System Gebruikershandleiding LIFEBOOK P701
Proficiat! U hebt gekozen voor een innovatief product van Fujitsu. Actuele informatie over onze producten, tips, updates etc. vindt u op het internet: "http://ts.fujitsu.com" Automatische driver-updates vindt u onder: "http://support.ts.fujitsu.com/com/support/index.html" Als u technische vragen heeft, neem dan a.u.b. contact op met: • onze hotline/servicedesk (zie servicedesk-lijst of op het internet op "http://ts.fujitsu.com/support/servicedesk.
Copyright Fujitsu Technology Solutions 04/12 Uitgegeven door Fujitsu Technology Solutions GmbH Mies-van-der-Rohe-Straße 8 80807 München, Duitsland Contact http://ts.fujitsu.com/support Alle rechten, inclusief de intellectuele eigendomsrechten, zijn voorbehouden. Wijzigingen aan technische gegevens zijn voorbehouden; de levering is afhankelijk van de beschikbaarheid.
LIFEBOOK P701 Gebruikershandleiding Dankzij innoverende technologie 7 Aansluitingen en bedieningselementen 9 Belangrijke instructies 12 Eerste ingebruikname van uw toestel 15 Werken met het Notebook 18 Veiligheidsfuncties 48 Aansluiten van externe toestellen 54 Componenten demonteren en monteren in geval van service 61 Instellingen in de BIOS-Setup-Utility 70 Probleemanalyse en tips 73 Technische gegevens 80 Instructies van de fabrikant 81 Index 82
Microsoft, MS, Windows XP en Windows 7 zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Adobe Reader is een handelsmerk van Adobe Systems Incorporated. MultiMediaCard is een geregistreerd handelsmerk van Infineon Technologies AG. Sony and Memory Stick zijn handelsmerk van Sony Electronics, Inc. Alle andere handelsmerken zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de betrokken eigenaars en worden als beschermd erkend.
Inhoud Inhoud Dankzij innoverende technologie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verdere informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verklaring van symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Geheugenkaart verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ExpressCards . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Kaart aanbrengen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Kaart verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Harde schijf demonteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Harde schijf: monteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Afdekking bevestigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Demonteren van componenten voltooien . . . . . . . . . . . .
Inhoud 6 Fujitsu Technology Solutions
Dankzij innoverende technologie Dankzij innoverende technologie ... en een ergonomisch ontwerp is uw toestel een gebruiksvriendelijk en betrouwbaar Notebook. Het toestel start zeer snel op, is direct startklaar en heeft vanwege de hoge accucapaciteit een zeer lange gebruiksduur. Met de gebruiksvriendelijke "BIOS-Setup-Utility" kunt u de hardware van uw Notebook sturen en uw systeem beter beschermen tegen onbevoegde toegang, door gebruik te maken van de krachtige wachtwoordbeveiliging.
Dankzij innoverende technologie Verklaring van symbolen Besteed in het bijzonder aandacht aan teksten met dit symbool. Als u deze waarschuwing niet in acht neemt, brengt u uw leven in gevaar, beschadigt u het systeem, of kan er gegevensverlies optreden. De garantie vervalt als het toestel defect raakt doordat u deze instructies niet heeft opgevolgd. duidt op belangrijke informatie voor de correcte behandeling van het toestel. ► duidt op een handeling die u moet uitvoeren. duidt op een resultaat.
Aansluitingen en bedieningselementen Aansluitingen en bedieningselementen In dit hoofdstuk worden de verschillende hardwarecomponenten van uw toestel voorgesteld. U krijgt een overzicht van de indicatoren en aansluitingen van het toestel. Voor u met het toestel begint te werken, dient u zich vertrouwd te maken met deze elementen.
Aansluitingen en bedieningselementen Linkerzijde 1 3 2 1 = Gelijkspanningsbus (DC IN) 2 = LAN-aansluiting 3 = Kensington Lock-inrichting 4 5 6 4 = USB-aansluiting 5 = SmartCard-lezer 6 = Geheugenkaartlezer Rechterzijde 1 1 2 3 4 10 = = = = ExpressCard steekplaats DisplayPort USB-aansluiting USB-aansluiting 2 3 4 5 6 7 5 = Aansluiting voor hoofdtelefoon 6 = Microfoonaansluiting 7 = VGA-beeldschermaansluiting Fujitsu Technology Solutions
Aansluitingen en bedieningselementen Onderzijde 2 1 3 5 4 6 1 = Accu-ontgrendeling 2 = Servicevak geheugen 3 = Servicevak harde schijf Fujitsu Technology Solutions 4 = Accu 5 = Aansluiting poortreplicator 6 = Accu-ontgrendeling 11
Belangrijke instructies Belangrijke instructies Instructies Belangrijkeinstructies In dit hoofdstuk vindt u informatie over de veiligheidsinstructies voor uw notebook die u in acht moet nemen. De andere instructies geven interessante informatie bij uw notebook. Veiligheidsinstructies Instructies Veiligheidsinstructies Houd absoluut rekening met de veiligheidsinstructies in het handboek "Veiligheid/Regelgeving" en de volgende veiligheidsinstructies.
