Operation Manual

E78276
Voor het passief vergrendelen en
ontgrendelen is een geldige passive key
nodig die zich in de omgeving van een
van de drie externe detectiezones
bevindt. Deze zones bevinden zich op
ongeveer anderhalve meter afstand van
de portierkrukken aan bestuurders- en
passagierszijde en de achterklep.
Passive key
De auto kan met de passive key worden
ontgrendeld en vergrendeld. De passieve
key kan tevens als afstandsbediening
worden gebruikt. Zie Vergrendelen en
ontgrendelen (bladzijde 38).
Auto vergrendelen
E87384
E87435
WAARSCHUWING
De auto wordt niet automatisch
vergrendeld. Indien er geen
vergrendelknop wordt ingedrukt
blijft de auto ontgrendeld.
N.B.:
Wanneer de auto vanaf de
achterklep wordt vergrendeld, moet de
passive key zich binnen de detectiezone
bij de achterklep bevinden.
De vergrendeltoetsen bevinden zich op
de beide voorportieren en de achterklep.
Activeren van centraal
vergrendelingssysteem en alarminstallatie:
Druk een vergrendeltoets eenmaal in.
Dubbele vergrendeling, alarminstallatie en
interieursensoren activeren:
Druk een vergrendeltoets tweemaal
binnen drie seconden in.
N.B.:
Eenmaal geactiveerd, blijft de auto
gedurende drie seconden vergrendeld.
Hierdoor is het mogelijk een portierkruk
uit te trekken om te controleren of de auto
is vergrendeld. Na de vertragingsperiode
kunnen de portieren weer worden
ontgrendeld, op voorwaarde dat de
passive key zich binnen het
detectiegebied bevindt.
43
Sloten