Operation Manual

FRITZ!WLAN Repeater N/G
3
2
Frequentiebanden
2.2 Beveiliging
Beveiliging is van het grootste belang bij draadloze
netwerken.
Radiosignalen kunnen buiten het kantoor of de woning
worden ontvangen en worden misbruikt voor criminele
doeleinden.
Het is daarom van belang dat onbevoegde gebruikers zich niet
kunnen aanmelden op een WLAN of gebruik kunnen maken
van gedeelde internetverbindingen of andere gedeelde
netwerkbronnen.
De FRITZ!WLAN Repeater maakt daarom gebruik van de
beveiligingsinstelling van de FRITZ!Box wanneer verbinding
wordt gemaakt via WPS. Voor het configureren van een
draadloos netwerk moeten deze opties worden ingesteld via
de gebruikersinterface van de apparatuur.
Encryptie
De belangrijkste beveiligingsinstelling is de encryptie. De
FRITZ!WLAN Repeater biedt ondersteuning voor de
beveiligingsmethoden WEP (Wired Equivalent Privacy), WPA
(Wi-Fi Protected Access) en WPA2 als volgt:
Als deel van de WEP methode wordt een statische sleutel
bepaald die dient voor de encryptie van de gegevens.
WLAN Radio Network Name (SSID)
In de fabrieksinstellingen van de FRITZ!WLAN Repeater is als
waarde “FRITZ!WLAN Repeater N/G” ingesteld als
standaardwaarde voor de SSID (Service Set Identifier). Zodra
de eerste configuratie is afgerond, neemt de FRITZ!WLAN
Repeater automatisch de netwerknaam over van het WLAN
basisstation. Afhankelijk van de gebruikte WLAN client en de
toegankelijkheid, wordt de netwerknaam van het basisstation
en de repeater één of enkele keren weergegeven in de WLAN
software. Wanneer u onderscheid wilt maken tussen de
FRITZ!WLAN Repeater en het basisstation, kunt u de
netwerknaam van de FRITZ!WLAN Repeater wijzigen.