Belangrijke instructies Energie besparen Stroom besparen Energie Instructies Schakel uw Notebook uit als u het niet meer nodig heeft. Schakel externe aangesloten toestellen uit als u deze niet gebruikt. Als u de energiespaarfuncties gebruikt, verbruikt het Notebook minder energie. Op die manier kunt u langer met het Notebook werken voor u de accu weer moet opladen. De energie-efficiëntie wordt verhoogd en het milieu wordt minder belast. U bespaart kosten en draagt bij aan een schoner milieu.
Belangrijke instructies Notebook transporteren Bescherm het notebook tegen sterke trillingen en extreme temperaturen (b.v. zonnestralen in de wagen). ► Als uw toestel over een optisch station beschikt, neemt u alle gegevensdragers (bijv. CD, DVD) uit de stations. ► Schakel het notebook uit. ► Trek de netstekker van de netadapter en van alle externe toestellen uit de stopcontacten. ► Maak de netadapterkabel en de datakabels van alle externe toestellen los. ► Sluit het LCD-beeldscherm.
Eerste ingebruikname van uw toestel Eerste ingebruikname van uw toestel Ingebruikname Eersteingebruikname Houd rekening met het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 12. Wanneer uw toestel met een Windows besturingssysteem is uitgerust, dan zijn de benodigde hardware-drivers en de meegeleverde software reeds voorgeïnstalleerd. Sluit het toestel alvorens dit voor het eerst in te schakelen via de netadapter op de netspanning aan (zie "Netadapter aansluiten", pagina 16).
Eerste ingebruikname van uw toestel Opstelplaats selecteren Netadapter Toestel Opstelplaatsselecteren Voor u uw toestel opstelt, dient u een geschikte plaats voor het toestel te kiezen. Houd daarbij rekening met het volgende. • Plaats het toestel en de netadapter nooit op een warmtegevoelige ondergrond. Gebeurt dit wel, dan kan de ondergrond beschadigd raken. Plaats het toestel nooit op een zachte ondergrond (b.v. tapijt, kussen of bedje).
Eerste ingebruikname van uw toestel Toestel voor het eerst inschakelen Voor heteerstinschakelen Bij toestellen met aan-/ujitschakelaar voor radiocomponenten: Schuif de aan-/uitschakelaar voor radiocomponenten in de stand "ON" voordat het toestel wordt ingeschakeld. Wanneer u het toestel voor de eerste maal inschakelt, wordt de bijgeleverde software geïnstalleerd en geconfigureerd.
Werken met het Notebook Werken met het Notebook Notebook Bediening,Notebook In dit hoofdstuk worden de basisprincipes voor de bediening van uw Notebook beschreven. Hoe u externe toestellen (bijv. muis, printer) aansluit op het Notebook, is beschreven in het hoofdstuk "Aansluiten van externe toestellen", pagina 54. Houd u aan de instructies in het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 12.
Werken met het Notebook Toets Beschrijving Werkingsindicator/standby (statusindicator en aan-/uitschakelaar) • De indicator licht op: Het notebook is ingeschakeld. • De indicator knippert: Het notebook bevindt zich in de standby-modus. • De indicator is donker: Het notebook is uitgeschakeld. Werkingsindicator Standby-indicator Accu-laadindicator / voedingsaansluiting De laadtoestand van de accu wordt met de accu-indicator aangegeven.
Werken met het Notebook Notebook: inschakelen ► Klap het LCD-beeldscherm omhoog. Notebook ► Druk ca. 1 seconde op de aan-/uitschakelaar om het Notebook in te schakelen. De werkingsindicator van het notebook gaat aan. Notebook: uitschakelen Maak een reservekopie van uw gegevens en sluit alle applicaties af alvorens het toestel uit te schakelen. Doet u dit niet, dan kunnen gegevens verloren gaan. ► Sluit uw besturingssysteem op reguliere wijze af (bijv.
Werken met het Notebook Toetsenbord Toetsen Cijferblok Numeriektoetsenblok Toetsenbord Het toetsenbord van uw Notebook ondergaat ook bij een normaal gebruik voortdurende slijtage. Vooral de opschriften van de toetsen worden zwaar belast. In de loop van de normale gebruiksperiode van het Notebook kan de belettering van de toetsen afslijten. Het toetsenbord is zo opgevat, dat alle functies van een uitgebreid toetsenbord ter beschikking staan.
Werken met het Notebook Toets Beschrijving Correctietoets (Backspace) Met de correctietoets wordt het teken links van de cursor gewist. Backspace Correctietoets Tabulatortoets De tabulatortoets verplaatst de cursor naar de volgende tabulatorstop. Tabulatortoets Invoertoets (Return, Enter, regelsprong, wagenterugloop) De invoertoets sluit een commandoregel af. Als u op de invoertoets drukt, wordt het ingegeven commando uitgevoerd.
Werken met het Notebook Virtueel numeriek toetsenblok Num Lock Virtueelnumeriektoetsenblok Numeriektoetsenblok Om voor bepaalde toepassingen toch de toetsen van een numeriek toetsenblok te kunnen gebruiken, is het virtuele numerieke toetsenblok voorzien. Op het toetsenbord herkent u deze toetsen van het virtuele numerieke toetsenblok aan de cijfers en symbolen rechts bovenaan op de overeenkomstige toetsen.
