand P niet is geko-
zen klinkt een waarschuwings-
signaal als het bestuurdersportier
wordt geopend.
De accu-saver schakelt na de standaard
ingestelde tijd van 30 minuten de gong
uit.
De sleutel kan alleen uit het contactslot
worden genomen wanneer de keuze-
hendel in de stand P staat.
In noodgevallen kan de keuzehendel op
mechanische wijze uit de stand P wor-
den gezet. Raadpleeg de rubriek Nood-
voorziening voor het ontgrendelen
van de keuzehendel (automatische
transmissie).
De motor moet gestart worden met de
keuzehendel in de stand P. De motor
kan zo nodig ook gestart worden in de
stand N.
Wanneer de motor wordt ge-
start, moeten het rempedaal
en knop op de keuzehendel worden
ingedrukt voordat de keuzehendel uit
de parkeerstand P kan worden ver-
plaatst.
• R = Achteruit
Kies deze stand uitsluitend
wanneer de auto stilstaat en de
motor stationair draait.
• N = Neutraal
Stand voor het starten en stationair la-
ten draaien van de motor. Er wordt
geen kracht op de aangedreven wielen
overgebracht.
• D = Rijden
• Met overdrive
De stand voor normale rijomstandighe-
den. Alle vier voorwaartse versnellingen
worden elektronisch gekozen.
• Zonder overdrive
Indien de transmissie voortdurend tus-
sen de vierde en derde versnelling scha-
kelt, moet de overdrive worden
uitgeschakeld. Druk de toets in die zich
aan de zijkant in de greep van de keuze-
hendel bevindt. De controlelamp op het
instrumentenpaneel brandt om aan te
duiden dat de overdrive is uitgescha-
keld. De transmissie gebruikt nu alleen
de eerste drie versnellingen.
Druk de toets nogmaals in om de over-
drive weer in te schakelen. Bij het star-
ten van de motor wordt de
overdrivefunctie automatisch ingescha-
keld.