Operation Manual

2. Druk het gaspedaal volledig in en houd
het ingedrukt.
3. Druk het rempedaal volledig in.
4. Start de motor.
Alle modelvarianten
Slaat de motor niet aan, herhaal dan de
startprocedure zoals beschreven onder
Koude of warme motor.
Stationair toerental na het
starten
Het stationaire toerental waarmee de
motor direct na het aanslaan draait is
afhankelijk van de motortemperatuur.
Wanneer de motor koud is, wordt het
stationaire toerental automatisch
verhoogd om de katalysator zo snel
mogelijk op temperatuur te brengen.
Hierdoor wordt de uitlaatgasemissie van
de auto tot een absoluut minimum
beperkt.
Het stationaire toerental neem langzaam
af tot normaal zodra de katalysator
opwarmt.
EEN BENZINEMOTOR
STARTEN - FLEX FUEL (FF,
ETHANOL)
Voor algemene informatie bij het starten
van een benzinemotor. Zie Een
benzinemotor starten (bladzijde 145).
Starten bij lage
buitentemperaturen
Indien de buitentemperatuur lager is dan
-10°C en de tank E85 bevat, moet een
motorblokverwarming worden gebruikt
om het starten te vergemakkelijken. Zie
Motorverwarming (bladzijde 148).
Gebeurt dit niet, dan kan de motor niet
worden gestart.
Indien de buitentemperatuur lager dan
-10°C blijft, is het raadzaam ongelode
benzine met een octaangetal van 95 bij
te tanken indien de tank niet geheel
gevuld is. Ongeveer 10 liter benzine brengt
de verhouding bio-ethanol E85 in een ¾
gevulde tank van 85% naar 70% terug,
waardoor de koude-starteigenschappen
aanzienlijk worden verbeterd.
Indien bij zeer lage buitentemperaturen
de tank alleen is gevuld met E85 en er
geen motorblokverwarming kan worden
gebruikt, kunt u moeilijkheden
ondervinden bij het starten van de motor.
Indien de motor niet wil aanslaan, ga dan
als volgt te werk:
1. Trap het gaspedaal volledig in.
2. Zet de contactsleutel in stand III.
LET OP
Laat de sleutel los zodra de motor
aanslaat.
3. Laat 5 seconden na het starten van
de motor het gaspedaal geleidelijk los
of wanneer het motortoerental stijgt.
Als de motor niet wordt gestart, herhaal
dan stap 1, 2 en 3 of sluit een
motorblokverwarming gedurende twee
uren aan alvorens de motor te starten.
Tijdens het starten worden de
inspuitventielen buiten werking gesteld
zolang het gaspedaal is ingedrukt. Dit kan
worden gebruikt om het teveel aan
brandstof na enkele mislukte
startpogingen uit het inlaatspruitstuk te
verwijderen.
Indien de accu losgekoppeld is geweest
of nadat een ander soort brandstof is
getankt, kan de motor met een
onregelmatig stationair toerental draaien.
Dit herstelt zich na 10 tot 30 seconden.
146
De motor starten