Operation Manual

76
De menus gebruiken: Opnamestanden
De opties van het menu Opnamestanden
Menu-item Beschrijving Opties Standaard
A
ONDERWERPPROGRAMMA
Selecteer een onderwerpprogramma voor de stand SP
(pag. 21).
B/C/D/C/D/K/M/N/
O/H/P/Q/R/S/U/V/W
D
B ZELFONTSPANNER
Om foto’s te maken met de zelfontspanner (pag. 77).
S / R / UIT
UIT
N ISO
Om de ISO gevoeligheid in te stellen. Kies een hogere
waarde als het onderwerp slecht belicht is.
AUTO / AUTO (800) / AUTO (400) /
6400 Q/ 3
200 Q / 1600 / 800 /
400 / 200 / 100 / 64
AUTO
O BEELDGROOTTE
Kies beeldformaat en beeldverhouding (pag. 74).
O 4 : 3 / O 3 : 2 / O 16 : 9 /
P 4 : 3 / P 3 : 2 / P 16 : 9 /
Q 4 : 3 / Q 3 : 2 / Q 16 : 9
O 4 : 3
T BEELDKWALITEIT
Kies beeldkwaliteit (pag. 78). FINE / N
ORMAL NORMAL
P FINEPIX KLEUR
Om foto’s te maken in standaardkleuren, verzadigde
kleuren of zwart-wit (pag. 75).
c/a/b
c
D WITBALANS
Om de kleur aan te passen aan verschillende lichtbronnen (pag. 79).
AUTO/h/i/j/k/l/m/n
AUTO
H SCHERPTE
Om aan te geven of contouren al dan niet moeten wor-
den verzacht (pag. 80).
HARD / S
TD /UIT STD
C LICHTMEETSYSTEEM
Om aan te geven hoe de camera de belichting meet (pag. 80).
o/p/q o
F SCHERPSTELLING
Om aan te geven hoe de camera het scherpstelveld selecteert (pag. 81).
r/s/t/u/x r
P MODUS
Kies hoe de panorama’s worden gekadreerd (pag. 24).
C / D C
J AE BKT EV-STAPPEN
Om de grootte van de intervalwaarde voor de belichtingstrap
van de stand continu fotograferen O aan te geven (pag. 82).
±
1
/
3 EV / ±
2
/
3 EV / ±1 EV ±
1
/
3 EV
I FLITSLICHT
Om de lichtsterkte van de itser in te stellen (pag. 82).
2
/
3
EV +
2
/
3
EV in stappen van
1
/
3
EV
0
K AANGEP. INSTELLEN
Om de instellingen voor de opnamestanden P, S, A en M
op te slaan (pag. 30).