Operation Manual

14
Kleine storingen zelf opheffen
Een storing wordt vaak veroorzaakt door een
kleinigheid. Wij verzoeken u de volgende
aanwijzingen in acht te nemen voordat u contact
opneemt met de klantenservice.
Fout Maatregel
De kookplaat functioneert niet. Controleer de zekering van het apparaat. Ga met behulp van andere elektroni-
sche toestellen na of er sprake is van een stroomonderbreking.
De kookplaat kan niet worden ingescha-
keld. Wanneer de hoofdschakelaar wordt
aangeraakt, knippert hij meerdere keren.
Er ligt een voorwerp op een sensortoets (bijv. een theedoek). Haal dit weg en
schakel de kookplaat weer in zoals gewoonlijk.
De kookplaat functioneert, maar de kook-
zones worden niet warm. In de timerindica-
tie licht een punt op.
Het apparaat bevindt zich na de eerste aansluiting in de demomodus. De zeke-
ring van het apparaat minstens 10 seconden van de stroom afsluiten. Weer aan-
sluiten en binnen 3 minuten de volgende stappen uitvoeren.
1 Kookplaat met de hoofdschakelaar # inschakelen. De timer moet uitgescha-
keld zijn.
2 Het symbool @ aanraken en ingedrukt houden. Binnen 3 seconden daar-
naast ook de hoofdschakelaar #aanraken.
De kookplaat gaat uit.
3 Vinger van het symbool @ afnemen.
4 Vinger van de hoofdschakelaar afnemen.
Er klinkt een signaal. De punt in de timerindicatie verdwijnt.
De kookplaat is uitgeschakeld. De hoofdschakelaar is per ongeluk aangeraakt. U kunt de kookplaat weer
inschakelen.
Een kookzone is te lang achter elkaar in gebruik geweest. De veiligheidsuitscha-
keling is geactiveerd. U kunt de kookzone weer inschakelen.
Indicatie Ҥ en getallen Bij de elektronica is een storing opgetreden. Het apparaat via de zekering of de
veiligheidsschakelaar in de meterkast uit- en weer inschakelen (reset). Wanneer
de indicatie opnieuw verschijnt, de zekering van het apparaat van de stroom
halen. Contact opnemen met de klantenservice.
Afwisselend verschijnen • en ˆ Een kookzone die op kookstand 8 of 9 is ingesteld is te heet geworden. Bij deze
kookzone is het vermogen teruggebracht naar kookstand 7. Wanneer • ver-
dwijnt, kunt u weer een hogere stand instellen.
Indicatie • Het apparaat is te heet en er is een kookzone uitgeschakeld. De pan van de
kookzone nemen. • verdwijnt wanneer de kookzones voldoende afgekoeld zijn.
Enkele minuten wachten tot de kookzones afgekoeld zijn. Verschijnt • opnieuw
na het inschakelen, dan is de kookplaat nog te heet. Kookzones uitschakelen en
verder laten afkoelen.
Indicatie ”‚ Elektronische fouten bij een kookzone
Het apparaat via de zekering of de veiligheidsschakelaar in de meterkast uit- en
na enkele minuten weer inschakelen (reset). Als de indicatie opnieuw verschijnt,
de zekering van het apparaat van de stroom halen. Contact opnemen met de
klantenservice.
Indicatie ”… Het bedieningsveld is te heet en het apparaat is uitgeschakeld. Ga na of er een
hete pan op het bedieningsveld staat.
De pan van het bedieningsveld nemen. Enkele minuten wachten tot het bedie-
ningsveld afgekoeld is. Verschijnt ”… opnieuw na het inschakelen, haal het
apparaat dan via de zekering van de stroom. Contact opnemen met de klanten-
service.