Systeem Gebruikershandleiding LIFEBOOK T580
Proficiat! U hebt gekozen voor een innovatief product van Fujitsu. Actuele informatie over onze producten, tips, updates etc. vindt u op het internet: "http://ts.fujitsu.com" Automatische driver-updates vindt u onder: "http://support.ts.fujitsu.com/com/support/index.html" Als u technische vragen heeft, neem dan a.u.b. contact op met: • onze hotline/servicedesk (zie servicedesk-lijst of op het internet op "http://ts.fujitsu.com/support/servicedesk.
Copyright Fujitsu Technology Solutions 2010 08/2010 Uitgegeven door Fujitsu Technology Solutions Mies-van-der-Rohe-Straße 8 80807 München, Duitsland Contact http://ts.fujitsu.com/support Alle rechten, inclusief de intellectuele eigendomsrechten, zijn voorbehouden. Wijzigingen aan technische gegevens zijn voorbehouden; de levering is afhankelijk van de beschikbaarheid.
LIFEBOOK T580 Gebruikershandleiding Dankzij innoverende technologie 7 Aansluitingen en bedieningselementen 9 Belangrijke instructies 12 Eerste ingebruikname van uw toestel 15 Werken met het Notebook 19 Veiligheidsfuncties 64 Aansluiten van externe toestellen 85 Componenten demonteren en monteren in geval van service 90 Instellingen in de BIOS-Setup-Utility 97 Probleemanalyse en tips 100 Technische gegevens 109 Instructies van de fabrikant 112 Index 119
Microsoft, MS, Windows XP en Windows 7 zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Adobe Reader is een handelsmerk van Adobe Systems Incorporated. MultiMediaCard is een geregistreerd handelsmerk van Infineon Technologies AG. Sony and Memory Stick zijn handelsmerk van Sony Electronics, Inc. Alle andere handelsmerken zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de betrokken eigenaars en worden als beschermd erkend.
Inhoud Inhoud Dankzij innoverende technologie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verdere informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verklaring van symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Ondersteund formaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Geheugenkaart aanbrengen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Geheugenkaart verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Luidsprekers en microfoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Afdekking verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Geheugenmodule: demonteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Geheugenmodule: monteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Afdekking bevestigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoud Index . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Dankzij innoverende technologie Dankzij innoverende technologie ... en een ergonomisch ontwerp is uw toestel een gebruiksvriendelijk en betrouwbaar Notebook. Het toestel start zeer snel op, is direct startklaar en heeft vanwege de hoge accucapaciteit een zeer lange gebruiksduur. Met de gebruiksvriendelijke "BIOS-Setup-Utility" kunt u de hardware van uw Notebook sturen en uw systeem beter beschermen tegen onbevoegde toegang, door gebruik te maken van de krachtige wachtwoordbeveiliging.
Dankzij innoverende technologie Verklaring van symbolen Besteed in het bijzonder aandacht aan teksten met dit symbool. Als u deze waarschuwing niet in acht neemt, brengt u uw leven in gevaar, beschadigt u het systeem, of kan er gegevensverlies optreden. De garantie vervalt als het toestel defect raakt doordat u deze instructies niet heeft opgevolgd. duidt op belangrijke informatie voor de correcte behandeling van het toestel. ► duidt op een handeling die u moet uitvoeren. duidt op een resultaat.
Aansluitingen en bedieningselementen Aansluitingen en bedieningselementen In dit hoofdstuk worden de verschillende hardwarecomponenten van uw toestel voorgesteld. U krijgt een overzicht van de indicatoren en aansluitingen van het toestel. Voor u met het toestel begint te werken, dient u zich vertrouwd te maken met deze elementen.
Aansluitingen en bedieningselementen Linkerzijde 1 1 2 3 4 = = = = 2 3 4 Gelijkspanningsbus (DC IN) USB-aansluiting Ventilatiegleuf Aan-/uitschakelaar voor radiocomponenten 5 6 5 = SmartCard-steekplaats 6 = Geheugenkaartsteekplaats Rechterzijde 1 1 2 3 4 10 = = = = 2 Steekplaats voor pen Oog voor pensnoer Servicevak harde schijf Aan-/uitschakelaar 3 4 5 6 7 5 = USB-aansluiting 6 = LAN-aansluiting 7 = VGA-beeldschermaansluiting Fujitsu Technology Solutions
Aansluitingen en bedieningselementen Achterzijde 1 2 1 = HDMI-aansluiting 2 = Kensington Lock-inrichting Onderzijde 1 4 3 1 = Accuvak met SIM-kaartsteekplaats onder de accu 2 = Servicevak geheugen Fujitsu Technology Solutions 2 3 = Luidsprekers 4 = Servicevak harde schijf 11
Belangrijke instructies Belangrijke instructies Instructies Belangrijkeinstructies In dit hoofdstuk vindt u informatie over de veiligheidsinstructies voor uw notebook die u in acht moet nemen. De andere instructies geven interessante informatie bij uw notebook. Veiligheidsinstructies Instructies Veiligheidsinstructies Houd absoluut rekening met de veiligheidsinstructies in het handboek "Veiligheid" en volgende veiligheidsinstructies.
Belangrijke instructies Onderweg met het Notebook Notebook Transport Instructies Mobielewerking Hou rekening met volgende instructies als u onderweg bent met uw Notebook. Voor u vertrekt ► Maak een reservekopie van de belangrijke gegevens op uw harde schijf. ► Schakel de radiocomponent om veiligheidsredenen uit. Bij gegevensverkeer via een draadloze verbinding kunnen ook onbevoegden uw gegevens ontvangen.
Belangrijke instructies Notebook reinigen De binnenkant van de behuizing mag enkel worden gereinigd door bevoegde vakmensen. Gebruik enkel speciale reinigingsmiddel voor computers. Normale huishoudelijke reinigingsmiddel en polish kunnen de opschriften van het toetsenbord en van het notebook, de lak of het notebook zelf beschadigen. Zorg ervoor dat er geen vloeistof in het notebook kan binnendringen.
Eerste ingebruikname van uw toestel Eerste ingebruikname van uw toestel Ingebruikname Eersteingebruikname Houd rekening met het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 12. Wanneer uw toestel met een Windows besturingssysteem is uitgerust, dan zijn de benodigde hardware-drivers en de meegeleverde software reeds voorgeïnstalleerd. Sluit het toestel alvorens dit voor het eerst in te schakelen via de netadapter op de netspanning aan (zie "Netadapter aansluiten", pagina 16).
Eerste ingebruikname van uw toestel Opstelplaats selecteren Netadapter Toestel Opstelplaatsselecteren Voor u uw toestel opstelt, dient u een geschikte plaats voor het toestel te kiezen. Houd daarbij rekening met het volgende. • Plaats het toestel en de netadapter nooit op een warmtegevoelige ondergrond. Gebeurt dit wel, dan kan de ondergrond beschadigd raken. Plaats het toestel nooit op een zachte ondergrond (b.v. tapijt, kussen of bedje).
Eerste ingebruikname van uw toestel Toestel voor het eerst inschakelen Voor heteerstinschakelen Bij toestellen met aan-/ujitschakelaar voor radiocomponenten: Schuif de aan-/uitschakelaar voor radiocomponenten in de stand "ON" voordat het toestel wordt ingeschakeld. Wanneer u het toestel voor de eerste maal inschakelt, wordt de bijgeleverde software geïnstalleerd en geconfigureerd.