Werken met het Notebook Combinatie Beschrijving Touchpad en touchpad-toetsen in-/uitschakelen Met deze toetsencombinatie kunnen het touchpad en de touchpad-toetsen worden uit- of ingeschakeld. Touchpadtoetsen Fn+F4 Touchpad Beeldschermhelderheid verminderen Met deze toetsencombinatie vermindert u de helderheid van het beeldscherm. Beeldschermhelderheid LCD-beeldscherm Fn+F6 Beeldschermhelderheid verhogen Met deze toetsencombinatie verhoogt u de helderheid van het beeldscherm.
Werken met het Notebook Land- en toetsenbordinstellingen Als u de land- en toetsenbordinstellingen wenst te wijzigen, gaat u als volgt te werk: ► Voer de instellingen in onder Startsymbool – (Instellingen) – Configuratiescherm – Klok, taal en regio . Toepassingstoetsen Toepassingstoetsen Uw notebook is met vijf toepassingstoetsen uitgerust. U kunt alle applicatietoetsen vrij programmeen (zie "Toepassingstoetsen programmeren", pagina 26).
Werken met het Notebook Toets Beschrijving Toets Lock Workstation Met deze toets kunt u uw werkplek blokkeren. Toets Mobility Center Met deze toets kunt het Mobility Center starten. Toets E (E-toets) Met de toets E kunt u de energiespaarfuncties eenvoudig activeren en deactiveren (bijv. de helderheid van het beeldscherm verminderen); zie "Energiespaarfuncties gebruiken", pagina 36. Toets I Met de toets I kunt u meer informatie over uw notebook opvragen.
Werken met het Notebook Touchpad en touchpad-toetsen Let op dat het touchpad niet in aanraking komt met vuil, vloeistof of vet. Touchpad Raak het touchpad nooit aan met vuile vingers. Plaats geen zware voorwerpen (b.v. boeken) op het touchpad of op de touchpad-toetsen. 1 1 = Touchpad 2 2 = Vingerafdruksensor 3 = Touchpad toetsen 3 Met het touchpad kunt u de aanwijzer op het beeldscherm verplaatsen. Met touchpad toetsen kunt u commando’s selecteren en uitvoeren.
Werken met het Notebook Object vertrekken ► Kies het gewenste object. ► Houd de linker knop ingedrukt en verschuif het object met de vinger op het Touchpad naar de gewenste plaats. Het object is verplaatst. Touchpad ScrollWheel Het ScrollWheel (1) is een innovatief, comfortabel bedieningsvlak. Met het ScrollWheel kunt u door een enkele vingerbeweging in het actieve venster (bijv. op een webpagina) naar boven en beneden scrollen of in een document vooruit of achteruit bladeren.
Werken met het Notebook Naar beneden scrollen of verder bladeren ► Verplaats de cursor naar het gewenste venster. ► Beweeg uw vinger rechtssom op het ScrollWheel. U scrolt naar beneden of bladert verder. Naar boven scrollen of terug bladeren ► Verplaats de cursor naar het gewenste venster. ► Beweeg uw vinger linksom op het ScrollWheel. U scrolt naar beneden of bladert terug. Een pagina in de webbrowser terugspringen ► Tik op het midden van het ScrollWheel.
Werken met het Notebook LCD-beeldscherm Instructies LCD-beeldscherm In Notebooks van Fujitsu Technology Solutions GmbH worden hoogwaardige TFT-beeldschermen gebruikt. Om technische redenen zijn TFT-beeldschermen gemaakt voor een bepaalde resolutie. Een optimale en scherpe weergave is dus enkel gewaarborgd in de voor het specifieke TFT-beeldscherm geldende resolutie. Een beeldschermresolutie die afwijkt van de specificaties, kan een onscherpe weergave veroorzaken.
Werken met het Notebook WebCam WebCam Met de WebCam kunt u afhankelijk van de gebruikte software beelden of videoclips opnemen of deelnemen aan WebChat. • • • • De beeldkwaliteit is afhankelijk van de lichtverhouding en de gebruikte software. U kunt slechts via één toepassing met de WebCam werken (bijv. via een internettelefonieprogramma of een videoconferentieprogramma, dat een WebCam ondersteunt). Bij het gebruik van de WebCam mag de ondergrond waarop het Notebook rust niet wiebelen.
Werken met het Notebook Accu opladen, verzorgen en onderhouden Accu De notebook-accu kan enkel worden opgeladen als de omgevingstemperatuur tussen 5 °C en max. 35 °C ligt. De accu kunt u opladen door het notebook aan te sluiten op de netadapter (zie "Netadapter aansluiten", pagina 16). Als de accucapaciteit laag is, weerklinkt een waarschuwingstoon. Als u de netadapter niet binnen ongeveer vijf minuten na de waarschuwingstoon aansluit, schakelt het Notebook automatisch uit.
Werken met het Notebook Accu demonteren en monteren Gebruik enkel accu’s die door Fujitsu Technology Solutions voor uw notebook zijn goedgekeurd. Gebruik geen geweld om een accu te monteren of demonteren. Zorg ervoor dat er geen vreemde voorwerpen in de accu-aansluitingen terechtkomen. Bewaar de accu niet gedurende een langere periode in ontladen toestand. Dit kan ertoe leiden dat de accu niet meer kan worden opgeladen.
