Operation Manual
Werken met het Notebook
Werken met het Notebo ok
Bediening,Note boo kNotebook
In dit hoofdstuk worden de basisprincipes voor de bediening van uw Notebook beschreven.
Hoe u externe toestellen (bijv. muis, printer) aansluit op het Notebook, is beschreven
in het hoofdstuk "
Aansluiten van externe toestellen", pagina 46.
Houd u aan de instructies in het hoofdstuk "Belangrijke instructies", pagina 11.
Statusindicatoren
Statusindicatoren
De statusindicatoren geven de toe stan d aan van de voeding, d e stations en de toetsen bordfu n cties.
Statusind
icator
Beschrijv
ing
Werkingsindicator/standby
Standby-indicatorWerkingsindicator
• De indicator licht op: Het notebook is ingeschakeld.
• De indicator kn ippert: Het notebook bevindt zich in de standby-modus.
• De indicator is don ker: Het notebook is uitgeschakeld.
Accu-laadindicato r / voedingsaanslu iting
De laadtoestand van de accu wordt met de accu-indicator aange geve n.
• De indicator licht groen op: De accu is opgeladen.
• De indicator licht oranje op: De netadapter is aangesloten, de accu
wordt geladen.
• De indicator knippert rood: Er is een storing opgetreden.
• De indicator licht niet op: De netadap ter is niet aangesloten.
Batterij-indicatorBatterijsym boolAccu-indic ator
18 Fujitsu