Eerste ingebruikname van uw toestel Wanneer er op uw toestel een Windows besturingssysteem voorgeïnstalleerd is, dan vindt u meer informatie over het systeem, drivers, hulpprogramma’s, updates, handboeken, etc. op uw toestel of op het internet onder "http://ts.fujitsu.com/support".
Werken met het Notebook Werken met het Notebook Notebook Bediening,Notebook In dit hoofdstuk worden de basisprincipes voor de bediening van uw Notebook beschreven. Hoe u externe toestellen (bijv. muis, printer) aansluit op het Notebook, is beschreven in het hoofdstuk "Aansluiten van externe toestellen", pagina 85. Houd u aan de instructies in het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 12.
Werken met het Notebook Statusindicator Beschrijving Werkingsindicator • De indicator licht op: Het Notebook is ingeschakeld. • De indicator knippert: Het Notebook staat in de Sleep-modus (Save-to-RAM). • De indicator licht niet op: Het Notebook is uitgeschakeld of bevindt zich in de Save-to-Disk modus. Accu-laadindicator De accu-laadindicator geeft aan of een accu is ingebouwd en wordt opgeladen. • • • De indicator licht groen op: De accu is volledig opgeladen.
Werken met het Notebook Notebook openmaken ► Klap het LCD-beeldscherm omhoog.
Werken met het Notebook Notebook inschakelen Suspend/Resume-toets Werkingsindicator Notebook:inschakelen 1 2 ► Schuif de aan-/uitschakelaar (1) in de richting van het beeldscherm om het Notebook in te schakelen. Der aan-/uitschakelaar keert automatisch terug in de beginstand. De werkingsindicator (2) brandt.
Werken met het Notebook Notebook variabel gebruiken Voor uw dagelijkse werkzaamheden kunt u het Notebook indien gewenst als Tablet PC of als Notebook gebruiken. Let op de draairichting bij de volgende beschrijving! De garantie geldt niet voor schade die ontstaat als het beeldscherm in de verkeerde richting wordt gedraaid. Merk op dat het beeldscherm niet volledig rond zijn eigen as kan draaien! Van Notebook naar Tablet PC ► Plaats het LCD-beeldscherm in een verticale positie.
Werken met het Notebook ► Pak het beeldscherm indien mogelijk aan de onderzijde aan beide zijden vast. Draai het beeldscherm in de richting van de pijl naar links of naar rechts. Eerst voelt u een kleine weerstand, daarna verloopt de draaiing eenvoudig en probleemloos. ► Draai het beeldscherm verder tot het 180° gedraaid is en het scharnier vergrendelt. ► Klap het beeldscherm nu omlaag, zodat de achterzijde van het beeldscherm op het toetsenbord rust.
Werken met het Notebook Beeldschermoriëntatie kiezen (staand of liggend) Beeldschermoriëntatie Staand Liggend U kan het beeldscherm liggend of staand gebruiken. Voor het omschakelen tussen liggend of staand, drukt u op de tablettoets . Tijdens de werking als Tablet PC wordt standaard automatisch overgeschakeld op staand beeldscherm terwijl tijdens de werking als Notebook liggend beeldscherm wordt gebruikt.
Werken met het Notebook Let op de draairichting bij de volgende beschrijving! De garantie geldt niet voor schade die ontstaat als het beeldscherm in de verkeerde richting wordt gedraaid. ► Houd het beeldscherm zo ver mogelijk aan de onderkant aan beide zijden vast en draai het beeldscherm. Het draaien vindt licht en wrijvingsloos plaats. ► Draai het beeldscherm verder tot het 180° gedraaid is en het scharnier vergrendelt. U kunt het Notebook nu zoals gebruikelijk sluiten.
Werken met het Notebook Notebook sluiten ► Klap het LCD-beeldscherm op het onderste gedeelte van het Notebook, zodat het beeldscherm duidelijk vergrendelt. Handschriftherkenning onder Windows XP Tablet PC 2005 Edition Taalvariantselecteren:voor handschriftherkenning entoetsenbord ► ► ► ► Klik op Configuratiescherm – Datum, tijd, taal en landinstellingen – Landinstellingen. Selecteer de tabkaart Talen. Klik in het veld Tekstdiensten en -tekstinvoertalen op de knop Details.
Werken met het Notebook LCD-beeldscherm Instructies LCD-beeldscherm In Notebooks van Fujitsu Technology Solutions GmbH worden hoogwaardige TFT-beeldschermen gebruikt. Om technische redenen zijn TFT-beeldschermen gemaakt voor een bepaalde resolutie. Een optimale en scherpe weergave is dus enkel gewaarborgd in de voor het specifieke TFT-beeldscherm geldende resolutie. Een beeldschermresolutie die afwijkt van de specificaties, kan een onscherpe weergave veroorzaken.
Werken met het Notebook Toestel gebruiken als Tablet PC U kunt als volgt commando’s uitvoeren: • • met behulp van uw vingers met behulp van de pen (bij het toestel geleverd) Vinger gebruiken U kunt op het touchscreen van uw toestel met behulp van uw vinger bepaalde commando’s uitvoeren. U kunt alles wat u met uw vinger selecteert of activeert tevens met behulp van de pen selecteren of activeren.
Werken met het Notebook Acties met één vinger Actie Objecten selecteren (klikken met de linker muisknop) Programma’s starten (dubbelklikken met de linker muisknop) Objecten/vensters verschuiven (slepen met ingedrukte linker muisknop, Drag&Drop) Contextmenu openen (klikken met de rechter muisknop) Cursor bewegen 30 Beschrijving ► Tik met een vinger eenmaal kort op het object. ► Tik met een vinger tweemaal kort na elkaar op het programmapictogram.
Werken met het Notebook Acties met twee vingers Actie Scrollen Beschrijving ► Plaats twee vingers op het touchscreen. ► Beweeg de vingers naar boven om naar boven te scrollen. of ► Beweeg de vingers naar beneden om naar beneden te scrollen. Draaien ► Plaats de duim op het touchscreen en draai het beeld met uw wijsvinger links- of rechtsom.
Werken met het Notebook Actie Inzoomen / uitzoomen Beschrijving ► Plaats twee vingers op het touchscreen en beweeg deze uit elkaar om in te zoomen. of Contextgevoelige menu’s blokkeren 32 ► Plaats twee vingers op het touchscreen en beweeg deze naar elkaar toe om uit te zoomen. ► Tik met twee vingers tweemaal kort na elkaar op het touchscreen.
Werken met het Notebook Acties met drie vingers Actie Beschrijving Actuele venster maximaliseren of minimaliseren ► Plaats drie vingers op het touchscreen en beweeg de vingers naar boven om het venster te maximaliseren. of ► Plaats drie vingers op het touchscreen en beweeg de vingers naar beneden om het venster te minimaliseren.
