Operation Manual
Werken met het Notebook
LCD-beeldscherm
LCD-beeldschermInst ructies
In Notebooks van Fujitsu Technology Solutions GmbH wo rden hoogwaardige TFT-beeldschermen
gebruikt. Om technische redenen zijn T FT-beeldschermen gemaakt voor een bepaalde
resolutie. Een optimale en scherpe weergave is dus enkel gewaarborgd in de voor het
specifieke TFT-beeldscherm geldende resolutie. Ee n be eldschermresolutie die afwijkt
van de specificaties, kan een onscherpe weergave veroorzaken.
De beeldschermresolutie van het LCD-beeldscherm van uw Notebook is
bij levering optimaal ingesteld.
Volgens de huidige stand van de productietech niek kan geen volledig foutloze schermweergave
gegarandeerd w orden . Er kunnen enkele weinig constant heldere of donkere pixels
(beeldelementen) aanwezig zijn. Het maximaal toelaatbare aantal dergelijke def ecte pixels
wordt vastgelegd in de internationale norm ISO 92 41-3 (klasse II).
Voorb eeld:
Een beeldscherm met de resolutie 1280 x 800 heeft 1280 x 800 = 1024000 pixels. Elke
pixel bestaat uit drie subpixels (rood, groen en blauw), zodat er ca. 3 miljoen subpixels
zijn. Volgens ISO 924 1-3 (klasse II) mogen maximaal 2 heldere en 2 donkere pixels
en daarnaast 5 heldere of 10 donkere subpixels of een overeenkomstige combinatie
defect zijn (1 heldere subpixel telt als 2 donke re subpixels).
Pixel (= beeldelem
ent)
Een pixel b esta at uit 3 subpixels , in principe rood, groen
en blauw. Een pixel is het kleinste element dat de volledige
functionaliteit van het scherm kan wee rgeven.
Subpixel (= bee
ldpunt)
Een subpixel is
een afzonderlijk adresse erbare interne
structuur in ee
n pixel (beeldelement), waarmee de
beeldelement
functie wordt uitgebreid.
Cluster (= defectophoping) Een cluster bevat twee of meer defecte pixels of subpixe ls
in een blok van 5 x 5 pixels.
Achtergron
dverlichting
TFT-beeld
schermen werken met een achtergrondverlichting. De lichtsterkte van de
achtergro
ndverlichting kan in de loop van de gebruikstijd van het N otebook ve rminderen. U
kunt de h el
derheid van uw beeldscherm echter individueel instellen.
Weergave
op het LCD-beeldscherm en een extern beeldscherm synchroniseren
Informat
ie hierover vindt u in het hoofdstuk "
Toetsencombinaties", pagina 48
onder "B
eeldschermuitvoer omschake len".
Omgevingslichtsensor
Bij de levering met het besturingssysteem Windows 7 wordt me t behulp van de omgevingslichtsensor
de beeldschermhelderheid afhankelijk van de betreffende lichtomstandigheden geregeld. Zo
wordt een optimale leesbaarheid mogelijk bij ee n langere gebruiksduur van de accu.
Bij de levering van het toestel is de omgevingslichtsensor uitgeschakeld. Selecteer
om de omgevingslichtsensor in te schakelen Start - Configuratiescherm - Locatiesensors
en overige sensors - Omgevingslichtsensor.
28 Fujitsu Technology Solutions