Operation Manual
35
Meer over fotogra e
Scherpstelvergrendeling
Automatische scherpstelling
Hoewel de camera is uitgerust met uiterst nauwkeurige
automatische scherpstelling, is het mogelijk dat er niet
kan worden scherpgesteld op onderstaande onderwer-
pen. Wanneer de camera niet in staat is om automatisch
scherp te stellen, gebruik dan scherpstelvergrendeling
(pag. 34) om eerst scherp te stellen op een ander on-
derwerp dat zich op dezelfde afstand bevindt en bepaal
pas daarna de compositie van de foto.
• Zeer glimmende onderwer-
pen, zoals spiegels of auto’s.
• Zeer snel bewegende on-
derwerpen.
• Onderwerpen die zich achter een raam of andere re-
ecterende voorwerpen bevinden.
• Donkere onderwerpen en onderwerpen die licht ab-
sorberen in plaats van re ecteren, zoals haar of bont.
• Niet tastbare onderwerpen, zoals rook of vuur.
• Onderwerpen die weinig contrast met de achtergrond
laten zien (bijvoorbeeld onderwerpen in kleding die
dezelfde kleur hebben als de achtergrond).
• Onderwerpen die zich voor of achter een contrastrijk
voorwerp bevinden dat eveneens in het scherpstel-
frame valt (bijvoorbeeld een onderwerp tegen een
achtergrond met veel contrasterende elementen).
Het AF-hulplicht
Als het onderwerp slecht belicht is, begint het AF-
hulplicht te branden om te helpen bij het scherpstellen.
AF-hulplicht
a Opmerkingen
• Schijn met het AF-hulplicht niet recht in de ogen van
het onderwerp. Zie pagina 106 voor informatie over
het uitschakelen van het AF-hulplicht.
• Het kan voorkomen dat de camera niet in staat is om
scherp te stellen terwijl het AF-hulplicht wordt gebruikt.
Als de camera niet in staat is om scherp te stellen in de
macrostand (pag. 37), vergroot dan de afstand tot het
onderwerp en probeer het opnieuw.
•
Het AF-hulplicht is niet beschikbaar in de stille stand.