User manual
a.
Dag van de week – Druk op de toets ‘PROG’. Op de display gaan de
bovengenoemde keuzemogelijkheden op weekdagen knipperen. Druk op +
of - om de gewenste dagen van de week te kiezen.
b.
Uur – Druk opnieuw op ‘PROG’. Op de display gaat de urenweergave knipperen.
Druk op + of – om de gewenste inschakeltijd te kiezen. Op de display kan 24
uur worden weergegeven.
c.
Minuut– Druk op ‘PROG’. Op de display gaat de minutenweergave
knipperen. Druk op + of – de minuten voor de gewenste inschakeltijd in te
stellen. Hiermee is het eerste programma ingesteld.
Herhaal de bovenstaande procedure om het programma 1 OFF en andere programma's in te
stellen.
Opmerking:
De programmeermodus wordt automatisch beëindigd wanneer er gedurende
meer dan tien seconden geen toets wordt ingedrukt.
U kunt ook op de toets drukken om het programmeren af te ronden.
Om de instelling te versnellen kunt u de toets + of – ingedrukt houden.
In de ‘PROG’ modus zijn de overige instellingen geblokkeerd.
Tijdens het programmeren kunt u met elk van de vier toetsen op de hoeken de
huidige programmering wissen / weer overnemen.
Wanneer de schakelklok zich in de menuoptie programma-instelling bevindt,
zal het pictogram op de display verschijnen.
3)
Inschakelen van de toevalsfunctie
1.
Druk in de klokmodus op de toets ‘RND’ om de toevalsfunctie in te schakelen. Het
pictogram ‘ ’ verschijnt op de display. Wanneer dit pictogram zichtbaar is,
werkt de schakelklok in de toevalsmodus.
2.
De functie zal bij toeval AAN en UIT schakelen van 18:00 tot 06:00 de
volgende dag. De uitschakelduur bedraagt 26-42 minuten, de inschakelduur
bedraagt 10 - 26 minuten.
Opmerking:
In de ‘ ’ modus zijn de overige instellingen geblokkeerd.
De toevalsmodus wordt dagelijks herhaald.