Operation Manual

Veiligheidsfunct ies
Toestel met SystemLock inschake len
Als u een interne SmartCard-leze r heeft, kan u het toestel inschakelen door de SmartCard te
plaatsen. Als u het toestel met de aan-/uitscha kelaar inschakelt, verschijnt de volgende melding:
Insert a SmartCard.
SystemLock
► Plaat s d e SmartCard.

Enter PIN:
► Ge ef uw PIN in.

Het volgende verschijnt:
ACCESS DENIED = U heeft een verkeerde PIN ingegeven. Na drie mislukte pog ingen wordt de
SmartCard g eblokkeerd en kan ze enkel nog d oor invoer va n de PUK worden vrijgegeven.

Afhankelijk van de bevoegdheden van uw SmartCard kunt u, terwijl de melding
op het scherm staat, volgende functies selecteren:
F2=Setup, F3=Change PIN
Als uw SmartCard over de nodige bevoegdheden beschikt, kunt u met
F2,functietoetsF3,functietoets
F2
: de BIOS-Setup starten.
F3
: de PIN wijzigen.
Als u geen functie se lecteert, wordt het systeem gestart.
BIOS-Setup star
ten
F2
Er moet een SmartCard met de juiste bevoegdheden ingestoken zijn (Super-User, Service of Admin).
PIN wijzigen
Het wijzigen van de PIN is mogelijk bij iedere initialisatie van de SmartCard.
► Druk op de functietoets
F3
.
► Ge ef de oude PIN in.
► Ge ef de nieuwe PIN in.
Voor de nieuwe PIN zijn g e tallen van vier tot acht rangen toegelaten. Om
veiligheidsredenen is het aan te bevelen de PIN bij elke SmartCard te wijzigen
en opnieuw een getal van acht ran gen te gebruiken.
► Bevesti
gdenieuwePIN.
SystemLock deïnstalleren
► Start het toestel.
SystemLock
► Volg de instructies in de paragraaf "Administrator-fun cties uitvoeren", pagina 78.
Selecteer "Uninstall" voor het deïnstalleren van SystemLock. Daarn a kan u het
toestel weer zonder SmartCard gebruiken.
Fujitsu Technology Solutions 81