Werken met het Notebook Accu monteren 1 2 ► ► ► ► Plaats de accu op zijn kant tegen het notebook. Duw de accu in het accuvak zodat deze merkbaar vergrendelt (1). Schuif de ontgrendeling in de richting van de pijl (2). Sluit het demonteren af (zie het hoofdstuk "Demonteren van componenten voltooien", pagina 69).
Werken met het Notebook 1 ► Houd de vergrendeling van de ventilatiesleufafdekking ingedrukt (1) en verwijder de afdekking uit de montageplaats (2). ► Reinig de stofkamer. 2 1 Fujitsu Technology Solutions ► Plaats de ventilatiesleufafdekking zoals afgebeeld schuin in de montageplaats (1) en let er hierbij op dat deze merkbaar vergrendelt. ► Sluit het demonteren af (zie hoofdstuk "Demonteren van componenten voltooien", pagina 69).
Werken met het Notebook Energiespaarfuncties gebruiken Energie Accu Als u de beschikbare energiespaarfuncties gebruikt, verbruikt het Notebook minder energie. Op die manier kunt u langer met accuvoeding werken voor u de accu weer moet opladen. De energie-efficiëntie wordt verhoogd en het milieu wordt minder belast. Als u optimaal gebruik maakt van de energie-opties, kunt u aanzienlijke besparingen bereiken en draagt u tegelijkertijd bij aan een schoner milieu.
Werken met het Notebook Geheugenkaarten Steekplaats Uw Notebook is met een geïntegreerde geheugenkaartlezer uitgerust. Houd rekening met de instructies van de fabrikant als u met geheugenkaarten omgaat. Geheugenkaart Ondersteunde formaten Uw Notebook ondersteunt het volgende formaat: • Secure Digital (SDTM Card) Geheugenkaart aanbrengen ► Schuif de geheugenkaart voorzichtig in de steekplaats. Het labelgebied moet naar boven gericht zijn.
Werken met het Notebook Geheugenkaart verwijderen Geheugenkaart Verwijder de kaart altijd op correcte wijze, zoals navolgend beschreven, om verlies van uw gegevens te voorkomen. Met het betreffende symbool op de taakbalk kunt u de geheugenkaart stoppen: ► Klik met de linker muisknop op het symbool. ► Kies de geheugenkaart die u wenst te stoppen en te verwijderen. ► Druk op de invoertoets. Een dialoogvenster geeft aan dat u de geheugenkaart nu probleemloos kunt verwijderen.
Werken met het Notebook Kaart aanbrengen Bewaar de plaatsbewaarder voor de steekplaats op een veilige plaats. Als u de kaart er weer uithaalt, dient u de plaatsbewaarder voor weer aan te brengen. Zo kunnen er geen vreemde voorwerpen in de steekplaats terechtkomen. ► Druk op de rand van de plaatsbewaarder voor de kaart (1) zodat deze gedeeltelijk uit het notebook springt. ► Trek de plaatsbewaarder voor de kaart uit de steekplaats (2).
Werken met het Notebook Kaart verwijderen Verwijder de kaart altijd op correcte wijze, zoals navolgend beschreven, om verlies van uw gegevens te voorkomen. Met het betreffende symbool op de taakbalk kunt u de ExpressCard stoppen: ► Klik met de linker muisknop op het symbool om hardware veilig te verwijderen. ► Kies de ExpressCard die u wenst te stoppen en te verwijderen. ► Druk op de invoertoets. Een dialoogvenster geeft aan dat u de ExpressCard nu probleemloos kunt verwijderen.
Werken met het Notebook SIM-kaart Een SIM-kaart (Subscriber Identity Module) is een chipkaart die in een mobiele telefoon of een notebook wordt geplaatst en samen met de ingebouwde UMTS-module toegang tot een mobiel netwerk mogelijk maakt. Volg de instructies van de provider van de SIM-kaart. De steekplaats voor de SIM-kaart bevindt zich in het accuvak en is alleen toegankelijk als de accu verwijderd is.
Werken met het Notebook Wireless LAN/Bluetooth/UMTS (optioneel) Als radiocomponenten worden ingebouwd die niet door Fujitsu Technology Solutions werd goedgekeurd, worden de voor dit toestel verleende toelatingen ongeldig. Radiocomponenten in- en uitschakelen Voordat u uw toestel voor het eerst inschakelt moet de aan-/uitschakelaar voor radiocomponenten in de stand "ON" staan. ► Zet de aan-/uitschakelaar in de stand "ON" om de radiocomponenten in te schakelen.
Werken met het Notebook Toegang via UMTS De accessoires voor UMTS-ontvangst zijn verkrijgbaar in de handel of bij uw Fujitsu Technology Solutions handelaar. Als u een UMTS-module heeft besteld, dan is uw toestel bij de levering reeds voorbereid. Informatie over de verbindingsopbouw met het UMTS-netwerk vindt u in de documentatie bij de gebruikte hardware. U kunt uw toestel via UMTS verbinden met het internet.
