Operation Manual

Stand Stilstaande
beelden
lotograleren
S
Sluitertijdvoorkeuze
Auto
tOnderbdbhil
grll
6
:c 200
E
tól
Ef
t!'.N
F28
[,hr",!r'r...u ]
Zet de
functieknop in de stand S
.
Dit is een automatische
functe waarblj u
zelÍ dê sluier
tijd instelt. Deze
functie
gebruikt
u
voor
opnamen
waarbij u de bewegingên
van het onderwerp
wlr oevr ezen
(\orre sluiteti.d, ol ee'r bewêgr,lqqm
pressie
wilt overbrengen
(lange
s uiiertiid).
lnstellen van de sluitertiid
Selecteeí de
gewên5lê
s J tertrtd
door ve'drdaiel
var
de
commandoKnop.
.
SluitertiidenbêÍeik
Groothoek:
4 s iot T/4000 s
in
siappen
van 1/3 EV
Tele:
4
s
lot l/2000 s in stappen
van 1/3 EV.
a
Indicatie
van ingestelde sluitertiid
en diaíragma
a
F*'b"r"rÍ I
In scènes met exireme
overbelichting
wordt het
ngestelde dlafragma
(F8)
aanqegêven
in rood. Als
dal
gebêurl.
kiesr u eer
L.ore'e
sluilertiid
íiol ra.i
maal 1/4000 s).
In scènes met exireme
ondeÍbeichtng
wordt het
ingestede diafragma
(F2,8)
aangegevên
in rood.
As dat
gebeurt,
kiest u een
langeÍe sluitertijd
(toi
maximaal 4 s).
As dê heldeíheid van
het onderwerp buiten
hei
lchtmeetbereik
van dê cameÍa
valt, verschijnt in de
Ínon
ior de indicatie "F--",
in
plaais
van een diatrag-
mawaaÍde.
als
dat
gebeurl,
drukt u de ontspanknop
half
in
om
opnieuw een lichlmeting
te verridrten en
een
waaÍde aan te
geven.
t6l EDN
IJ
s0200
E
É:
-,n
F8
q
6
s0 200
tol
I
42
43
Stand Stilslaande beelden
Íot0gÍaÍeren
A DiaÍragmavoorkeuze
Auto
trd"|,b"i"htl
[,hr",r.q'd"rl
zet
de functeknop
n de stand "4".
Dit s een auloÍnatische iunclie
waarbij u zelÍ het dia-
fragma instet.
Deze
functle
gebru
kt u als u het
gebied
voor en achter
uw
onderwerp
onscheÍp
wilt
aÍbeêlden
(groot
da-
Íragma) oí wanneer u onderwefpên
zowel dichtbil als
veraÍ
scherp
wlli afbêelden
(klein
diafragma).
Instellen
van het diafÍagma
Sêlecleê| l^er
gêwensle
d aíragna
door verdràa'el var
de commandoknop,
.
Diaíragmabereik
Groothoek: F2,8lot
Fa n stappen van
1/3 EV
Te e: F4,9 toi
FB in stappen van
1/3 EV
a
Indicatie
van ingestelde sluiterlijd ên diafragma a
F""óilN I
a
?.
In
scènes met extrerne
overbeLichting
wordt de nge
stelde
sluitêrtijd
(1/2000
s oí
1/4000 s) aangegeven
in rood.
Als dat
gebeurt,
kiest u een
gíoiêre
diafrag
mawaarde
(tot
maximaa F8).
In
scènes
met exireme onderbellchting
wordt de
ingêsiede sluitertijd
(4
s)aangegeven
in Íood. Als dai
geb€url.
kiest u eer
hle rêre d aÍragrawaa'dF
J Ls áls I ilseríu.cue nvu llitsen
ingesteld, dan is l/45 s de
angsle beschikbare
s u tedijd.
Als de helderheid van
hei ondêrweÍp buiien het
lichtmeetbereik van de cameÍa valt,
verschilnt in
de monitor de indicatie '!--
in
plaats
van een
sluitertijd. As dat
gebeurt
drukt u de onispanknop
opnieuw halí in om een lichtmeting
te veÍrichten en
een waaroe aán te
geven.
E 6
s0 200
I
tol
gtN
6
sc 200
I
tol
I
EUll
6
s0 200
tol