Werken met het Notebook Actie Actuele vensters weergeven en draaien in 3D-carrouselstijl Alle vensters minimaliseren en bureaublad weergeven 34 Beschrijving ► Tik met drie vingers op het touchscreen om de 3D-carrouselstijl weer te geven. ► Houd de vingertoppen tegen het touchscreen gedruktom de 3D-carrouselstijl te veranderen. ► Tik met drie vingers tweemaal kort na elkaar op het touchscreen.
Werken met het Notebook Actie Door alle in een programma geopende bestanden bladeren Beschrijving ► Plaats drie vingers op het touchscreen en beweeg de vingers zijwaarts (naar links of rechts) over het touchscreen. Contextmenu weergeven en ingang selecteren ► Plaats twee vingers op het touchscreen. Een contextmenu wordt weergegeven. ► Tik met een vinger van de andere hand op een ingang in het contextmenu. De ingang wordt geselecteerd.
Werken met het Notebook Acties met vier vingers Actie Menu met contextgevoelige webapplicaties met een hand weergeven U kunt een woord, zin, paragraaf of object selecteren. Beschrijving ► Tik met vier vingers van een hand kort op het touchscreen en til de vingers van het beeldscherm op. Er wordt een menu met contextgevoelige webapplicaties weergegeven.
Werken met het Notebook Actie Gebied vergroten Beschrijving ► Om een gebied in een document te vergroten, plaatst u van beide handen twee vingers zoals afgebeeld in een rechthoek op het touchscreen. Het geselecteerde gebied wordt vergroot. ► Plaats een vinger op het touchscreen en beweeg de rechthoek over het touchscreen om meer gebieden te vergroten.
Werken met het Notebook Actie Bladeren Beschrijving ► Plaats vier vingers op het touchscreen en beweeg de vingers naar boven om naar boven te scrollen. of ► Plaats vier vingers op het touchscreen en beweeg de vingers naar beneden om naar beneden te scrollen. U scrolt zo ver als u uw vingers beweegt.
Werken met het Notebook Pen gebruiken 1 = Punt van pen 2 = Penknop 3 3 = Oog voor pensnoer 2 1 U kunt de pen op uw Notebook als elektronisch schrijftoestel gebruiken om menupunten te selecteren en om door de programma’s te navigeren. Bij programma’s met handschriftherkenning kunt u tekst ingeven door met de pen rechtstreeks op het beeldscherm te schrijven. U kunt de pen ook als tekenhulp gebruiken. De pen van het Notebook zit stevig in de penschacht verankerd.
Werken met het Notebook De pen van het Notebook is een elektronische instrument dat bij verkeerd gebruik beschadigd kan raken. Ga zorgvuldig met de pen om. Hieronder vindt u aanbevelingen voor correct gebruik van de pen: • • • • Maak geen gebaren met de pen in de hand. Gebruik de pen niet als aanwijsapparaat. Gebruik de pen alleen op het beeldscherm van het Notebook. Probeer de greep van de pen niet te draaien. De greep is bedoeld om de pen in de penschacht te leggen of deze uit de penschacht te nemen.
Werken met het Notebook Pen instellen Besturingssysteem Windows XP Windows 7 Menu Onder Fujitsu Pen Settings of Instellingen voor tablet en pen in het configuratiescherm kunt u verschillende instellingen voor de pen uitvoeren (bijv. drukgevoeligheid). Onder Hardware en geluiden - Pen en invoerapparaat in het configuratiescherm kunt u verschillende instellingen voor de pen uitvoeren (indeling en functie van de penknop).
Werken met het Notebook Punt van pen vervangen Tijdens het gebruik kan de punt van de pen afslijten of er kan stof of verontreinigingen op de punt terecht komen, waardoor krassen op het beeldscherm kunnen ontstaan. Een beschadigde of versleten punt van de pen kan wellicht niet meer correct over het beeldscherm worden bewogen en kan bij werkzaamheden met de pen leiden tot onvoorziene resultaten. Als deze problemen voorkomen bij uw pen, dan moet u de punt van de pen vervangen.
Werken met het Notebook Penbatterij verwijderen Verwijder niet de punt van de pen om de batterij te vervangen. De pen bevat een AAAA-batterij. ► Schroef de dop aan de achterzijde van de pen los (1). ► Verwijder de batterij uit de pen (2). 1 2 Penbatterij aanbrengen ► Plaats de nieuwe batterij in de pen (1). ► Schroef de dop van de pen vast (2).
Werken met het Notebook Pensnoer bevestigen Om te voorkomen dat de pen valt of dat u deze verliest, dient u deze met het pensnoer te bevestigen. ► Bevestig het pensnoer aan het oog van de pen en aan het oog van het Notebook. Toestel gebruiken als Notebook Touchpad en touchpad-toetsen Let op dat het touchpad niet in aanraking komt met vuil, vloeistof of vet. Touchpad Raak het touchpad nooit aan met vuile vingers. Plaats geen zware voorwerpen (b.v. boeken) op het touchpad of op de touchpad-toetsen.
Werken met het Notebook Commando uitvoeren ► Ga met de aanwijzer naar het gewenste veld. ► Tik twee keer op het touchpad of druk twee keer op de linker toets. De opdracht wordt uitgevoerd. Touchpad Object vertrekken ► Kies het gewenste object. ► Houd de linker knop ingedrukt en verschuif het object met de vinger op het Touchpad naar de gewenste plaats. Het object is verplaatst.
Werken met het Notebook Toetsenbord Toetsen Cijferblok Numeriektoetsenblok Toetsenbord Het toetsenbord van uw Notebook ondergaat ook bij een normaal gebruik voortdurende slijtage. Vooral de opschriften van de toetsen worden zwaar belast. In de loop van de normale gebruiksperiode van het Notebook kan de belettering van de toetsen afslijten. Het toetsenbord is zo opgevat, dat alle functies van een uitgebreid toetsenbord ter beschikking staan.
Werken met het Notebook Toets Beschrijving Correctietoets (Backspace) Met de correctietoets wordt het teken links van de cursor gewist. Backspace Correctietoets Tabulatortoets De tabulatortoets verplaatst de cursor naar de volgende tabulatorstop. Tabulatortoets Invoertoets (Return, Enter, regelsprong, wagenterugloop) De invoertoets sluit een commandoregel af. Als u op de invoertoets drukt, wordt het ingegeven commando uitgevoerd.
Werken met het Notebook Virtueel numeriek toetsenblok Num Lock Virtueelnumeriektoetsenblok Numeriektoetsenblok Om voor bepaalde toepassingen toch de toetsen van een numeriek toetsenblok te kunnen gebruiken, is het virtuele numerieke toetsenblok voorzien. Op het toetsenbord herkent u deze toetsen van het virtuele numerieke toetsenblok aan de cijfers en symbolen rechts bovenaan op de overeenkomstige toetsen.
Werken met het Notebook Combinatie Beschrijving Luidspreker inschakelen/uitschakelen Deze toetsencombinatie schakelt de ingebouwde luidsprekers aan of uit. Touchpad in-/uitschakelen Deze toetsencombinatie schakelt het touchpad in of uit. Beeldschermhelderheid verminderen Met deze toetsencombinatie vermindert u de helderheid van het beeldscherm. Beeldschermhelderheid verhogen Met deze toetsencombinatie verhoogt u de helderheid van het beeldscherm.
