Operation Manual

13
Afwassen
Besparingstip
Bij een niet vol beladen machine kunt u meestal
gebruik maken van een minder sterk programma.
Programmagegevens
De programmagegevens vindt u in de korte
handleiding. Ze hebben betrekking op normale
omstandigheden. Door:
verschillen in de hoeveelheid serviesgoed
de temperatuur van het toegevoerde water
de druk in de waterleiding
de omgevingstemperatuur
toleranties in de netspanning
en de onvermijdelijke toleranties in het apparaat
(bijv. temperatuur, hoeveelheid water, ...)
kunnen grotere afwijkingen optreden.
De waarden van het waterverbruik hebben betrekking
op instelwaarde 4 van de waterhardheid.
Aqua-Sensor *
* niet bij alle modellen
De Aqua-Sensor is een optisch meetsysteem (met
lichtstraal) waarmee de vertroebeling van het
afwaswater wordt gemeten.
Afhankelijk van het programma treedt de Aqua-Sensor
in werking. Als de Aqua-Sensor actief is, kan het
„schone” afwaswater in de volgende reinigingsfase
gebruikt worden en/of de temperatuur worden
aangepast. Is het water te vuil, dan wordt het
afgepompt en door vers water vervangen. Op deze
manier kan het waterverbruik met ca. 4 liter verminderd
worden.
Inschakelen van het apparaat
Kraan opendraaien.
Hoofdschakelaar
1
inschakelen.
De indicaties van het laatst gekozen programma
branden.
Dit programma begint als u geen andere
programmatoets
7
hebt ingedrukt.
Op de cijferindicatie
4
verschijnt de vermoedelijke
programmaduur.
Deur sluiten.
Het programmaverloop start automatisch.
Optische indicatie tijdens
het programmaverloop *
* niet bij alle modellen
Terwijl het afwasprogramma loopt, verschijnt op de
vloer onder de deur van het apparaat een lichtpunt.
Deur van de afwasautomaat pas openen als de
lichtpunt op de vloer niet meer zichtbaar is.
Bij inbouw in een hoge kast met een volledig
aansluitende meubeldeur is de lichtpunt niet zichtbaar.
Resttijdindicatie
Na het starten verschijnt op het display
de vermoedelijke duur van het programma. De
programmaduur wordt beïnvloed door de temperatuur
van het water, de hoeveelheid serviesgoed en de graad
van vervuiling.
Door wijzigingen in deze gegevens kan de looptijd
(afhankelijk van het gekozen programma) sterk
variëren. Doordat de beïnvloeding van de
programmaduur pas tijdens het programmaverloop
wordt herkend, kunnen grotere tijdsprongen optreden.
Starttijd kiezen *
* niet bij alle modellen
U kunt het programma tot 19 uur later (in stappen van
een uur) laten starten.
Apparaat inschakelen.
Toets starttijd kiezen
3
net zolang indrukken tot de
cijferindicatie
4
op springt.
Toets starttijd kiezen net zo vaak indrukken tot de
aangegeven tijd aan uw wens voldoet.
Om de gekozen starttijd te wissen: toets starttijd
kiezen net zo vaak indrukken tot op de cijferindicatie
verschijnt.
Tot de starttijd kunt u het programma willekeurig
wijzigen.
Einde van het programma
Het einde van het programma wordt akoestisch
aangegeven door een zoemtoon.
Deze functie kan als volgt veranderd worden:
functietoets C ingedrukt houden en de
hoofdschakelaar
1
inschakelen. Daarna de
toetsen loslaten.
De functietoets
C knippert en op de cijferindicatie
brandt de door de fabriek ingestelde waarde
(halfluid).
Om de instelling te veranderen: functietoets
C
indrukken.
Bij elke druk op de toets wordt de instelwaarde met
één cijfer verhoogd; als stand
is bereikt, springt
de indicatie weer op
(uit).
Hoofdschakelaar
1
uitschakelen. De instelling is in
het geheugen opgeslagen.
Uitschakelen van het apparaat
Enkele minuten na afloop van het programma:
Na afloop van het programma de deur openen.
Hoofdschakelaar
1
uitschakelen.
Kraan dichtdraaien
(niet van toepassing op apparaten met Aqua-Stop).
Na afkoeling het serviesgoed uit het apparaat halen.