User Manual

233
8
INSTELLINGEN OPSLAAN
Breng wijzigingen aan in de bestandsbeheerinstellingen.
Voor toegang tot bestandsbeheerinstel-
lingen drukt u op MENU/OK, selecteert u
het tabblad D(INSTALLATIE) en kiest u
OPSLAAN SET-UP.
INSTELLINGEN OPSLAAN
BEWERK BSTNDSNAAM
ORIG. FOTO OPSLAAN
NUMMERING
INSTELLING KAARTSLEUF
MAP SELECTEREN
SEQUENTIEEL)
VERLATEN
SEQUENTIEEL)
SLEUF SEL.(
INSTELLING KAARTSLEUF
SLEUF SEL.(
NUMMERING
Nieuwe fotos worden opgeslagen in beeldbe-
standen waarvan de bestandsnamen begin-
nen met een viercijferig bestandsnummer dat
wordt toegewezen door telkens een nummer
aan het laatst gebruikte bestandsnummer
toe te voegen. Tijdens het afspelen wordt het bestandsnum-
mer weergegeven zoals getoond. NUMMERING regelt of de
bestandsnummering wordt teruggezet op 0001 wanneer een
nieuwe geheugenkaart wordt geplaatst of de huidige geheu-
genkaart is geformatteerd.
OptieOptie BeschrijvingBeschrijving
CONTINU
De nummering gaat verder vanaf het laatst gebruikte bestandsnum-
mer of het eerst beschikbare bestandsnummer, afhankelijk van welk
nummer het hoogst is. Kies deze optie om het aantal fotos met dubbe-
le bestandsnamen te verminderen.
RESET
Na het formatteren of bij het plaatsen van een nieuwe geheugenkaart
wordt de nummering teruggezet op 0001.
N
Wanneer het beeldnummer de waarde 999-9999 bereikt, wordt de ont-
spanknop uitgeschakeld. Formatteer de geheugenkaart na het overdra-
gen van fotos die u wenst te bewaren naar een computer.
Het selecteren van D GEBRUIKERSINSTELLINGEN> RESET stelt
NUMMERING in op CONTINU zonder de bestandsnummering te resetten.
Beeldnummers van fotos kunnen verschillen wanneer deze met andere
cameras zijn gemaakt.
Beeldnummer
Map-
nummer
Bestand-
snummer