Werken met het Notebook Combinatie Ctrl + C Beschrijving Fujitsu Powersaving Utility opvragen Met deze toetsencombinatie wordt de "Fujitsu Powersaving Utility" opgevraagd. Met de "Fujitsu Powersaving Utility" kunt u verschillende energiebesparingsopties instellen. Lopende operatie annuleren Met deze toetsencombinatie wordt een lopende operatie afgebroken zonder het regelgeheugen te wissen. Negatieve tabulatorsprong Met deze toetsencombinatie gaat de cursor naar de vorige tabulatorstop.
Werken met het Notebook Basisfuncties bij opgestart toestel Toets Basisfunctie Aanmelden bij het systeem of Windows Task-Manager opvragen Als u deze tablettoets gedurende twee seconden indrukt, kunt u zich opnieuw aanmelden bij het systeem: • na het opstarten van het systeem • na blokkering van het systeem • bij terugkeer uit het power management Als u na het aanmelden bij het systeem de tablettoets gedurende twee seconden ingedrukt houdt, wordt de Windows Task Manager of – in een netwerk – het veiligheids
Werken met het Notebook WebCam WebCam Met de WebCam kunt u afhankelijk van de gebruikte software beelden of videoclips opnemen of deelnemen aan WebChat. • • • • De beeldkwaliteit is afhankelijk van de lichtverhouding en de gebruikte software. U kunt slechts via één toepassing met de WebCam werken (bijv. via een internettelefonieprogramma of een videoconferentieprogramma, dat een WebCam ondersteunt). Bij het gebruik van de WebCam mag de ondergrond waarop het Notebook rust niet wiebelen.
Werken met het Notebook Accu opladen, verzorgen en onderhouden Accu De notebook-accu kan enkel worden opgeladen als de omgevingstemperatuur tussen 5 °C en max. 35 °C ligt. De accu kunt u opladen door het notebook aan te sluiten op de netadapter (zie "Netadapter aansluiten", pagina 16). Als de accucapaciteit laag is, weerklinkt een waarschuwingstoon. Als u de netadapter niet binnen ongeveer vijf minuten na de waarschuwingstoon aansluit, schakelt het Notebook automatisch uit.
Werken met het Notebook Accu demonteren ► Bereid het demonteren voor (zie hoofdstuk "Demonteren van componenten voorbereiden", pagina 91). 1 2 3 ► Schuif de ontgrendeling (1) in de richting van de pijl en houd de ontgrendeling vast. ► Schuif de ontgrendeling in de richting van de pijl (2). ► Neem de accu uit het accuvak (3).
Werken met het Notebook Accu monteren 2 1 ► Schuif de accu in het accuvak tot deze merkbaar vergrendelt (1). ► Schuif de ontgrendeling in de richting van de pijl (2). ► Sluit het demonteren af (zie hoofdstuk "Demonteren van componenten voltooien", pagina 96).
Werken met het Notebook Energiespaarfuncties gebruiken Accu Energie Als u de beschikbare energiespaarfuncties gebruikt, verbruikt het Notebook minder energie. Op die manier kunt u langer met accuvoeding werken voor u de accu weer moet opladen. De energie-efficiëntie wordt verhoogd en het milieu wordt minder belast. Als u optimaal gebruik maakt van de energie-opties, kunt u aanzienlijke besparingen bereiken en draagt u tegelijkertijd bij aan een schoner milieu.
Werken met het Notebook Geheugenkaarten Steekplaats Uw Notebook is met een geïntegreerde geheugenkaartlezer uitgerust. Houd rekening met de instructies van de fabrikant als u met geheugenkaarten omgaat. Geheugenkaart Ondersteund formaat De geheugenkaartlezer ondersteunt het volgende formaat: • Secure Digital (SDTM Card) Geheugenkaart aanbrengen ► Schuif de geheugenkaart voorzichtig in de steekplaats. Het labelgebied moet naar boven gericht zijn.
Werken met het Notebook Geheugenkaart verwijderen Geheugenkaart Verwijder de kaart altijd op correcte wijze, zoals navolgend beschreven, om verlies van uw gegevens te voorkomen. Met het betreffende symbool op de taakbalk kunt u de geheugenkaart stoppen: ► Klik met de linker muisknop op het symbool. ► Kies de geheugenkaart die u wenst te stoppen en te verwijderen. ► Druk op de invoertoets. Een dialoogvenster geeft aan dat u de geheugenkaart nu probleemloos kunt verwijderen.
Werken met het Notebook SIM-kaart Een SIM-kaart (Subscriber Identity Module) is een chipkaart die in een mobiele telefoon of een notebook wordt geplaatst en samen met de ingebouwde UMTS-module toegang tot een mobiel netwerk mogelijk maakt. Volg de instructies van de provider van de SIM-kaart. De steekplaats voor de SIM-kaart bevindt zich in het accuvak en is alleen toegankelijk als de accu verwijderd is.
Werken met het Notebook SIM-kaart verwijderen ► Bereid het verwijderen van de SIM-kaart voor (zie het hoofdstuk "Demonteren van componenten voorbereiden", pagina 91). ► Schuif de vergrendeling (a) van de a SIM-kaart in de richting van de pijl (1). ► Druk op de kant van de SIM-kaart, zodat deze een stuk uit de steekplaats springt. ► Trek de SIM-kaart in de richting van de pijl (2) uit de steekplaats. 1 2 ► Sluit het demonteren af (zie het hoofdstuk "Demonteren van componenten voltooien", pagina 96).
Werken met het Notebook Wireless LAN/Bluetooth/UMTS Als radiocomponenten worden ingebouwd die niet door Fujitsu Technology Solutions werd goedgekeurd, worden de voor dit toestel verleende toelatingen ongeldig. Radiocomponenten in- en uitschakelen Bij de eerste keer inschakelen van uw toestel moet de aan-/uitschakelaar voor radiocomponenten in de stand "AAN" staan. ► Schuif de aan-/uitschakelaar in de stand "ON" om de radiocomponenten in te schakelen.
Werken met het Notebook WLAN-toegang instellen • Voorwaarde: Een WLAN is beschikbaar en u beschikt over de betreffende toegangsgegevens. Informatie voor het instellen van de WLAN-toegang vindt u in de documentatie van uw besturingssysteem. Toegang via UMTS Wanneer u bij uw systeem een geïntegreerde UMTS-module heeft besteld, dan kunt u genieten van de beste ontvangst en de hoogste energie-efficiëntie zonder storende kabels en antennes. De optionele UMTS-module is direct klaar voor gebruik.
Werken met het Notebook Ethernet en LAN EthernetLAN De interne netwerkmodule van uw Notebook ondersteunt Ethernet-LAN. Hiermee kunt u een verbinding tot stand brengen met een lokaal netwerk (LAN = Local Area Network). ► Sluit de netwerkkabel aan op de LAN-aansluiting van het notebook (1). ► Sluit de netwerkkabel aan op uw netwerkaansluiting (2). 1 2 Uw netwerkbeheerder kan u helpen bij het configureren en gebruiken van LAN-verbindingen. De netwerkkabel is niet bijgeleverd.
