Operation Manual

40
Auto: Het videokleursysteem wordt automatisch ingesteld afhankelijk van de opnameapparatuur.
PAL: Het videokleursysteem wordt ingesteld op PAL.
SECAM: Het videokleursysteem wordt ingesteld op SECAM.
5 Druk op [SETUP] om het menu te verlaten.
Opmerking
Als er tijdens de opname een ander signaal dan een PAL- of SECAM-signaal binnenkomt, verschijnt er een foutmelding op het scherm en gaat de
opname op pauze. De opname wordt weer hervat zodra er een PAL- of SECAM-signaal wordt gedetecteerd.
Opnemen vanaf externe apparatuur
Zie, voordat u iets van externe apparatuur opneemt, pagina 19 voor informatie over aansluitingen.
1 Zet de televisie aan en kies de juiste ingang.
2 Voor opname op een disk:
Druk op [DVD].
Druk op [OPEN/CLOSE EJECT ] om de lade van de speler te openen. Leg daarna de disk in de speler.
Druk opnieuw op
[OPEN/CLOSE EJECT ] om de lade van de speler te sluiten.
Voor opname op een videocassette:
Druk op [VCR].
Steek videocassette waar de beveiligingslip nog aan zit in het cassettecompartiment.
3 Kies de ingang waar het externe apparaat op is aangesloten (AV1 of AV2).
Druk meermaals op [INPUT SELECT] om de mode voor externe input te kiezen en druk vervolgens [PROG. / ] enkele keren in om AV1 of AV2 te
kiezen.
4 Kies de gewenste opnamesnelheid met [REC SPEED].
Zie "Opnamesnelheid" op pagina 28 voor DVD of op pagina 70 voor de videorecorder.
5 Druk op [RECORD ] (DVD/VCR) op het apparaat om de opname te starten.
6 Druk op [PLAY ] van het externe apparaat.
7 Voor een disk:
Druk op [STOP ] van het apparaat om het te laten stoppen met opnemen.
Voor een videocassette:
Druk op [STOP/EJECT ] van het apparaat om het te laten stoppen met opnemen.
Opmerking
Als er tijdens de opname een ander signaal dan een PAL- of SECAM-signaal wordt gedetecteerd, wordt de opname gepauzeerd. (Voor meer
informatie zie videokleursystemen op pagina 37)
Het signaal van het externe apparaat wordt automatisch op uw tv getoond als deze aanstaat en is aangesloten op AV1 en als het externe apparaat
met een Scart-kabel is aangesloten op AV2. (Het signaal wordt echter niet doorgegeven als dit apparaat uitstaat.)
Om het signaal van het apparaat te controleren, drukt u op [DISPLAY] of u schakelt het externe apparaat uit. (Het signaal van dat apparaat kan
alleen tijdens het afspelen worden gecontroleerd.)
Om het signaal van een andere ingang te controleren, drukt u [DISPLAY] en daarna op [INPUT SELECT] om de gewenste externe ingangsmode te
kiezen. Daarna kiest u het gewenste ingangskanaal met [PROG. / ].
Informatie over DV dubbing
Deze functie helpt u bij het dubben van materiaal op een DVC (digitale camcorder) naar DVD of VCR. (Zie pagina 71 voor het dubben van DVC naar
VCR)
U kunt de basisfuncties van de DVC bedienen met de afstandsbediening van dit apparaat als de DVC in video-mode staat.
Wegwijs in DV en schermmenu's
1 Sluit uw DVC met een DV-kabel aan op de DV-IN-aansluiting op het frontpaneel. (Gebruik een DV-kabel met een jack met 4 pennen, conform IEEE
1394.)
2 Druk enkele keren op [INPUT SELECT] om het externe ingangskanaal te kiezen. Druk daarna enkele keren op [PROG. G /H] om DV te kiezen
(AV3).
3 Druk op [DISPLAY] om de DVC-informatie op het scherm te bekijken.
Als de DVC in video-mode is...