Operation Manual

Table Of Contents
26
Wat te doen bij storingen?
Serviesgoed niet droog. Geen of te weinig glansspoelmiddel in
het voorraadbakje.
Glansspoelmiddel bijvullen.
Een programma zonder drogen
gekozen.
Programma met drogen kiezen (zie
Programma-overzicht, Programmaverloop).
Waterophoping in het serviesgoed en
bestek.
Voor een schuine stand zorgen bij het
inruimen, de serviesdelen zo mogelijk schuin
plaatsen.
Het gecombineerde afwasmiddel heeft
een slechte droogcapacitiet.
Andere combireiniger met beter
droogvermogen gebruiken. Extra gebruik van
glansspoelmiddel verbetert het
droogvermogen.
Intensief drogen voor versterkte
droging niet geactiveerd.
Intensief drogen activeren (zie Apparaat
bedienen)
Het serviesgoed is te vroeg uitgeruimd
of het droogproces was nog niet
afgelopen.
Wachten tot het programma is afgelopen of
het serviesgoed pas 30 min. na afloop van het
programma verwijderen.
Het gebruikt eco-glansspoelmiddel
heeft een slecht droogvermogen.
Een kwaliteitsglansspoelmiddel gebruiken.
Eco-producten zijn duidelijk minder effectief.
Kunststofserviesgoed niet droog. Speciale eigenschappen van kunststof. Kunststof heeft een lager
warmteopslagvermogen en droogt daardoor
slechter.
Bestek niet droog. Bestek niet goed geordend in de
bestekkorf.
Bestek zo veel mogelijk los van elkaar
plaatsen, aanraakpunten vermijden.
Bestek niet goed gesorteerd in de
besteklade.
Bestek goed sorteren en zoveel mogelijk los
van elkaar plaatsen.
Binnenzijden van het apparaat nat
na het spoelen.
Geen fout van het apparaat. Wegens het droogprincipe
„condensatiedrogen” zijn waterdruppels in het
reservoir noodzakelijk en gewenst. Het vocht
in de lucht condenseert tegen de binnenzijden
van de afwasautomaat, stroomt omlaag en
wordt weggepompt.
Storing Oorzaak Oplossing