Operation Manual

STARTEN MET
HULPSTARTKABELS
WAARSCHUWING
Gebruik brandstofleidingen,
motorafdekkingen of inlaatspruitstuk
nooit als massapunten.
LET OP
Verbind alleen accu's met dezelfde
nominale spanning met elkaar.
Gebruik altijd hulpstartkabels met
geïsoleerde klemmen en een
voldoende dikke kern.
Koppel de ontladen accu niet los van
de elektrische installatie van de auto.
Hulpstartkabels aansluiten
A
B
C
D
E102925
Auto met de lege accuA
Auto met de hulpaccuB
Positieve hulpstartkabelC
Negatieve hulpstartkabelD
1. Plaats de auto's zodanig dat ze elkaar
niet raken.
2. Zet het contact van beide auto's af en
schakel alle stroomverbruikers uit.
3. Verbind de plus (+) pool van auto B
met de plus (+) pool van auto A (kabel
C).
4. Verbind de min (-) pool van auto B met
de massa-aansluiting van auto A
(kabel D). Zie Aansluitpunten van
de accu (bladzijde 266).
265
Accu van de auto