Veiligheidsfuncties Veiligheidsfuncties Veiligheidsfuncties Uw notebook beschikt over verschillende beveiligingsfuncties, waarmee u uw systeem en uw persoonlijke gegevens kunt beveiligen tegen onbevoegde toegang. In deze hoofdstuk wordt beschreven hoe u deze functies gebruikt en wat de voordelen ervan zijn. Opgelet: Als u bijv. uw wachtwoord niet meer kent, is het mogelijk dat u zelf ook geen toegang meer heeft tot uw systeem en uw gegevens.
Veiligheidsfuncties Kort overzicht van de beveiligingsfuncties Uitgebreide informatie over de beveiligingsuitrusting van uw toestel vindt u in het handboek "Professional Notebook", op de CD/DVD "Drivers & Utilities" of op het internet onder "http://ts.fujitsu.com/support/". Beveiligingsfunctie Kensington Lock Soort beveiliging Mechanisch Vingerafdruksensor Biometrisch BIOS-wachtwoordbeveiliging Wachtwoordbeveiliging voor BIOS-Setup, besturingssysteem en harde schijf met supervisoren user-wachtwoord.
Veiligheidsfuncties Vingerafdruksensor instellen Vingerafdruksensor De vingerafdruksensor kan het beeld van een vingerafdruk opnemen. Met behulp van aanvullende vingerafdruk-software wordt dit beeld geëvalueerd en kan als vervanging voor een wachtwoord worden gebruikt. ► Installeer de vingerafdruksoftware om de vingerafdruksensor (1) te kunnen gebruiken. 1 Kensington Lock gebruiken Uw toestel beschikt over een Kensington Lock-inrichting voor de Kensington MicroSaver.
Veiligheidsfuncties Wachtwoordbeveiliging configureren in de BIOS-Setup-Utility Voor u de verschillende mogelijkheden van de wachtwoordbeveiliging in de BIOS-Setup-Utility voor de beveiliging van uw gegevens gebruikt, dient u rekening te houden met het volgende: Noteer de wachtwoorden en bewaar ze op een veilige plaats. Als u uw supervisor-wachtwoord niet meer kent, heeft u geen toegang meer tot uw notebook. Het wissen van het wachtwoord wordt niet gedekt door de garantie en moet dus worden vergoed.
Veiligheidsfuncties Supervisor- en user-wachtwoord toekennen ► Roep de BIOS-Setup-Utility op en kies het menu Security. ► Markeer het veld Set Supervisor Password en druk op de invoertoets. MetEnter new Password: U wordt verzocht een wachtwoord in te geven. ► Geef het wachtwoord in en druk op de invoertoets. Met Confirm new Password vraagt het systeem u het wachtwoord te bevestigen. ► Geef het wachtwoord nogmaals in en druk op de invoertoets.
Veiligheidsfuncties Systeembeveiliging activeren ► ► ► ► Roep de BIOS-Setup-Utility op en kies het menu Security. Selecteer de optie Password on Boot en druk op de invoertoets. Kies de gewenste optie (Disabled, First Boot of Every Boot) en druk op de Enter-toets. Selecteer onder Exit de optie Save Changes & Exit. Het notebook start opnieuw op. U wordt gevraagd uw wachtwoord (het Supervisor-wachtwoord) in te voeren.
Veiligheidsfuncties SmartCard-lezer Veiligheidsfuncties SmartCards worden standaard niet meegeleverd. U kunt alle SmartCards gebruiken die voldoen aan de ISO-norm 7816-1, -2 of -3. Deze SmartCards zijn verkrijgbaar bij verschillende fabrikanten. Met behulp van de betreffende software kunt u de SmartCard als alternatief voor wachtwoordbescherming, maar ook als digitale handtekening voor de codering van uw e-mails en thuisbankieren gebruiken. Wij raden aan altijd gebruik te maken van twee SmartCards.
Veiligheidsfuncties SmartCard SystemLock (optioneel) Met SystemLock kan het toestel enkel met geïnitialiseerde SmartCard (SICRYPT, CardOS of Fujitsu) en persoonlijk geheim nummer (PIN) worden gestart. De SmartCard en de PIN worden reeds tijdens de systeemstart in de BIOS gecontroleerd, dus nog voor het besturingssysteem wordt gestart.
Veiligheidsfuncties Toegangsbevoegdheden van de SmartCards SmartCard Een nieuwe SmartCard bezit enkel de vooringestelde PIN en PUK. Pas als de SmartCard wordt geïnitialiseerd, worden de toegangsbevoegdheden vastgelegd en worden de individuele PIN en PUK toegekend.
Veiligheidsfuncties De bestaande Admin-SmartCard wordt ingestoken, de informatie wordt gelezen en het toestel wordt toegevoegd aan de gebruikergroep. De Admin-SmartCard beslist tot welke gebruikergroep het toestel behoort. Als u gebruik maakt van FSC-CardOS SmartCards, dan kan SystemLock met behulp van het Windows programma "SystemLock Admin" worden beheerd.
Veiligheidsfuncties Eerste systeem van gebruikergroep of individueel systeem voor SystemLock configureren Gebruikergroep ► Start het toestel en roep de BIOS-Setup op. ► Selecteer in het menu Security de pagina SmartCard SystemLock.
Veiligheidsfuncties ► Geef de nieuwe PIN ter bevestiging nogmaals in. Het volgende verschijnt: • PIN/PUK do not match = U heeft de PIN verkeerd bevestigd. U moet de nieuwe PIN nogmaals ingeven en bevestigen. Wacht na het bevestigen van de nieuwe PIN enkele seconden: SystemLock wordt geïnstalleerd. Bij een succesvolle installatie verschijnt de melding: Setup Notice Changes have been saved [Continue] ► Druk op de invoertoets.
Veiligheidsfuncties ► Geef de PUK in. Het volgende verschijnt: • ACCESS DENIED = U heeft een verkeerde PUK ingegeven. Na zes mislukte pogingen wordt de SmartCard geblokkeerd en kan ze niet meer worden gebruikt. ► Geef vervolgens de nieuwe PUK in. Enter new PUK: Confirm new PUK: Voor de nieuwe PUK zijn getallen van vier tot acht rangen toegelaten. Om veiligheidsredenen is het aan te bevelen de PUK bij elke SmartCard te wijzigen en opnieuw een getal van acht rangen te gebruiken.
Veiligheidsfuncties ► Steek de Admin-SmartCard van de gebruikergroep in. Enter PIN: ► Geef de PIN in. Het volgende verschijnt: • ACCESS DENIED = U heeft de PIN verkeerd bevestigd. U moet de nieuwe PIN nogmaals ingeven en bevestigen. Na drie mislukte pogingen wordt de SmartCard geblokkeerd en kan ze enkel nog door invoer van de PUK worden geactiveerd. Enter the PUK: ► Geef de PUK in. Het volgende verschijnt: • ACCESS DENIED = U heeft een verkeerde PUK ingegeven.
Veiligheidsfuncties Administrator-functies uitvoeren Als u een interne SmartCard-lezer heeft, kan u het toestel inschakelen door de SmartCard te plaatsen. Als u het toestel met de aan-/uitschakelaar inschakelt, verschijnt de volgende melding: SystemLock Insert a SmartCard. Administrator-functies ► Steek de Admin-SmartCard in. Er verschijnt de volgende melding: Enter your PIN: U kunt nu kiezen: F2=Setup, F3=Change PIN, F4=Administration ► Druk op de functietoets F4 .
