Operation Manual
74
De menu’s gebruiken: Opnamestanden
• t AF-VELD KEUZE: Het
scherpstelveld kan hand-
matig worden geselec-
teerd met de keuzeknop
omhoog, omlaag, links of
rechts. Wanneer het scherpstelframe zich in de
gewenste positie bevindt, drukt u op MENU/OK.
Selecteer deze optie om nauwkeurig te kunnen
scherpstellen wanneer de camera op een statief
staat. Let wel, de belichting wordt ingesteld op
het onderwerp in het midden van het scherp-
stelframe, gebruik AF/AE-vergrendeling om de
belichting in te stellen voor een ander onder-
werp (pag. 23).
• x VOLGEN: Positioneer het
onderwerp in het midden
van het scherpstelgebied
en druk de ontspanknop
half in om scherp te stel-
len. Houd de ontspanknop ingedrukt om het
voorwerp te volgen terwijl het door het kader
beweegt. Gebruik deze optie voor grillig bewe-
gende onderwerpen.
P
80
F
2. 8
PROGRAMMA SHIFT
P
80
F
2. 8
PROGRAMMA SHIFT
G SCHERPSTELLING
Deze optie bepaalt de manier van scherpstellen
van de camera wanneer Intelligente gelaatsde-
tectie is uitgeschakeld (pag. 22). Wanneer de ma-
cromodus (pag. 25) is ingeschakeld, stelt de ca-
mera scherp op het onderwerp in het midden
van het scherm, ongeacht welke instelling is gese-
lecteerd.
• r AF(CENTRUM): De ca-
mera stelt scherp op het
onderwerp dat zich in het
midden van het frame be-
vindt. Bij deze instelling
kan scherpstelvergrendeling worden gebruikt.
• s AF(MULTI): Wanneer de ontspanknop half in-
gedrukt wordt, meet de camera contrastrijke
onderwerpen nabij het midden van het frame
en selecteert de camera het scherpstelveld au-
tomatisch (wordt het scherpstelframe niet weer-
gegeven, selecteer dan r AF(CENTRUM) en
gebruik scherpstelvergrendeling, pag. 23).
P
F
2. 880
PROGRAMMA SHIFT
Scherpstelframe
Half
indrukken
OK AFBREKEN
KIES AF VELD
OK AFBREKEN
KIES AF VELD
P
F
2. 880
PROGRAMMA SHIFT
P
F
2. 880
PROGRAMMA SHIFT