Werken met het Notebook Aansluitingen op de poortreplicator Aansluitingen Poortreplicator 8 1 2 3 9 4 5 1 6 7 1 2 3 4 5 6 = = = = = = USB-aansluitingen e-SATA-aansluitingen LAN-aansluiting DVI-aansluiting VGA-beeldschermaansluiting Kensington Lock-inrichting 7 = Gelijkspanningsbus (DC IN) 8 = Stekker van de poortreplicator voor de docking-aansluiting aan de onderzijde van het notebook 9 = DisplayPort De DVI-aansluiting en de DisplayPort kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt.
Werken met het Notebook Notebook op de poortreplicator aansluiten Als het notebook op de poortreplicator wordt aangesloten wanneer het systeem in werking is, kunnen er problemen optreden. We adviseren het notebook eerst uit te schakelen. Als het notebook op de poortreplicator is aangesloten, dient u de netadapter op de poortreplicator aan te sluiten. Als het notebook op de poortreplicator is aangesloten, dan adviseren we het notebook niet met gesloten LCD-beeldscherm te laten werken.
Werken met het Notebook Netadapter op de poortreplicator aansluiten ► Sluit de netadapterkabel op de gelijkspanningsbus (DC IN) van de poortreplicator aan (1). ► Sluit de netkabel op de netadapter aan (2). ► Sluit de netkabel op het stopcontact aan (3). 1 3 2 Als het notebook wordt aangesloten op een poortreplicator, maakt het besturingssysteem een hardwareprofiel aan voor de modus "aangekoppeld". In dit profiel wordt bijv. bijgehouden op welk beeldscherm de informatie voor het laatst werd weergegeven.
Werken met het Notebook Notebook van de poortreplicator loskoppelen Als het notebook van de poortreplicator wordt losgekoppeld wanneer het systeem in werking is, kunnen er problemen optreden. We adviseren het notebook eerst uit te schakelen of het notebook via de betreffende functie in het besturingssysteem los te koppelen. ► Schakel het notebook uit. 2 1 ► Trek de ontgrendelingshendel in de richting van de pijl (1) tot deze merkbaar ontgrendelt. ► Verwijder het notebook (2).
Veiligheidsfuncties Veiligheidsfuncties Veiligheidsfuncties Uw notebook beschikt over verschillende beveiligingsfuncties, waarmee u uw systeem en uw persoonlijke gegevens kunt beveiligen tegen onbevoegde toegang. In deze hoofdstuk wordt beschreven hoe u deze functies gebruikt en wat de voordelen ervan zijn. Opgelet: Als u bijv. uw wachtwoord niet meer kent, is het mogelijk dat u zelf ook geen toegang meer heeft tot uw systeem en uw gegevens.
Veiligheidsfuncties Kensington Lock gebruiken Uw toestel beschikt over een Kensington Lock-inrichting voor de Kensington MicroSaver. Met de Kensington MicroSaver, een robuuste staalkabel, kunt u uw notebook beveiligen tegen diefstal. De Kensington MicroSaver is als accessoire verkrijgbaar.
Veiligheidsfuncties Beveiliging van de BIOS-Setup-Utility (supervisoren user-wachtwoord) Als u deze gebruikshandleiding op het beeldscherm heeft geopend, is het aan te bevelen volgende instructies af te drukken. Terwijl u het wachtwoord configureert, kunt u de instructies namelijk niet oproepen op het beeldscherm. BIOS-Setup-Utility Zowel met het supervisor-wachtwoord als met het user-wachtwoord voorkomt u onbevoegd gebruik van de BIOS-Setup-Utility.
Veiligheidsfuncties Wachtwoorden opheffen Om een wachtwoord op te heffen zonder een nieuw wachtwoord in te stellen, gaat u als volgt te werk: User-wachtwoord Supervisor-wachtwoord Wachtwoord ► Roep de BIOS-Setup-Utility op en kies het menu Security. ► Selecteer het veld Set Supervisor Password of Set User Password en druk op de Enter-toets. Met Enter Current Password vraagt het systeem u het actuele wachtwoord in te geven. Met Enter New Password vraagt het systeem u een nieuw wachtwoord in te geven.
Veiligheidsfuncties SmartCard-lezer Veiligheidsfuncties SmartCards worden standaard niet meegeleverd. U kunt alle SmartCards gebruiken die voldoen aan de ISO-norm 7816-1, -2 of -3. Deze SmartCards zijn verkrijgbaar bij verschillende fabrikanten. Met behulp van de betreffende software kunt u de SmartCard als alternatief voor wachtwoordbescherming, maar ook als digitale handtekening voor de codering van uw e-mails en thuisbankieren gebruiken. Wij raden aan altijd gebruik te maken van twee SmartCards.
Veiligheidsfuncties Trusted Platform Module - TPM (afhankelijk van toestel) Trusted Platform Module TPM Om de TPM te kunnen gebruiken, moet u per se voor de software-installatie de TPM in de BIOS-Setup inschakelen. Voorwaarde is wel dat u minstens het supervisor-wachtwoord heeft toegekend (zie "Veiligheidsfuncties", pagina 48). TPM activeren • ► ► ► Voorwaarde: U hebt een supervisor-wachtwoord toegekend; zie "Veiligheidsfuncties", pagina 48. Roep de BIOS-setup op en kies het menu Security.