Veiligheidsfuncties ► Steek de volgende SmartCard in. Deze kaart wordt volgens uw keuze geïnitialiseerd. Er verschijnt de volgende melding: Remove the SmartCard. Bij alle andere SmartCard dient u steeds de PIN en PUK te wijzigen. U heeft de PUK van een SmartCard nodig om een geblokkeerde SmartCard weer te activeren. ► Haal de User-SmartCard uit het toestel en noteer hierop de nodige informatie, b.v. de naam van de gebruiker.
Veiligheidsfuncties Op afstand activeren – F4 Voorwaarde: Het toestel wordt binnen een organisatie centraal beheerd en is geregistreerd in een SystemLock-Admin databank. De voor de groepsinstallatie gebruikte SmartCard moet eerst worden geïnitialiseerd met behulp van het Windows programma SystemLock Admin.EXE (zie "SmartCard gebruikergroepen", pagina 72).
Veiligheidsfuncties Toestel met SystemLock inschakelen Als u een interne SmartCard-lezer heeft, kan u het toestel inschakelen door de SmartCard te plaatsen. Als u het toestel met de aan-/uitschakelaar inschakelt, verschijnt de volgende melding: Insert a SmartCard. SystemLock ► Plaats de SmartCard. Enter PIN: ► Geef uw PIN in. Het volgende verschijnt: ACCESS DENIED = U heeft een verkeerde PIN ingegeven.
Veiligheidsfuncties Foutmeldingen Foutmeldingen In dit hoofdstuk vindt u de foutmeldingen die door de systeemmodules en de SmartCard-lezer worden gegeven. Fout Boot access denied Check your SmartCard SmartCard reader FAILURE Non authorized SmartCard SystemLock installation FAILED: The SmartCard is blocked. Enter the PUK: 82 Oorzaak De SmartCard heeft geen toegangsrechten tot het systeem. De SmartCard is niet correct geplaatst of de SystemLock-Smart Card is ongeschikt.
Veiligheidsfuncties Trusted Platform Module - TPM (optioneel) Trusted Platform Module TPM Om de TPM te kunnen gebruiken, moet u per se voor de software-installatie de TPM in de BIOS-Setup inschakelen. Voorwaarde is wel dat u minstens het supervisor-wachtwoord heeft toegekend (zie "Veiligheidsfuncties", pagina 64).
Veiligheidsfuncties TPM deactiveren • ► ► ► ► ► 84 Voorwaarde: U hebt een supervisor-wachtwoord toegekend; zie "Veiligheidsfuncties", pagina 64. Vraag de "BIOS-Setup" op en selecteer het menu Security. Markeer het veld TPM Security Chip Setting en druk op de invoertoets. Selecteer Disabled om de TPM te deactiveren. Kies in het menu Exit de optie Exit Saving Changes. Druk op de invoertoets en kies Yes. Het notebook wordt opnieuw opgestart en de TPM is gedeactiveerd.
Aansluiten van externe toestellen Aansluiten van externe toestellen Hou in elk geval rekening met de veiligheidsaanwijzingen in het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 12 voor u toestellen op het Notebook aansluit of van het Notebook loskoppelt. Lees altijd de documentatie bij het externe toestel dat u wenst aan te sluiten. Tijdens een onweer mag u nooit kabels aansluiten of loskoppelen. Trek nooit aan de kabel als u hem losmaakt! Neem altijd de stekker vast.
Aansluiten van externe toestellen Extern beeldscherm aansluiten U kunt een extern beeldscherm aansluiten op de analoge VGA-beeldschermaansluiting van het notebook. De beeldschermuitvoer is op maximaal twee beeldschermen tegelijk begrensd (zie "Toetsencombinaties", pagina 48, paragraaf "Beeldschermuitvoer omschakelen"). Monitoraansluiting Beeldschermaansluiting VGA-aansluitbus Beeldscherm Analoge VGA-beeldschermaansluiting ► Schakel het notebook en het externe beeldscherm uit.
Aansluiten van externe toestellen HDMI-aansluiting HDMI-aansluiting Via de HDMI-aansluiting van het Notebook kunt u een externe versterker, een LCD-TV of een plasma-TV met HDMI-aansluiting aansluiten. ► Sluit de datakabel aan op het externe toestel. ► Sluit de datakabel aan op de HDMI-aansluiting van het Notebook. Onder Windows 7 wordt het externe apparaat automatisch herkend en worden de geluidsinstellingen aangepast.
Aansluiten van externe toestellen USB-toestellen aansluiten USB-aansluitingen Op de USB-aansluitingen kunt u externe toestellen aansluiten die ook over een USB-poort beschikken (bijv. een DVD-station, een printer, een scanner of een modem). USB-toestellen zijn hot-plug-compatibel. U kunt de kabels van USB-toestellen dus bij ingeschakeld systeem aansluiten en loskoppelen. Bij USB 1.x bedraagt de maximale overdrachtsnelheid 12 Mbit/s. Bij USB 2.x bedraagt de maximale overdrachtsnelheid 480 Mbit/s.
Aansluiten van externe toestellen Externe audiotoestellen aansluiten Microfoonaansluiting/Line In Audiotoestellen aansluiten Microfoonaansluiten Audio-aansluitingen Via de microfoonaansluiting/Line in kunt u een externe microfoon, een MiniDisc-speler, een MP3-speler, een CD-speler of een cassettedeck op uw Notebook aansluiten. ► Sluit de audiokabel aan op het externe toestel. ► Sluit de audiokabel aan op de microfoonaansluiting/Line In van het Notebook.
Componenten demonteren en monteren in geval van service Componenten demonteren en monteren in geval van service Reparaties aan het Notebook mogen alleen door bevoegde vakmensen worden uitgevoerd. Als het Notebook onbevoegd wordt geopend of als onvakkundige herstellingen worden uitgevoerd, vervalt de garantie en kan er groot gevaar ontstaan voor de gebruiker (elektrocutie, brandgevaar).
Componenten demonteren en monteren in geval van service Demonteren van componenten voorbereiden Wanneer u systeemcomponenten wilt demonteren of vervangen, bereidt het demonteren dan als volgt voor: Houd u aan de veiligheidsinstructies in het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 12. Trek de stekker uit het stopcontact! ► Schakel het toestel uit. Het toestel mag zich niet in de energiespaarmodus bevinden! ► Sluit het LCD-beeldscherm. ► Maak alle kabels los van het toestel.
Componenten demonteren en monteren in geval van service Geheugenuitbreiding demonteren en monteren Geheugen demonteren Hoofdgeheugen Geheugenmodule Systeemuitbreiding Als de hotline/servicedesk u vraagt de geheugenuitbreiding zelf te demonteren en te monteren, gaat u als volgt te werk: Houd u aan de veiligheidsinstructies in het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 12.
Componenten demonteren en monteren in geval van service Afdekking verwijderen 1 2 ► Verwijder de schroef (1). ► Trek de afdekking in de richting van de pijl van het Notebook af (2). Geheugenmodule: demonteren ► Druk de twee bevestigingsklemmen voorzichtig naar buiten (1). De geheugenmodule klapt omhoog (2). ► Trek de geheugenmodule in de richting van de pijl uit de montageplaats (3).
