Operation Manual

25
Meer over fotogra e
Scherpstelvergrendeling
Automatische scherpstelling
Hoewel de camera is uitgerust met uiterst nauwkeu-
rige automatische scherpstelling, is het mogelijk dat er
niet kan worden scherpgesteld op onderstaande on-
derwerpen. Wanneer de camera niet in staat is om au-
tomatisch scherp te stellen, gebruik dan scherpstelver-
grendeling (pag. 24) om eerst scherp te stellen op een
ander onderwerp dat zich op dezelfde afstand bevindt
en bepaal pas daarna de compositie van de foto.
• Zeer glimmende onderwer-
pen, zoals spiegels of auto’s.
Zeer snel bewegende on-
derwerpen.
• Onderwerpen die zich achter een raam of andere
re ecterende voorwerpen bevinden.
Donkere onderwerpen en onderwerpen die licht ab-
sorberen in plaats van re ecteren, zoals haar of bont.
Niet tastbare onderwerpen, zoals rook of vuur.
Onderwerpen die weinig contrast met de achter-
grond laten zien (bijvoorbeeld onderwerpen in kle-
ding die dezelfde kleur hebben als de achtergrond).
Onderwerpen die zich voor of achter een contrastrijk
voorwerp bevinden dat eveneens in het scherpstel-
frame valt (bijvoorbeeld een onderwerp tegen een
achtergrond met veel contrasterende elementen).
Het AF-hulplicht
Indien het onderwerp slecht wordt belicht, gaat het
AF-hulplicht branden wanneer de ontspanknop half
ingedrukt wordt.
AF-hulplicht
a Opmerkingen
• Schijn met het AF-hulplicht niet recht in de ogen
van het onderwerp. Zie pagina 96 voor informatie
over het uitschakelen van het AF-hulplicht.
• Het kan voorkomen dat de camera niet in staat is
om scherp te stellen terwijl het AF-hulplicht wordt
gebruikt. Als de camera niet in staat is om scherp te
stellen in de macrostand (pag. 27), vergroot dan de
afstand tot het onderwerp en probeer het opnieuw.
Het AF-hulplicht is niet beschikbaar in de stille stand.