Aansluiten van externe toestellen Aansluiten van externe toestellen Hou in elk geval rekening met de veiligheidsaanwijzingen in het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 12 voor u toestellen op het Notebook aansluit of van het Notebook loskoppelt. Lees altijd de documentatie bij het externe toestel dat u wenst aan te sluiten. Tijdens een onweer mag u nooit kabels aansluiten of loskoppelen. Trek nooit aan de kabel als u hem losmaakt! Neem altijd de stekker vast.
Aansluiten van externe toestellen Extern beeldscherm aansluiten Het notebook zelf beschikt niet over een DVI-aansluiting. De voor uw notebook optioneel verkrijgbare poortreplicator biedt u een dergelijke aansluiting. Een analoog beeldscherm wordt op een analoge VGA-beeldschermaansluiting aangesloten en een digitaal beeldscherm op de DVI-beeldschermaansluiting.
Aansluiten van externe toestellen Extern beeldscherm op DisplayPort aansluiten Op de DisplayPort kan een digitaal beeldscherm worden aangesloten. De beeldschermuitvoer is op maximaal twee beeldschermen tegelijk begrensd (zie "Toetsencombinaties", pagina 23, paragraaf "Beeldschermuitvoer omschakelen"). Digitale DisplayPort ► Schakel het Notebook en het externe beeldscherm uit. ► Sluit de datakabel van het externe beeldscherm op de beeldschermaansluiting aan.
Aansluiten van externe toestellen USB-toestellen aansluiten USB-aansluitingen Op de USB-aansluitingen kunt u externe toestellen aansluiten die ook over een USB-poort beschikken (bijv. een DVD-station, een printer, een scanner of een modem). USB-toestellen zijn hot-plug-compatibel. U kunt de kabels van USB-toestellen dus bij ingeschakeld systeem aansluiten en loskoppelen. Bij USB 1.x bedraagt de maximale overdrachtsnelheid 12 Mbit/s. Bij USB 2.x bedraagt de maximale overdrachtsnelheid 480 Mbit/s.
Aansluiten van externe toestellen USB-aansluiting met laadfunctie (Charging) USB-laadfunctie Er wordt aanbevolen het Notebook te gebruiken met aangesloten voeding wanneer de USB-aansluiting met laadfunctie wordt gebruikt, omdat de gebruiksduur van de accu korter is wanneer extra USB-toestellen worden geladen. De netadapter moet reeds bij het uitschakelen van het notebook zijn aangesloten, want anders is de USB-laadfunctie niet actief en worden de aangesloten USB-toestellen niet geladen.
Aansluiten van externe toestellen Externe SATA-harde schijf (eSATA) aansluiten U kunt op de eSATA-aansluiting een externe SATA-harde schijf aansluiten. Op deze manier kunt u de interne capaciteit van de harde schijf naar wens vergroten. De maximale lengte van de eSATA-kabel is twee meter. Laat u in de vakhandel informeren over welke eSATA-datakabel voor uw externe eSATA-harde schijf geschikt is. Let erop dat de harde schijf over een eigen externe voeding beschikt. De overdrachtssnelheid is maximaal 2.
Aansluiten van externe toestellen Externe audiotoestellen aansluiten Microfoonaansluiting/Line In Audiotoestellen aansluiten Microfoonaansluiten Audio-aansluitingen Via de microfoonaansluiting/Line in kunt u een externe microfoon, een MiniDisc-speler, een MP3-speler, een CD-speler of een cassettedeck op uw Notebook aansluiten. ► Sluit de audiokabel aan op het externe toestel. ► Sluit de audiokabel aan op de microfoonaansluiting/Line In van het Notebook.
Componenten demonteren en monteren in geval van service Componenten demonteren en monteren in geval van service Reparaties aan het Notebook mogen alleen door bevoegde vakmensen worden uitgevoerd. Als het Notebook onbevoegd wordt geopend of als onvakkundige herstellingen worden uitgevoerd, vervalt de garantie en kan er groot gevaar ontstaan voor de gebruiker (elektrocutie, brandgevaar).
Componenten demonteren en monteren in geval van service Demonteren van componenten voorbereiden Wanneer u systeemcomponenten wilt demonteren of vervangen, bereidt het demonteren dan als volgt voor: Houd u aan de veiligheidsinstructies in het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 12. Trek de stekker uit het stopcontact! ► Schakel het toestel uit. Het toestel mag zich niet in de energiespaarmodus bevinden! ► Sluit het LCD-beeldscherm. ► Maak alle kabels los van het toestel.
Componenten demonteren en monteren in geval van service Geheugenuitbreiding demonteren en monteren Geheugen demonteren Hoofdgeheugen Geheugenmodule Systeemuitbreiding Als de hotline/servicedesk u vraagt de geheugenuitbreiding zelf te demonteren en te monteren, gaat u als volgt te werk: Houd u aan de veiligheidsinstructies in het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 12.
Componenten demonteren en monteren in geval van service Afdekking verwijderen 1 2 ► Draai de schroef (1) uit. Bewaar de schroeven op een veilige plaats. Wanneer u meerdere componenten tegelijkertijd demonteert, bewaar de schroeven voor de afzonderlijke componenten dan apart van elkaar. Wanneer u de onjuiste schroeven aanbrengt, kunnen componenten beschadigd raken. ► Til de afdekking van het Notebook op (2). Geheugenmodule: demonteren ► Druk de twee bevestigingsklemmen voorzichtig naar buiten (1).
