Operation Manual

Uw auto is uitgerust met een elektronisch
bediend stuurslot. Deze werkt
automatisch.
Het stuurslot wordt na een korte periode
geactiveerd nadat de auto is geparkeerd
en de passieve sleutel zich buiten de auto
bevindt.
Stuurslot deactiveren
Schakel het contact in of:
Uitvoeringen met automatische
transmissie
Trap het rempedaal in.
Auto's met handgeschakelde
versnellingsbak
Trap het koppelingspedaal in.
EEN BENZINEMOTOR
STARTEN
N.B.: U kunt de startmotor per startpoging
slechts maximaal 30 seconden inschakelen.
Koude of warme motor
Alle auto's
LET OP
Zet bij temperaturen lager dan -20°C
het contact tenminste één seconde
aan alvorens de motor te starten.
Hierdoor zorgt u ervoor dat de maximale
benzinedruk wordt opgebouwd voordat de
motor wordt gestart.
Auto's met handgeschakelde
versnellingsbak
N.B.: Raak het gaspedaal niet aan.
1. Druk het koppelingspedaal volledig in.
2. Start de motor.
Auto's met automatische transmissie
N.B.: Raak het gaspedaal niet aan.
1. Schakel park of neutral in.
2. Druk het rempedaal volledig in.
3. Start de motor.
Alle auto's
Wacht even wanneer de motor niet binnen
15 seconden aanslaat, en probeer het
opnieuw.
Is de motor na drie startpogingen nog niet
aangeslagen, wacht dan tien seconden en
ga te werk zoals is beschreven onder
Verzopen motor.
Levert het starten bij temperaturen lager
dan -25°C problemen op, druk het
gaspedaal dan ¼ tot ½ van de pedaalslag
in en probeer het opnieuw.
Verzopen motor
Auto's met handgeschakelde
versnellingsbak
1. Druk het koppelingspedaal volledig in.
2. Druk het gaspedaal volledig in en houd
het ingedrukt.
3. Start de motor.
Auto's met automatische transmissie
1. Schakel park of neutral in.
2. Druk het gaspedaal volledig in en houd
het ingedrukt.
3. Druk het rempedaal volledig in.
4. Start de motor.
Alle auto's
Slaat de motor niet aan, herhaal dan de
startprocedure zoals beschreven onder
Koude of warme motor.
156
Motor starten en stoppen