Operation Manual
130 Probleemoplossing
Problemen en oplossingen
Probleem
Probleem
Oplossing
Oplossing
De camera stelt niet scherp.
De camera stelt niet scherp.
•
•
Het onderwerp bevindt zich te dichtbij de camera
Het onderwerp bevindt zich te dichtbij de camera
: Selecteer de macrostand (
: Selecteer de macrostand (
P
P
45).
45).
•
•
Het onderwerp is te ver verwijderd van de camera
Het onderwerp is te ver verwijderd van de camera
: Zet de macrostand uit (
: Zet de macrostand uit (
P
P
45).
45).
•
•
Het onderwerp is niet geschikt voor automatische scherpstelling
Het onderwerp is niet geschikt voor automatische scherpstelling
: Gebruik scherpstelvergren-
: Gebruik scherpstelvergren-
deling (
deling (
P
P
42).
42).
De macrostand is niet
De macrostand is niet
beschikbaar.
beschikbaar.
Selecteer een andere opnamestand (
Selecteer een andere opnamestand (
P
P
27).
27).
Intelligente gezichtsdetec-
Intelligente gezichtsdetec-
tie is niet beschikbaar.
tie is niet beschikbaar.
Intelligente gezichtsdetectie is niet beschikbaar in de huidige opnamestand
Intelligente gezichtsdetectie is niet beschikbaar in de huidige opnamestand
: Kies een andere
: Kies een andere
opnamestand (
opnamestand (
P
P
27).
27).
Gezichten worden niet
Gezichten worden niet
herkend.
herkend.
•
•
Het gezicht van het onderwerp wordt verborgen door een zonnebril, hoed, lang haar, e.d.
Het gezicht van het onderwerp wordt verborgen door een zonnebril, hoed, lang haar, e.d.
:
:
Verwijder alle obstructies.
Verwijder alle obstructies.
•
•
Het gezicht van het onderwerp beslaat slechts een minuscuul deel van het beeld
Het gezicht van het onderwerp beslaat slechts een minuscuul deel van het beeld
: Pas de
: Pas de
compositie zo aan dat het gezicht van het onderwerp een groter deel van het beeld beslaat (
compositie zo aan dat het gezicht van het onderwerp een groter deel van het beeld beslaat (
P
P
42).
42).
•
•
Het onderwerp houdt het hoofd schuin of zelfs horizontaal
Het onderwerp houdt het hoofd schuin of zelfs horizontaal
: Vraag het onderwerp het hoofd
: Vraag het onderwerp het hoofd
rechtop te houden.
rechtop te houden.
•
•
De camera wordt schuin gehouden
De camera wordt schuin gehouden
: Houd de camera recht (
: Houd de camera recht (
P
P
24).
24).
•
•
Het gezicht van het onderwerp is onderbelicht
Het gezicht van het onderwerp is onderbelicht
: Fotografeer bij voldoende licht.
: Fotografeer bij voldoende licht.
Er is een verkeerd onder-
Er is een verkeerd onder-
werp gekozen.
werp gekozen.
Het gekozen onderwerp bevindt zich dichter bij het midden van het scherpstelframe dan het belangrijk-
Het gekozen onderwerp bevindt zich dichter bij het midden van het scherpstelframe dan het belangrijk-
ste onderwerp. Pas de compositie aan of schakel gezichtsdetectie uit en gebruik scherpstelvergrendeling
ste onderwerp. Pas de compositie aan of schakel gezichtsdetectie uit en gebruik scherpstelvergrendeling
(
(
P
P
42).
42).
De itser itst niet.
De itser itst niet.
•
•
De itser is niet beschikbaar in de huidige opnamestand
De itser is niet beschikbaar in de huidige opnamestand
: Selecteer een andere opnamestand
: Selecteer een andere opnamestand
(
(
P
P
27).
27).
•
•
De batterij is leeg
De batterij is leeg
: Laad de batterij op of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (
: Laad de batterij op of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (
P
P
17).
17).
•
•
De continuestand van de camera is ingeschakeld
De continuestand van de camera is ingeschakeld
: Stel
: Stel
R
R
CONTINU
CONTINU
(
(
P
P
52) in op
52) in op
B
B
.
.
•
•
De stille stand van de camera is geactiveerd
De stille stand van de camera is geactiveerd
: Zet de stille stand uit (
: Zet de stille stand uit (
P
P
115).
115).
•
•
De itser is niet opgeklapt
De itser is niet opgeklapt
: Klap de itser op (
: Klap de itser op (
P
P
46).
46).
Sommige itsstanden zijn
Sommige itsstanden zijn
niet beschikbaar.
niet beschikbaar.
•
•
De gewenste itsstand is niet beschikbaar in de huidige opnamestand
De gewenste itsstand is niet beschikbaar in de huidige opnamestand
: Selecteer een andere
: Selecteer een andere
opnamestand (
opnamestand (
P
P
27).
27).
•
•
De stille stand van de camera is geactiveerd
De stille stand van de camera is geactiveerd
: Zet de stille stand uit (
: Zet de stille stand uit (
P
P
115).
115).