Componenten demonteren en monteren in geval van service Geheugenmodule: monteren 1 ► Plaats de geheugenmodule met de aansluitcontacten en de uitsparing (a) vooraan in de montageplaats (1). ► Klap de geheugenmodule voorzichtig omlaag, tot ze duidelijk vergrendelt (2). 2 Geheugenmodule Geheugenuitbreiding a Afdekking bevestigen 2 1 ► Plaats de afdekking op de montageplaats (1).
Componenten demonteren en monteren in geval van service Harde schijf demonteren en monteren Afdekking verwijderen 1 1 2 ► Draai de schroeven uit (1). Bewaar de schroeven zorgvuldig. Als u meerdere componenten tegelijkertijd demonteert, bewaar de schroeven voor de afzonderlijke componenten dan apart van elkaar. Als u de onjuiste schroeven aanbrengt, kunnen componenten beschadigd raken. ► Til de afdekking van het notebook op (2).
Componenten demonteren en monteren in geval van service Harde schijf demonteren ► Neem de harde schijf in de richting van de pijl uit het servicevak. Zorg dat de contacten worden ontgrendeld.
Componenten demonteren en monteren in geval van service Harde schijf: monteren ► Plaats de harde schijf in het servicevak. Zorg dat de contacten worden vergrendeld.
Componenten demonteren en monteren in geval van service Afdekking bevestigen 2 2 1 ► Plaats de afdekking op de montageplaats (1). ► Draai de schroeven vast (2). Demonteren van componenten voltooien Wanneer u de gewenste systeemcomponenten heeft gedemonteerd of vervangen, kunt u het toestel zoals hieronder beschreven voorbereiden op de heringebruikname: ► Zet de accu terug (zie "Accu monteren", pagina 34). ► Plaats het Notebook weer rechtop op een vlakke ondergrond.
Instellingen in de BIOS-Setup-Utility Instellingen in de BIOS-Setup-Utility Systeem Setup Hardwareconfigureren Configuratie,BIOS-Setup-Utility Systeeminstellingen,BIOS-Setup-Utility BIOS-Setup-Utility configureren Met de BIOS-Setup-Utility kunt u systeemfuncties en de hardware-configuratie voor uw Notebook instellen. Bij levering van het Notebook zijn de standaardinstellingen actief. Deze instellingen kunt u in de menu’s van de BIOS-Setup-Utility wijzigen.
Instellingen in de BIOS-Setup-Utility BIOS-Setup-Utility bedienen BIOS-Setup-Utility Druk op de toets F1 om hulpinformatie bij de bediening van de BIOS-Setup-Utility te krijgen. De beschrijving van de verschillende instellingen vindt u in het rechter venster van de BIOS-Setup-Utility. Met de toets F9 kunt u de standaardinstellingen van de BIOS-Setup-Utility laden. ► Markeer met de cursortoetsen ← of → het menu waarin u instellingen wenst uit te voeren. Het menu verschijnt.
Instellingen in de BIOS-Setup-Utility Discard Changes – Wijzigingen negeren zonder de BIOS-Setup-Utility te verlaten ► Om de wijzigingen te negeren, kiest u Discard Changes en Yes. De instellingen die bij het oproepen van de BIOS-Setup-Utility geldig waren, blijven actief. U kunt nu verdere instellingen in de BIOS-Setup-Utility uitvoeren. ► Als u de BIOS-Setup-Utility met deze instellingen wilt beëindigen, kiest u Exit Saving Changes en Yes.
Probleemanalyse en tips Probleemanalyse en tips Storingverhelpen Fouten Tips Probleemanalyse Houd rekening met de veiligheidsinstructies in het handboek "Veiligheid/Regelgeving" als u kabels loskoppelt of aansluit. Als er zich een storing voordoet, kunt u proberen deze aan de hand van volgende maatregelen te verhelpen. Als u de storing niet kunt opheffen, gaat u als volgt te werk: ► Noteer de uitgevoerde stappen en de toestand die actief was op het moment dat de fout opgetreden is.
Probleemanalyse en tips Inhoud van de harde schrijf onder Windows herstellen Besturingssysteemherstellen Hardeschijf Met de "Windows XP Recovery-CD" (als optie leverbaar) en de CD/DVD "Drivers & Utilities" kunt u het besturingssysteem opnieuw installeren. De instructies hiervoor vindt u ook op de hoes van de Recovery-CD. Tijdens de nieuwe installatie worden alle persoonlijke gegevens en alle geïnstalleerde programma’s verwijderd.
Probleemanalyse en tips Het LCD-beeldscherm van het notebook blijft donker DonkerLCD-beeldscherm LCD-beeldscherm Oorzaak Beeldscherm is uitgeschakeld. Extern beeldscherm of TV-toestel aangesloten. Storingen verhelpen ► Druk op een toets of raak het touchpad aan. ► Druk op de toetsencombinatie voor het omschakelen van de beeldschermuitvoer (zie "Toetsencombinaties", pagina 23).
Probleemanalyse en tips De informatie op het externe beeldscherm verschijnt niet of verloopt Beeldscherm Oorzaak Voor het externe beeldscherm werd een verkeerd beeldscherm gekozen of voor het toepassingsprogramma is een verkeerde beeldschermresolutie ingesteld. Storing verhelpen ► Sluit het toepassingsprogramma onder Windows af met Alt + F4 .
