Operation Manual

Stoelen en veiligheidsuitrusting
89
In opgeblazen toestand bevindt de air-
bag zich tussen het portier en de per-
soon op de stoel. Zodra deze persoon in
aanraking komt met de airbag, stroomt
deze weer leeg, waardoor het lichaam
soepel wordt opgevangen.
Bij lichte zijdelingse aanrijdingen
en bij aanrijdingen van voren of
van achteren, worden de zij-airbags
niet geactiveerd.
De crashsensoren van de zij-airbags be-
vinden zich aan de buitenzijde naast de
stoelen op de vloer. Zet het contact niet
aan indien water op de vloer staat.
Voorkom dat de sensoren in aanraking
komen met water en zware of scherpe
voorwerpen.
Reparaties aan de bekleding
van de voorstoelen, de senso-
ren die daarop zijn aangebracht en de
sensoren tegen het dak moeten wor-
den uitgevoerd door gedegen ge-
traind personeel. Wanneer de zij-air-
bags plotseling in werking treden, kan
dit verwonding tot gevolg hebben.
Blokkeer, belemmer of bedek de
airbags niet omdat deze zich dan niet
correct kan ontvouwen.
Steek geen scherpe voorwerpen in
gebieden waar airbags zijn
gemonteerd. Hierdoor kunnen de
airbags worden beschadigd.
Breng geen extra stoelhoezen aan die
niet speciaal zijn ontwikkeld voor het
gebruik op stoelen met zij-airbags.
Laat het aanbrengen van deze
stoelhoezen over aan het geschoolde
personeel van uw Ford dealer.