User Manual

74
5
De scherpstelpuntweergave
De scherpstelpuntweergave verschilt volgens de optie geselec-
teerd voor Scherpstelling.
N
Scherpstelkaders worden getoond door kleine vierkantjes (), scherp-
stelgebieden door grote vierkanten.
AF modusAF modus
rr ENKEL PUNT ENKEL PUNT yy ZONE ZONE zz GROOTHOEK/TRACKING GROOTHOEK/TRACKING
Het aantal beschikbare pun-
ten kan worden geselecteerd
met behulp van
G
AF/MF
INSTELLINGEN> AANTAL
FOCUSPUNTEN.
Kies uit zones met 7 × 7,
5 × 5 of 3 × 3 scherpstel-
punten.
Plaats het scherpstelkader
over het onderwerp dat u
wilt volgen.
Automatische scherpstelling
Hoewel de camera is uitgerust met een uiterst nauwkeurig automatisch
scherpstellingssysteem, is het mogelijk dat er niet kan worden scherpgesteld
op onderstaande onderwerpen.
Zeer glimmende onderwerpen, zoals spiegels of autos.
Onderwerpen die zich achter een raam of andere re ecterende voorwerpen
bevinden.
Donkere onderwerpen en onderwerpen die licht absorberen in plaats van
re ecteren, zoals haar of vacht.
Niet tastbare onderwerpen, zoals rook of vuur.
Onderwerpen die vrijwel niet contrasteren met de achtergrond.
Onderwerpen die zich voor of achter een contrastrijk voorwerp bevinden
dat eveneens in het scherpstelkader valt (bijvoorbeeld een onderwerp tegen
een achtergrond met zeer contrasterende elementen).