Probleemanalyse en tips Het Notebook werkt niet verder Energiespaarmodus Notebook Oorzaak Het Notebook staat in de energiespaarmodus. Toepassingsprogramma heeft de fout veroorzaakt. Accu is leeg. Problemen verhelpen ► Beëindig de energiespaarmodus. ► Beëindig het toepassingsprogramma of start het notebook opnieuw (opnieuw opstarten besturingssysteem of uit-/inschakelen). ► Laad de accu op. of ► Plaats een opgeladen accu. of ► Sluit de netadapter aan op het Notebook.
Probleemanalyse en tips Akoestische foutmelding Akoestische foutmeldingen Fout Oorzaak U hoort een signaal met enkele seconden interval. Storingen verhelpen ► Laad de accu op. De accu is zeer ver leeg. Foutmeldingen op het beeldscherm Fout Foutmeldingenophetbeeldscherm Hierna zijn de foutmeldingen beschreven die door de BIOS-Setup worden geproduceerd. Foutmeldingen afkomstig van het besturingssysteem of van programma’s, vindt u in de documentatie bij die programma’s.
Probleemanalyse en tips Foutmelding/oorzaak Operating system not found Press to resume, to SETUP Storingen verhelpen ► Controleer in de BIOS-Setup of uw harde-schijfstation correct ingesteld is. ► Ga na of het besturingssysteem geïnstalleerd is op het station in kwestie. ► Druk op functietoets F1 om het besturingssysteem te starten. ► Druk op functietoets F2 om naar de BIOS-Setup te gaan.
Technische gegevens Technische gegevens Technischegegevens LIFEBOOK Technischegegevens Omgevingsvoorwaarden Bedrijfstemperatuur Afmetingen Breedte x diepte x hoogte Gewicht Hoofdgeheugen Steekplaatsen 5 °C tot 35 °C 283 mm x 215 mm x 26,2 - 33,3 mm ca. 1,5 kg 2 steekplaatsen 204-pens DDR3-1333 SO-DIMM met totaal maximaal 8 GB RAM 2 GB of 4 GB DDR3-1333 SO-DIMM Toegestane geheugenmodules Op het technische blad bij dit toestel worden bijkomende technische gegevens vermeld.
Instructies van de fabrikant Instructies van de fabrikant Afvalbehandeling en recycling Instructies Informatie over dit thema vindt u op uw notebook of op onze internetpagina’s. Verklaringen van overeenstemming (Declarations of Conformity) Verklaringvan overeenstemming De verklaringen van overeenstemming (Declarations of Conformity) voor het toestel kunt u op het Internet vinden onder "http://ts.fujitsu.com/ce".
Index Index A Aansluitingen poortreplicator 44 Accu 31 bewaren 32 laadtoestand 32, 36 levensduur 31 opladen 32 verzorgen en onderhouden 32 Accu-indicator 19 Acculadingsmeter 32 Accumulator zie Accu 31 Akku zelfontlading 32 Akoestische foutmeldingen 78 Alt+Tab 24 Audio-aansluitingen 60 Audiotoestellen aansluiten 60 B Backspace 22 Bassluidspreker (Subwoofer) 40 Batterij zie Accu 31 Batterij-indicator zie Accu-indicator 19 Batterijsymbool zie Accu-indicator 19 Bediening, Notebook 18 Bedrijfsklaar maken 16 Bee
Index Fn+F6 24 Fn+F7 24 Fn+F8 24 Fn+F9 24 Fn-toets 22 Fout akoestische meldingen 78 beeldschermmelding 78 Fouten verhelpen 73 Foutmeldingen op het beeldscherm G Geheugen demonteren zie Geheugenuitbreiding 63 Geheugenkaart aanbrengen 37 verwijderen 38 werken met 37 Geheugenmodule belangrijke instructies 63 demonteren 64 monteren 65 Geheugenuitbreiding demonteren 64 monteren 65 Fujitsu Technology Solutions 78 L Laadcapaciteit, accu 32 LCD-beeldscherm blijft donker 75 gereflecteerde weerkaatsing 75 helderh
Index P Poortreplicator aansluitingen 44 notebook aansluiten Printer werkt niet 77 Probleemanalyse 73 45 R Radiocomponenten veiligheidsaanwijzingen Randapparaten aansluiten 54 loskoppelen 54 Regelsprong 22 Reiniging 14 Reis, Notebook 13 Return 22 12 S Scroll Lock indicator 19 Setup zie BIOS-Setup-Utility 70 Shift (Omschakeltoets) 22 Shift+Tab 24 Signaal hoorbaar met enkele seconden interval 74 Standby-indicator 19 Start-toets 22 Station indicator 19 Statusindicatoren 18 Steekplaats ExpressCard 38 geheu
Index W Wachtwoord ingeven 50 opheffen 51 wijzigen 50 Wachtwoordbeveiliging WebCam 31 Werkingsindicator 19 Wintertijd 74 Wireless LAN module inschakelen 42 module uitschakelen 42 veiligheidsaanwijzing 12 49 Fujitsu Technology Solutions Z Zelfontlading, accu Zomertijd 74 32 85