Componenten demonteren en monteren in geval van service Geheugenmodule: monteren 1 ► Plaats de geheugenmodule met de aansluitcontacten en de uitsparing (a) vooraan in de montageplaats (1). ► Klap de geheugenmodule voorzichtig omlaag, tot ze duidelijk vergrendelt (2). 2 Geheugenmodule Geheugenuitbreiding a Afdekking bevestigen 2 1 ► ► ► ► ► 94 Plaats de afdekking in de richting van de pijl (1) op haar inbouwplaats. Bevestig de afdekking met de schroef (2).
Componenten demonteren en monteren in geval van service Harde schijf demonteren en monteren Harde schijf demonteren 1 1 2 ► Draai de schroeven uit (1). Bewaar de schroeven zorgvuldig. Als u meerdere componenten tegelijkertijd demonteert, bewaar de schroeven voor de afzonderlijke componenten dan apart van elkaar. Als u de onjuiste schroeven aanbrengt, kunnen componenten beschadigd raken. ► Schuif de harde schijf in de richting van de pijl (2) uit het Notebook.
Componenten demonteren en monteren in geval van service Harde schijf monteren 2 2 1 ► Plaats de harde schijf op de montageplaats (1). ► Draai de schroeven vast (2). Demonteren van componenten voltooien Wanneer u de gewenste systeemcomponenten heeft gedemonteerd of vervangen, kunt u het toestel zoals hieronder beschreven voorbereiden op de heringebruikname: ► Zet de accu terug (zie "Accu monteren", pagina 55). ► Plaats het Notebook weer rechtop op een vlakke ondergrond.
Instellingen in de BIOS-Setup-Utility Instellingen in de BIOS-Setup-Utility Systeem configureren Setup Configuratie,BIOS-Setup-Utility Systeeminstellingen,BIOS-Setup-Utility BIOS-Setup-Utility Hardwareconfigureren Met de BIOS-Setup-Utility kunt u systeemfuncties en de hardware-configuratie voor uw Notebook instellen. Bij levering van het Notebook zijn de standaardinstellingen actief. Deze instellingen kunt u in de menu’s van de BIOS-Setup-Utility wijzigen.
Instellingen in de BIOS-Setup-Utility BIOS-Setup-Utility bedienen BIOS-Setup-Utility Druk op de toets F1 om hulpinformatie bij de bediening van de BIOS-Setup-Utility te krijgen. De beschrijving van de verschillende instellingen vindt u in het rechter venster van de BIOS-Setup-Utility. Met de toets F9 kunt u de standaardinstellingen van de BIOS-Setup-Utility laden. ► Markeer met de cursortoetsen ← of → het menu waarin u instellingen wenst uit te voeren. Het menu verschijnt.
Instellingen in de BIOS-Setup-Utility Discard Changes – Wijzigingen negeren zonder de BIOS-Setup-Utility te verlaten ► Om de wijzigingen te negeren, kiest u Discard Changes en Yes. De instellingen die bij het oproepen van de BIOS-Setup-Utility geldig waren, blijven actief. U kunt nu verdere instellingen in de BIOS-Setup-Utility uitvoeren. ► Als u de BIOS-Setup-Utility met deze instellingen wilt beëindigen, kiest u Exit Saving Changes en Yes.
Probleemanalyse en tips Probleemanalyse en tips Storingverhelpen Fouten Tips Probleemanalyse Hou rekening met de veiligheidsinstructies in het handboek "Veiligheid" als u kabels loskoppelt of aansluit. Als er zich een storing voordoet, kunt u proberen deze aan de hand van volgende maatregelen te verhelpen. Als u de storing niet kunt opheffen, gaat u als volgt te werk: ► Noteer de uitgevoerde stappen en de toestand die actief was op het moment dat de fout opgetreden is.
Probleemanalyse en tips Hulp bij probleemgevallen Mocht u met uw computer een probleem hebben dat u zelf niet kunt oplossen, dan kunt u dit in veel gevallen snel oplossen met het op uw computer reeds geïnstalleerde programma SystemDiagnostics. Het programma SystemDiagnostics is reeds voorgeïnstalleerd bij toestellen die worden geleverd met een Windows besturingssysteem. ► Om het programma SystemDiagnostics te starten, klikt u op Startsymbol Programme - Fujitsu - SystemDiagnostics.
Probleemanalyse en tips De tijd of de datum van het Notebook zijn verkeerd Uur kloptniet Wintertijd Zomertijd Verkeerde Tijdkloptniet Datum Bufferbatterijladen kloptniet Datum/tijd Oorzaak Tijd en datum zijn verkeerd ingesteld. Tijd en datum zijn na het inschakelen van het Notebook wederom verkeerd ingesteld. Problemen verhelpen ► Stel in de BIOS-Setup-Utility de tijd of de datum in het Menu Main in. ► Neem contact op met uw verkoper of met onze hotline/servicedesk.
Probleemanalyse en tips De informatie op het LCD-beeldscherm van het Notebook is moeilijk leesbaar LCD-beeldscherm Oorzaak Weerkaatsingen Problemen verhelpen ► Draai het Notebook of verander de hellingsgraad van het LCD-beeldscherm. ► Verhoog de helderheid van het beeldscherm. Het externe beeldscherm blijft donker Beeldscherm Oorzaak Beeldscherm is uitgeschakeld. Beeldscherm is donker gestuurd. Helderheid is op donker ingesteld. Beeldschermuitvoer is ingesteld op het LCD-beeldscherm van het Notebook.
Probleemanalyse en tips De informatie op het externe beeldscherm verschijnt niet of verloopt Beeldscherm Oorzaak Voor het externe beeldscherm werd een verkeerd beeldscherm gekozen of voor het toepassingsprogramma is een verkeerde beeldschermresolutie ingesteld. Storing verhelpen ► Sluit het toepassingsprogramma onder Windows af met Alt + F4 .
Probleemanalyse en tips Na het inschakelen start het Notebook niet Notebook Oorzaak Accu is niet juist gemonteerd. Accu is leeg. Problemen verhelpen ► Ga na of de accu juist gemonteerd is. ► Schakel het Notebook in. ► Laad de accu op. of ► Plaats een opgeladen accu. of Netadapter is niet juist aangesloten. ► Sluit de netadapter aan op het Notebook. ► Ga na of de netadapter juist aangesloten is op het Notebook. ► Schakel het Notebook in.
Probleemanalyse en tips De radioverbinding met een netwerk werkt niet Deradioverbindingmeteen netwerkwerktniet Oorzaak Het radiocomponent is uitgeschakeld. Problemen verhelpen ► Schakel uw radiocomponent in (zie "Radiocomponenten in- en uitschakelen", pagina 61). Het radiocomponent is ingeschakeld. Toch werkt ► Controleer of de radioverbinding via de de radioverbinding met een netwerk niet. software ingeschakeld is. ► Kijk voor meer informatie over het gebruik van de radiocomponent in de help-bestanden.
Probleemanalyse en tips Foutmeldingen op het beeldscherm Fout Foutmeldingenophetbeeldscherm Hierna zijn de foutmeldingen beschreven die door de BIOS-Setup worden geproduceerd. Foutmeldingen afkomstig van het besturingssysteem of van programma’s, vindt u in de documentatie bij die programma’s. Als er ondanks maatregelen om storingen te verhelpen herhaaldelijk een foutmelding voorkomt, dient u contact op te nemen met uw verkooppunt of met onze service-afdeling.
Probleemanalyse en tips Foutmelding/oorzaak Previous boot incomplete - Default configuration used Wegens een fout tijdens de vorige systeemstart werden voor bepaalde instellingen standaardwaarden gebruikt. Controleer de instellingen in de BIOS-Setup.
Technische gegevens Technische gegevens Notebook Algemeen Processor Hoofdgeheugen (SO DIMM) Intel Core i3 Prozessor 380UM (1,33 GHz), 3 MB Intel Core i5 Prozessor 560UM (1,33 GHz), 3 MB Maximaal 8 GB DDR3 2 steekplaatsen voor module van 2 GB of 4 GB Elektrische gegevens Toegepaste veiligheidsnormen Veiligheidsklasse Maximale vermogensopname (wanneer het Notebook is ingeschakeld en de accu is opgeladen) LCD-beeldscherm Grootte Resolutie Beeldschermtechnologie Pixelklasse Helderheidsregeling Digitizer en
Technische gegevens Pin Steekplaatsen SmartCard-steekplaats Memory Card-steekplaats SIM-kaartsteekplaats (optie) Aansluitingen Beeldschermaansluiting (analoog) HDMI-aansluiting LAN-aansluiting Microfoonaansluiting/Line In Hoofdtelefoonaansluiting / Line-Out USB (Universal Serial Bus) Kensington Lock Omgevingsvoorwaarden Omgevingsklasse DIN IEC 721 Mechanische klasse DIN IEC 721 Bedrijfstemperatuur Transporttemperatuur (2K2) 1 actieve pen met penknop 1x 1 x SD-kaart 1x Bus, 15-polig 1 x 19-pens Bus, RJ45 3
Technische gegevens Netadapter Primair Nominale spanning Nominale frequentie Maximale nominale stroom Secundair Nominaal vermogen Nominale spanning Maximale nominale stroom 100 V tot 240 V (automatisch) 50 Hz tot 60 Hz (automatisch) 0,7 – 1,2 A 60 W 19 V 3,16 A U kan altijd een bijkomende netadapter en een bijkomende netkabel bestellen.
Instructies van de fabrikant Instructies van de fabrikant Energy Star Bij producten die volgens het milieulogo Energy Star gecertificeerd en aangeduid zijn, is bij de levering volledig aan de vereisten voldaan. Houd er rekening mee dat achteraf geïnstalleerde hardware en software en wijzigingen in de BIOS of energieopties invloed kunnen hebben op het energieverbruik. De door Energy Star beloofde eigenschappen kunnen dan niet meer worden gewaarborgd.
Instructies van de fabrikant CE-certificaat CE-certificaat CE-certificaat voor toestellen met radiocomponent In de toestand bij levering voldoet dit toestel aan de vereisten van Richtlijn 1999/5/EG van het Europees Parlement en de Europese Raad van 9 maart 1999 met betrekking tot radio-installaties en telecommunicatie-eindinrichtingen en de wederzijdse erkenning van de conformiteit.
Instructies van de fabrikant • Reorient or relocate the receiving antenna. • Increase the separation between the equipment and receiver. • Connect the equipment into an outlet that is on a different circuit than the receiver. • Consult the dealer or an experienced radio/TV technician for help. Notice to Users of the US Telephone Network Your notebook may be supplied with an internal modem which complies with Part 68 of the FCC rules.
Instructies van de fabrikant • • • Stores where telephones are used by patrons to order merchandise. Public transportation terminals where telephones are used to call taxis or to reserve lodging or rental cars. In hotel and motel rooms as at least ten percent of the rooms must contain hearing aid-compatible telephones or jacks for plug-in hearing aid compatible telephones which will be provided to hearing impaired customers on request.
Instructies van de fabrikant Avant de connecter cet équipement à une ligne téléphonique, l’utilisateur doit vérifier s’il est permis de connecter cet équipement aux installations de télécommunications locales. L’utilisateur est averti que même la conformité aux normes de certification ne peut dans certains cas empêcher la dégradation du service. Les réparations de l’équipement de télécommunications doivent être eVectuées par un service de maintenance agréé au Canada.
Instructies van de fabrikant FCC regelgevingsinformatie voor notebooks met radiotoestel Regulatoryinformation Federal Communications Commission statement This device complies with Part 15 of FCC Rules. Operation is subject to the following two conditions: (1) this device may not cause interference, and (2) this device must accept any interference, including interference that may cause undesired operation of this device.
Instructies van de fabrikant Regulatory Information/Disclaimers Installation and use of this radio device must be in strict accordance with the instructions included in the user documentation provided with the product. Any changes or modifications made to this device that are not expressly approved by the manufacturer may void the user’s authority to operate the equipment.
Index Index A Accu 52 bewaren 53 De accu ontlaadt te snel 106 laadtoestand 53, 56 levensduur 52 opladen 53 verzorgen en onderhouden 53 Acculadingsmeter 53 Accumulator zie Accu 52 Administrator-functies 78 Akku zelfontlading 53 Akoestische foutmeldingen 106 Audio-aansluitingen 89 Audiotoestellen aansluiten 89 B Backspace 47 Bassluidspreker (Subwoofer) 58 Batterij zie Accu 52 Bediening, Notebook 19 Bedrijfsklaar maken 16 Beeldscherm aansluiten 86 blijft donker 103 geen beeld 104 wandelend beeld 104 Beeldsche
Index Fouten verhelpen 100 Foutmeldingen Systeemmodule 82 Foutmeldingen op het beeldscherm 107 G Gebruikergroep installeren 74 Geheugen demonteren zie Geheugenuitbreiding 92 Geheugenkaart aanbrengen 57 verwijderen 58 werken met 57 Geheugenmodule belangrijke instructies 92 demonteren 93 monteren 94 Geheugenuitbreiding demonteren 93 monteren 94 H Harde schijf inhoud herstellen 101 Hardware configureren 97 HDMI-aansluiting 87 Hoofdgeheugen zie Geheugenuitbreiding 92 Hoofdlettertoets 47 Hoofdtelefoon aanslui
Index R Randapparaten aansluiten 85 loskoppelen 85 Regelsprong 47 Regulatory information Notebooks with radio device 117 Notebooks without radio device 113 Reiniging 14 Reis, Notebook 13 Return 47 S Setup zie BIOS-Setup-Utility 97 Shift (Omschakeltoets) 47 Signaal hoorbaar met enkele seconden interval 102 SmartCard 71 gebruikergroepen 72 PIN 72 PUK 72 toegangsbevoegdheden 72 Staand beeldscherm 25 Start-toets 47 Statusindicatoren 19 Steekplaats geheugenkaarten 57 Storing verhelpen 100 Stroom besparen 12 Sup
Index W Wachtwoord ingeven 68 opheffen 68 wijzigen 68 Wachtwoordbeveiliging WebCam 52 Werkingsindicator 22 Wintertijd 102 122 Wireless LAN module inschakelen 61 module uitschakelen 61 67 Z Zelfontlading, accu Zomertijd 102 53 Fujitsu Technology Solutions